nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is de Comptabiliteitswet
2001 te wijzigen voor een tweetal nieuwe begrotingen in de Rijksbegroting;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Comptabiliteitswet 2001 wordt als volgt gewijzigd:
A. Artikel 1, eerste lid, onder b, komt te luiden:
b. de begrotingen van nationale schuld, van wonen, wijken en integratie
en van jeugd en gezin;
B. Na artikel 19 wordt een artikel ingevoegd dat luidt:
Artikel 19a
1. Onze Minister voor wonen, wijken en integratie is verantwoordelijk
voor het beheer van de begroting van wonen, wijken en integratie.
2. Onze Minister voor jeugd en gezin is verantwoordelijk voor het
beheer van de begroting van jeugd en gezin.
C. Artikel 66, vijfde en zesde lid komen te luiden:
5. De resultaten van de controle worden jaarlijks vastgelegd in rapporten
die zijn gericht aan Onze betrokken Minister. Het samenvattende rapport bevat,
behalve de belangrijkste bevindingen van de controle, een accountantsverklaring.
6. De in het vijfde lid bedoelde accountantsverklaring heeft betrekking
op:
a. de deugdelijke weergave van de in het jaarverslag en de saldibalans
opgenomen financiële informatie;
b. de deugdelijke weergave van de in de bedrijfsvoeringsparagraaf
van het jaarverslag opgenomen informatie over de naleving van de eis van rechtmatigheid;
c. de naleving van de verslaggevingsvoorschriften inzake de onder
a en b bedoelde informatie;
d. de niet-strijdigheid van de in het jaarverslag opgenomen niet-financiële
informatie met de financiële informatie.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 augustus
2007.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,