Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 juli 2012
Hierbij stel ik u op de hoogte van de voortgang van de prestatiebekostiging in het
hoger onderwijs en de in verband daarmee met de instellingen te maken prestatieafspraken.
Het ontwerp-besluit tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 onder meer in
verband met de invoering van prestatiebekostiging in het hoger onderwijs (TK 31 288, nr. 265) is op 12 maart 2012 voorgehangen bij de Tweede Kamer en na een schriftelijk overleg
(TK 31 288, nr. 287) ter advisering voorgelegd aan de Afdeling advisering van de Raad van State. De Afdeling
heeft haar advies recent uitgebracht. Dit advies geeft mij vertrouwen in de ingeslagen
weg. Publicatie van het advies en het nader rapport zal naar verwachting eind juli
plaatsvinden.
Gezien dit tijdpad en de omstandigheid dat het advies en het nader rapport in de zomervakantie
openbaar worden, wil ik meer tijd nemen voor het afronden van de prestatieafspraken.
Ik streef ernaar de prestatieafspraken voor 1 november 2012 te sluiten, zodat de bekostigingsconsequenties
voor de instellingen voor januari 2013 helder zijn.
In verband met deze nieuwe planning heb ik besloten de reviewcommissie meer tijd te
gunnen voor het uitbrengen van de adviezen. Dit betekent dat de instellingen de conceptadviezen
van de reviewcommissie niet rond de eerder aangekondigde datum van 13 juli ontvangen,
maar – rekening houdend met de vakantieperiode – rond 10 september. De definitieve
adviezen van de reviewcommissie ontvang ik op 24 september 2012. In de periode tot
1 november zal OCW (respectievelijk EL&I voor de «groene» instellingen) op basis van
deze adviezen overleg voeren met individuele instellingen.
Ik hoop uw Kamer hiermee voldoende te hebben ingelicht.
Mede namens de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
H. Zijlstra