31 200 X
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2008

nr. 102
BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 maart 2008

In de brief aan uw Kamer van 21 december 2007 (31 200 X, nr. 82) bent u geïnformeerd over de wijze waarop de regering uitvoering geeft aan de tijdens de begrotingsbehandeling aangenomen moties. In de brief van 18 januari 2008 met nummer 08-DEF-B-009 verzoekt de vaste commissie voor Defensie ons om een aanvullende brief waarin per motie wordt weergegeven wanneer deze wordt uitgevoerd en waarin wordt ingegaan op alle bestanddelen van de moties. In aanvulling op de brief van 21 december komen in deze brief de moties aan de orde waarbij sprake is van vermeldenswaardige voortgang:

Motie-Eijsink en Knops (31 200X, nr. 57) over 3D-samenwerkingen een pool van direct inzetbare deskundigen

Als deel van de inspanningen om veiligheid en ontwikkeling waar mogelijk in het Nederlandse beleid te integreren, zijn Buitenlandse Zaken en Defensie onlangs overeengekomen de samenstelling van de Stuurgroep Veiligheid en Wederopbouw op korte termijn te verbreden. De ministeries van Justitie, Binnenlandse Zaken en Financiën zullen worden uitgenodigd in deze stuurgroep zitting te nemen. Verder heeft Defensie een aanvang gemaakt met de implementatie van de verbeteringen van de SSR-pool van Defensie zoals aangekondigd in een brief van 9 november 2007 (30 075, nr. 9).

Motie-Boekestijn (31 200X, nr. 53) over het onderzoeken van aanvullende mogelijkheden van alternatieve financiering en exploitatie voor de invulling van de strategische luchttransportcapaciteit.

Nederlandse deelneming aan het Navo C-17-initiatief zou uitzicht bieden op een snelle invulling van een urgente behoefte aan strategische luchttransportcapaciteit. Deelneming in de Navo-pool dekt echter niet de volledige behoefte aan buitenprofiel luchttransportcapaciteit waarvoor nu inhuur plaatsvindt. Defensie onderzoekt mogelijkheden om op termijn in de resterende behoefte anderszins te voorzien. Alternatieve constructies zoals een PPS-constructie voor de financiering en exploitatie van deze capaciteit zijn inmiddels in onderzoek. In de loop van het jaar kunnen wij de Kamer daarover informeren.

Motie-Eijsink en Knops (31 200X, nr. 56) over het juridische kader voor militairen bij uitzendingen.

Defensie onderschrijft het belang van voortdurende aandacht voor het juridische kader waarbinnen onze militairen worden uitgezonden. Militairen doen onder moeilijke omstandigheden hun werk en moeten erop kunnen vertrouwen dat hun rechtsbescherming op orde is. Dat is het geval. Inmiddels is een wetsvoorstel tot wijziging van het Wetboek van Militair Strafrecht waarin de bescherming van de militairen tijdens uitzendingen centraal staat door de Rijksministerraad goedgekeurd en aan de Raad van State voor het Koninkrijk voor advies aangeboden. Daarmee wordt ook tegemoet gekomen aan de wens van de Kamer op dit punt.

Motie-Knops, Voordewind, Van der Staaij, Boekestijn en Eijsink (31 200X, nr. 51) over fiscale faciliteiten die het werkgevers aantrekkelijk maken om reservisten in dienst te hebben.

Het in de brief van 21 december aangekondigde overleg met Financiën is inmiddels achter de rug. Uit dit overleg is gebleken dat het bieden van fiscale voordelen voor beperkte groepen niet de voorkeur van Financiën geniet. Met SZW wordt nog overlegd over overige mogelijkheden om het voor werkgevers aantrekkelijker te maken reservisten dienst te hebben.

Motie-Knops en Eijsink (31 200X, nr. 52) over de mogelijkheid van het uitkeren van een premie aan militairen die driemaal op uitzending geweest zijn.

Zoals in de brief van 21 december is vermeld is deze motie betrokken bij de opstelling van het actieplan Werving en Behoud. Dit plan zal uw Kamer begin april worden toegezonden.

De minister van Defensie,

E. van Middelkoop

De staatssecretaris van Defensie,

J. G. de Vries

Naar boven