Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 mei 2020
Met deze brief reageer ik op uw verzoek van 24 april 2020 om een inhoudelijke reactie
op het verzoek van ouders en de medezeggenschapsraad om de voorgenomen fusie van twee
scholen in de gemeente Haarlemmermeer op te schorten.
Ik begrijp dat de coronamaatregelen het lastiger maken om in de fase voorafgaand aan
een fusie met alle betrokkenen te overleggen. Desondanks zie ik op dit moment geen
aanleiding om het besluitvormingsproces en de rol van de medezeggenschap daarin aan
te passen vanwege de gevolgen van de uitbraak van het coronavirus.
Het gesprek tussen het schoolbestuur en de medezeggenschap is, ook in deze tijden,
een groot goed. Hoewel met elkaar aan één tafel overleggen lastiger is geworden, sluit
de wet andere manieren van overleg, bijvoorbeeld met behulp van digitale middelen,
niet uit. Het is aan het schoolbestuur om – eventueel samen met de medezeggenschapsraad
– te beslissen over het al dan niet opschorten van de fusieplannen in de huidige omstandigheden.
Ook in de huidige situatie behoudt de medezeggenschapsraad zijn wettelijke instemmingsrecht
bij fusie. Uit de Wet medezeggenschap op scholen (WMS) volgt dat het bevoegd gezag
en de medezeggenschapsraad met elkaar in gesprek gaan over de voorgenomen fusie en
de fusie-effectrapportage. In het geval een van de betrokken medezeggenschapsraden
niet akkoord gaat met het voornemen tot fusie of de gemaakte afspraken in de fusie-effectrapportage,
kan hij zijn instemming onthouden (art. 10, eerste lid, onder h, van de WMS). Daarop
kan het schoolbestuur nogmaals het gesprek aangaan of eventueel naar de geschillencommissie
stappen voor een uitspraak (art. 32, eerste lid, van de WMS). De geschillencommissie
kijkt in dat laatste geval hoe het proces verlopen is. De uitspraak van de geschillencommissie
komt dan in plaats van het besluit van de betreffende medezeggenschapsraad.
Er bestaan geen landelijke, wettelijke termijnen voor het besluit van de medezeggenschapsraad
in geval van fusie. Deze termijnen zijn doorgaans vastgelegd in het reglement van
de school. Het is daarom niet mogelijk deze termijnen op landelijk niveau aan te passen
of te voorzien in tijdelijke versoepeling vanwege de coronamaatregelen. Het is daarom
wel van belang dat de betrokken medezeggenschapsraden en schoolbesturen met elkaar
blijven spreken over de inrichting van het proces en welke middelen ze daarvoor gebruiken.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob