31 265 Adoptie

Nr. 70 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juni 2020

Inleiding

Afgelopen vrijdag 5 juni heb ik u de antwoorden gezonden op de schriftelijke vragen van het lid Bergkamp over het aanmeldpunt Nederlandse Afstand en Adoptie (aanmeldpunt) (Aanhangsel Handelingen II 2019/20, nr. 3046). Ik heb daarin gemeld dat er fouten zijn gemaakt bij de verwerking van de aanmeldingen. Ik betreur ten zeerste dat dit is gebeurd. Ik zal zodanige maatregelen treffen dat het onderzoek niet wordt gecompromitteerd en dat de fouten die zijn gemaakt bij de verwerking van de aanmeldingen worden hersteld.

Uw Kamer heeft verzocht per brief te bevestigen dat ik geen onomkeerbare stappen zal zetten, totdat ik met uw Kamer over deze kwestie heb gedebatteerd. Ik zeg u dat bij deze toe. Van de gelegenheid maak ik tevens gebruik om een nadere toelichting te geven op het doel van het aanmeldpunt, het onderzoek, de werkgroep, de gevolgde werkwijze ten aanzien van de verslagen, de geconstateerde fouten en de voorgenomen vervolgstappen.

Het aanmeldpunt

Op 30 september 2019 vond de startconferentie plaats van het onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut (VJI) naar binnenlandse afstand en adoptie 1956–1984. Tijdens deze startconferentie is tevens het aanmeldpunt gelanceerd.

Het aanmeldpunt is ondergebracht bij mijn ministerie en is bedoeld voor afstandsmoeders- en vaders, kinderen, adoptieouders en hulpverleners die hun verhaal willen doen. Aanmelders kunnen bij het aanmeldpunt tevens aangeven of ze willen meedoen aan het onderzoek naar binnenlandse afstand en adoptie 1956–1984 van het VJI. In dat geval vindt een gesprek plaats waarvan een verslag wordt gemaakt. Ten slotte biedt het aanmeldpunt nazorg als de aanmelder aangeeft daaraan behoefte te hebben.

De werkzaamheden van het aanmeldpunt worden verzorgd door medewerkers van mijn ministerie en – in opdracht van mijn ministerie – door medewerkers van FIOM. Voor FIOM is gekozen omdat zij veel ervaring heeft met het voeren van gesprekken met afstandsmoeders en afstandskinderen. Daarnaast kan FIOM ook zorgen voor passende nazorg. De medewerkers van FIOM namen onder meer de gesprekken af ten behoeve van het onderzoek van het VJI en maakten daarvan gespreksverslagen.

Het onderzoek

Doel van het onderzoek van het VJI is om een completer beeld te geven van de praktijk, het beleid en de impact van afstand en adoptie in Nederland tussen 1956 en 1984. In de onderzoeksopdracht is afgesproken dat het VJI uit de aanmeldingen volgens vastgestelde criteria 65 personen selecteert voor een diepte-interview. Deze diepte-interviews vormen één van de informatiebronnen voor het onderzoek, naast archief- en literatuuronderzoek. Ten behoeve van die diepte-interviews ontving het VJI de NAW-gegevens van de geselecteerde aanmelders.

De werkgroep

De opdracht voor het onderzoek en de inrichting van het aanmeldpunt zijn uitvoerig besproken in de Werkgroep Nederlandse afstand en adoptie waarin vertegenwoordigers van belangengroepen, medewerkers van het Ministerie van VWS, van FIOM en van mijn ministerie zitting hebben. De werkgroep heeft zich ook gebogen over de vraag hoe de afstandsmoeders, vaders en kinderen erkenning kunnen krijgen. Voorstellen die daartoe zijn opgebracht zijn onder meer het organiseren van bijeenkomsten met de aanmelders, het maken van podcasts en het onderbrengen van de verslagen bij het nationaal archief, zodat de verhalen beschikbaar blijven voor het nageslacht.

De gevolgde werkwijze ten aanzien van de verslagen

De medewerkers van FIOM maakten een verslag van het gesprek met de aanmelders op. Het VJI had toegang tot de geanonimiseerde versies van deze verslagen in een beveiligde omgeving van FIOM zodat het hieruit een selectie kon maken voor het onderzoek. De geselecteerde en geanonimiseerde verslagen werden vervolgens naar het VJI gestuurd. De gespreksverslagen van FIOM spelen voor het overige geen rol in het onderzoek van het VJI.

Na verzending aan het VJI dient het FIOM de gespreksverslagen te vernietigen. Om de verslagen ook daarna nog aan aanmelders te kunnen verstrekken en om deze in het kader van erkenning te kunnen bewaren voor het nageslacht zijn de verslagen aan mijn ministerie verstrekt en daar opgeslagen.

Geconstateerde fouten

Inhoudelijke kwesties

Van enkele leden van de werkgroep zijn signalen ontvangen dat er fouten zijn gemaakt in de verslaglegging. Van tenminste één verslag is inmiddels vastgesteld dat dit forse fouten bevatte. Daar staat tegenover dat ongeveer 40 aanmelders hun verslag hebben opgevraagd. Daarvan hebben enkelen alleen kleinere correcties doorgegeven.

Het is dus onduidelijk hoeveel verslagen daadwerkelijk fouten bevatten. Maar duidelijk is dat deze fouten in het verslag voorkomen hadden kunnen worden als het gespreksverslag standaard was teruggelegd bij aanmelders ter correctie.

Procedurele fouten

Hoewel het bij de inrichting van het aanmeldpunt duidelijk was dat het aanmeldpunt gevoelige persoonsgegevens zou verwerken, is nagelaten om in de benodigde procedurele en organisatorische waarborgen van de AVG te voorzien. Tijdens de beantwoording van de schriftelijke vragen van het lid Bergkamp is gebleken dat de inrichting van het aanmeldpunt op de volgende punten niet aan de AVG voldeed:

  • Er is weliswaar wel mondelinge maar geen schriftelijke toestemming gevraagd voor het verwerken en bewaren van de verslagen ten behoeve van het onderzoek.

  • Er is geen mondelinge of schriftelijke toestemming gevraagd om de verslagen te gebruiken voor een ander doel dan het onderzoek, namelijk voor het bewaren van verslagen voor het nageslacht.

  • Er is geen verwerkingsovereenkomst opgesteld.

  • De verslagen werden bij mijn ministerie zonder rechtsgrondslag bewaard.

  • De verslagen werden bij mijn ministerie niet in een afgeschermde en beveiligde omgeving bewaard, waardoor die voor meer ambtenaren toegankelijk waren dan alleen voor de medewerkers van het aanmeldpunt. Ik heb overigens geen aanwijzingen dat hiervan misbruik is gemaakt. Bovendien zijn ambtenaren gebonden aan hun geheimhoudingsplicht.

Maatregelen

Op dit moment wordt hard gewerkt om op de volgende terreinen maatregelen te nemen zodat het onderzoek goed en zo snel als mogelijk kan worden afgerond. Wat is er gedaan en wat is er nog te doen?

  • De op mijn ministerie aanwezige verslagen zijn inmiddels geplaatst in een beveiligde digitale omgeving.

  • Vanaf nu zal aanmelding voor het onderzoek alleen nog rechtstreeks bij het VJI mogelijk zijn (afstandenadoptie@verwey-jonker.nl). Zoals vermeld in mijn brief van 29 mei jongstleden zal dit mogelijk blijven tot 31 juli 2020.

  • Aan alle aanmelders wordt het door FIOM opgemaakte gespreksverslag toegestuurd met het verzoek het verslag te verifiëren en zo nodig te corrigeren. Dit zal ik doen op een wijze die in overeenstemming is met de AVG. Tevens zal aan de aanmelders worden gevraagd of zij alsnog schriftelijk toestemming geven voor het verwerken van de verslagen ten behoeve van het onderzoek en eventueel het bewaren voor het nageslacht.

  • Ik zal ervoor zorgdragen dat er geen verslagen worden vernietigd zolang de wens van degene over wie het verslag gaat niet bekend is.

Met bovenstaande maatregelen wordt onder meer zeker gesteld dat het VJI haar selectie voor de diepte-interviews niet baseert op een foutief verslag. Aangezien de gespreksverslagen verder geen bron vormen voor het onderzoek is het effect van foutieve gespreksverslagen op het onderzoek voor het overige beperkt.

Zoals toegezegd in mijn brief van 4 juni jongstleden informeer ik uw Kamer voor de zomer over de uitwerking van de verschillende maatregelen.

Tot slot. Ik begrijp de onrust die is ontstaan. Tegelijkertijd hoop ik dat alle partijen met deze maatregelen eensgezind en met vertrouwen verder werken aan het gezamenlijke doel, namelijk de waarheid boven tafel krijgen over wat er in het verleden is gebeurd rondom binnenlandse afstand en adoptie. Ik heb alle vertrouwen in een goede afloop.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker

Naar boven