31 201
Trendnota Arbeidszaken Overheidspersoneel 2008

nr. 40
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 juni 2008

Om misverstanden te voorkomen, kom ik in deze terug op mijn brief van 13 juni 2008 (Kamerstuk 31 201, nr. 39). Ik heb nadrukkelijk het verloop van het Algemeen Overleg van 14 mei jl. (Kamerstuk 31 201, nr. 37) besproken in het kabinet en daarbij het brede gevoelen van de Tweede Kamer omtrent de toegang van de Kamer tot het Planbureau voor de Leefomgeving overgebracht. Daarbij heb ik ook mijn toezegging aan u om de directe toegang van de Kamer tot het Planbureau voor de Leefomgeving formeel te regelen, aan de orde gehad.

Mijn collega van BZK heeft nota genomen van uw wens en mijn toezegging met betrekking tot de rechtstreekse toegang van de Kamer tot het Planbureau. Zij kan echter niet vooruitlopen op het integrale pakket van maatregelen om alle planbureaus onder één gemeenschappelijke juridische en financiële grondslag te brengen, dat zij voornemens is eind 2008 aan uw Kamer aan te bieden.

Tot die tijd zal ik uiteraard handelen conform mijn toezegging aan uw Kamer omtrent de rechtstreekse toegang tot het Planbureau voor de Leefomgeving.

De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer

Naar boven