31 239
Stimulering duurzame energieproductie

nr. 23
GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID JANSEN C.S. TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 15

Voorgesteld 11 maart 2008

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat:

– de inzet van biomassa binnen de kaders van de Stimuleringsregeling Duurzame Energie (SDE) gebonden is aan duurzaamheidseisen;

– bij de afbakening van de subsidiabele categorieën op grond van handhaafbaarheid bepaalde regionale reststromen zijn uitgesloten, die wel aan de gestelde duurzaamheidseisen lijken te voldoen;

van mening, dat de SDE het gebruik van biomassa afkomstig uit reststromen dient te bevorderen en dat de handhaafbaarheidsproblematiek oplosbaar is, bijvoorbeeld door middel van een reststoffenboekhouding;

verzoekt de minister van Economische Zaken om bij de eerstkomende herziening van de SDE een voorstel te doen voor:

– het opnemen van reststromen uit de VGI (NTA categorie 500 m.u.v. 540–549) alsnog samen met gft (NTA categorie 600) in de regeling;

– het mogelijk maken van gft-vergisting (NTA categorie 600) in combinatie met positieve lijst stoffen binnen de regeling;

– in beide gevallen gekoppeld aan een maximaal volume per aanvraag, voor zover dat nodig is voor een effectieve inzet van de financiële bijdrage,

en gaat over tot de orde van de dag.

Jansen

Neppérus

Van der Ham

Naar boven