31 209
Schoon en zuinig

nr. 11
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 februari 2008

Op 5 februari heeft de heer Duyvendak verzocht om een standpunt van het Kabinet over de bouw van kolencentrales in Nederland in relatie met het klimaatpakket van de EU dat er nu ligt. Ik stuur u deze brief mede namens de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu.

In juni 2007 heeft het Kabinet de Tweede Kamer geïnformeerd over zijn standpunt met betrekking tot de bouw van nieuwe kolencentrales. Het klimaat- en energiepakket dat de Commissie heeft gepubliceerd is geen aanleiding voor het Kabinet zijn standpunt te wijzigen. De eventuele bouw van nieuwe kolencentrales in Nederland past binnen de klimaatambities van het Kabinet, omdat de emissies van nieuwe kolencentrales worden afgevangen binnen het Europese plafond voor emissierechten.

Doel van het Kabinet is bovendien dat nieuwe centrales zo schoon mogelijk zijn. Conform het werkprogramma Schoon en Zuinig werkt het Kabinet gedurende de nieuwe ETS-periode samen met het bedrijfsleven, om grootschalige afvang en opslag van CO2 (CCS) in 2015 te realiseren in de vorm van demo’s en dat de eerste stap wordt gezet en CCS zich ontwikkelt tot een rendabele en marktrijpe technologie.

Tegelijkertijd maak ik afspraken met exploitanten van nieuwe kolencentrales over een inspanningsverplichting om substantieel CO2 te reduceren in de nieuwe kolencentrale of elders in het centralebestand van de betreffende exploitant, door ondermeer toepassing van CCS en/of extra bijstook van biomassa. Dit in aanvulling op het Europese emissiehandelssysteem. Deze gesprekken worden op dit moment gevoerd.

De minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven

Naar boven