31 293 Primair Onderwijs

31 289 Voortgezet Onderwijs

Nr. 145 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 juni 2012

Hierbij ontvangt u het geactualiseerde toezichtkader primair en voortgezet onderwijs1 dat met ingang van het schooljaar 2012–2013 in gebruik wordt genomen. Conform de wettelijke voorschriften in artikel 13 van de Wet op het onderwijstoezicht (hierna te noemen: WOT) is deze wijziging na overleg met het veld vastgesteld door de Inspecteur-generaal en door mij goedgekeurd.

Het betreft een beperkte, technische bijstelling van het huidige toezichtkader in verband met het van kracht worden van de wijziging van de WOT per 1 juli 2012. De wijzigingen in de WOT hebben hun neerslag gevonden in deze geactualiseerde versie van het toezichtkader:

  • Indien de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) nader onderzoek verricht op een school omdat het vermoeden bestaat dat de kwaliteit tekortschiet, kunnen verschillende aspecten bij dat onderzoek worden betrokken. Het aspect «effectiviteit van het didactisch handelen» heeft met de gewijzigde WOT een expliciet wettelijke basis gekregen. De tekst is hierop aangepast.

  • De inspectie gaat bij een onderzoek uit van openbare verantwoordingsinformatie over kwaliteit, financiën en waarborg voor professionaliteit. De inspectie gebruikt deze informatie voor haar oordeel mits deze voldoende actueel en betrouwbaar is. Dit element was al opgenomen in de werkwijze van het risicogestuurde toezicht; met de wijziging van de WOT is de inspectie verplicht het jaardocument als eerste informatiebron te gebruiken en besturen te stimuleren de kwaliteit ervan te verhogen.

  • Indien de inspectie oordeelt dat de kwaliteit van het onderwijs ernstig of langdurig tekortschiet, informeert zij voortaan het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente waar de betreffende instelling gelegen is. Deze processtap wordt toegevoegd aan de interne werkprocessen van het risicogestuurde toezicht.

  • De nieuwe taak van de inspectie inzake het toezicht op de kwaliteit van het personeelsbeleid wordt vertaald in een separaat kader (toezicht op het leraarschap).

De aanpassing van het toezichtkader loopt uitdrukkelijk niet vooruit op wet- en regelgeving die nog in voorbereiding is, zoals de wetgeving over «Passend Onderwijs». Zodra wijziging van regelgeving is afgerond, zal opnieuw worden bekeken of bijstelling van het Toezichtkader PO/VO 2012 nodig of gewenst is.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven