31 135 Plan van Scholen

Nr. 29 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 juni 2010

Hierbij ontvangt u het rapport «Onderzoek naar de relatie tussen financiële prikkels en schaalgrootte in het onderwijs»1. Dit rapport is u toegezegd in de brief van 28 november 2008 over de Menselijke maat (Tweede Kamer 31 135, nr. 16).

Het rapport geeft inzicht in de mogelijke invloed van wet- en regelgeving op de schaalgrootte in het onderwijs. Daarnaast is gekeken naar meer algemene redenen voor fusies en toenemende schaalgrootte.

De belangrijkste conclusie van het rapport is dat er geen specifieke elementen in wet- en regelgeving zijn gevonden die de schaalgrootte bewust stimuleren. Uit een analyse van wet- en regelgeving en interviews die de onderzoekers hebben gehouden onder experts, leden van besturen en raden van toezicht en medezeggenschapsleden van de verschillende onderwijssectoren, blijkt dat er nauwelijks nog direct op schaalvergroting gerichte wet- en regelgeving aanwezig is. Wel ervaart men prikkels door de decentralisatie van verantwoordelijkheden. De lumpsumbekostiging kan leiden tot een streven naar schaalvergroting, of groei van het aantal leerlingen. De opheffings- en stichtingsnormen bepalen de minimale omvang van scholen. Grotere besturen kunnen voordelen hebben in gesprekken met gemeenten over bijvoorbeeld huisvesting. Bestuurders van grote organisaties kunnen misschien meer verdienen. Daarnaast is professionaliteit makkelijker te organiseren en zijn financiële risico’s beter af te dekken, zo meldt het rapport.

Uit het onderzoek blijkt dat er geen individueel aanwijsbare reden is die tot schaalvergroting kan leiden, maar dat er veeleer sprake is van een stapeling van motieven. Het rapport geeft ook aan dat bestuurders staan voor de kwaliteit van het onderwijs en dat ze het geld zo efficiënt mogelijk willen inzetten. Onderwijskundige motieven staan bij schaalvergroting vaak voorop. Een inhoudelijke reactie op het rapport laat ik aan een missionair kabinet.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

A. Rouvoet


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Naar boven