31 200 V
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2008

nr. 28
MOTIE VAN HET LID FERRIER C.S.

Voorgesteld 8 november 2007

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat in Afghanistan dé inkomstenbron papaverteelt is, met alle kwalijke gevolgen van dien;

overwegende, dat Afghanen op zoek zijn naar alternatieve en duurzame inkomstenbronnen, waaronder agrarische productie, maar dat deze alternatieven – in de opbouwfase – nog niet direct winstgevend en concurrerend zijn ten opzichte van de papaverteelt;

overwegende, dat het reeds ingestelde saffraan pilotproject resultaten heeft opgeleverd en dat een vervolg hierop wenselijk is, waarbij het gaat om de ondersteuning van de hele productieketen (van grond tot mond) die kwalitatief en kwantitatief voldoende is om aansluiting te vinden op de regionale en wereldmarkt;

constaterende, dat het bedrijfsleven in samenwerking met betrokken departementen reeds initiatieven heeft ontwikkeld op dit terrein;

verzoekt de regering de Kamer uiterlijk vóór medio december 2007 te informeren over de resultaten van het huidige pilotproject inzake saffraanteelt in Uruzgan en over een haalbaarheidsstudie voor het voortzetten van dit project en verbreding tot alternatieve agrarische productie;

en verzoekt de regering de benodigde financiële middelen ter beschikking te stellen voor de opbouwfase van alternatieve agrarische productie in de Afghaanse provincie Uruzgan,

en gaat over tot de orde van de dag.

Ferrier

Voordewind

Gill’ard

Naar boven