31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Nr. 179 MOTIE VAN DE LEDEN SCHOUTEN EN DE ROUWE

Voorgesteld 24 mei 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat de Inspectie van het Onderwijs concludeert dat de regels om examinering en toetsing te borgen onvoldoende worden nageleefd en onvoldoende zijn geborgd;

constaterende, dat de staatssecretaris inzet op een scherpere accreditatie en een grotere rol van de Inspectie om problemen tijdig te detecteren en kwaliteitsproblemen te voorkomen, maar tevens inzet op vormen van landelijke toetsing op de kernvakken;

van mening, dat landelijke toetsing op gespannen voet staat met het uitgangspunt van differentiatie en profilering, dat essentieel is voor de kwaliteit van het hoger beroepsonderwijs;

voorts van mening, dat landelijke toetsing leidt tot een bureaucratisering, die ten koste gaat van de tijd en de middelen die beschikbaar zijn voor het onderwijs;

verzoekt de regering af te zien van het invoeren van landelijke toetsing op kernvakken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Schouten

De Rouwe

Naar boven