31 293 Primair Onderwijs

31 289 Voortgezet Onderwijs

Nr. 104 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 juni 2011

Hierbij zend ik u het Toezichtkader PO/VO1, vastgesteld door de Inspecteur-generaal van het Onderwijs en door mij goedgekeurd. Het betreft een herziening van het geïntegreerd toezichtkader voor zowel het primair onderwijs als het voortgezet onderwijs van 2009.

Het belangrijkste aspect dat in deze herziene versie een plek heeft gekregen, is de gewijzigde aanpak van zeer zwakke scholen. In de beschrijving van de werkwijze is het meer preventieve toezicht opgenomen: als de inspectie constateert dat de leerresultaten van een school of afdeling één jaar onder de norm liggen, zal zij het betreffende bestuur hiervan op de hoogte stellen. Daarmee beoogt zij het bestuur te stimuleren zelf tijdig preventieve maatregelen te nemen ter verbetering van de kwaliteit.

Wanneer de leerresultaten voor het tweede achtereenvolgende jaar onder de ondergrens liggen, geeft de inspectie als tweede stap een waarschuwing af aan het bestuur. Het bestuur ontvangt een brief van de inspectie waarin wordt aangedrongen op het opstellen en uitvoeren van een verbeterplan; de school dreigt immers zwak of zeer zwak te worden. In deze brief wordt ook gewezen op de mogelijke gevolgen van de kwaliteitsrisico’s die het bestuur loopt in geval de school zeer zwak wordt, waaronder het intrekken van (een deel van) de bekostiging of het opheffen van de school.

Daarnaast is het waarderingskader (indicatoren en beoordeling) op een klein onderdeel aangepast; de indicatoren voor de naleving van wet- en regelgeving zijn in het waarderingskader po specifieker omschreven. Voorts is er voor po een aanvullende beslisregel toegevoegd voor het onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (OKV) bij de afsluiting van een traject van intensief toezicht op een eerder als «zeer zwak» beoordeelde school: deze komt pas weer voor een basisarrangement in aanmerking als de opbrengsten, het onderwijsproces èn de kwaliteitszorg (de indicatoren 9.2, 9.3 en 9.5) op orde zijn.

Het toezichtkader zal vanaf 1 augustus 2011 van kracht zijn.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven