31 093
Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten ter implementatie van richtlijn nr. 2004/109/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 15 december 2004 betreffende de transparantievereisten die gelden voor informatie over uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten en tot wijziging van Richtlijn 2001/34/EG (PbEU L 390)

nr. 10
AMENDEMENT VAN DE LEDEN WEEKERS EN BLANKSMA

Ontvangen 5 juni 2008 De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel G, afdeling 5.1a.1, komt het opschrift te luiden:

AFDELING 5.1A.1 INFORMATIEVERPLICHTINGEN VOOR UITGEVENDE INSTELLINGEN WAARVAN EFFECTEN ZIJN TOEGELATEN TOT DE HANDEL OP EEN GEREGLEMENTEERDE MARKT EN WAARVAN NEDERLAND LIDSTAAT VAN HERKOMST IS

II

Artikel I, onderdeel G, afdeling 5.1a.1, artikel 5:25b, wordt als volgt gewijzigd:

1. De eerste twee leden komen als volgt te luiden:

1. Deze afdeling is uitsluitend van toepassing op uitgevende instellingen waarvan effecten zijn toegelaten tot een gereglementeerde markt en waarvan Nederland lidstaat van herkomst is.

2. In afwijking van het eerste lid is artikel 5:25i van toepassing op uitgevende instellingen waarvan financiële instrumenten zijn toegelaten tot de handel op een in Nederland gelegen of functionerende gereglementeerde markt ongeacht hun lidstaat van herkomst, alsmede op uitgevende instellingen op wier voorstel een koopovereenkomst inzake een financieel instrument, niet zijnde een effect, tot stand is gekomen.

2. Onder vernummering van het derde en vierde lid tot het vierde en vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

3. In afwijking van het eerste lid is artikel 5:25f van toepassing op uitgevende instellingen waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een in Nederland gelegen of functionerende gereglementeerde markt ongeacht hun lidstaat van herkomst.

Toelichting

Dit amendement strekt tot wijziging van de reikwijdte bepaling van artikel 5:25b. In dit artikel is geregeld dat afdeling 5.1a.1 uitsluitend van toepassing is op uitgevende instellingen waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een in Nederland gelegen of functionerende gereglementeerde markt. Nederland beperkt zich niet tot uitgevende instellingen waarvan Nederland lidstaat van herkomst is, maar neemt ook de uitgevende instellingen mee waarvoor Nederland lidstaat van ontvangst is. Nederland gaat daarbij verder dan de richtlijn transparantie vereist en wijkt hiermee af van de ons omringende landen. De richtlijn verplicht namelijk slechts de lidstaten van herkomst om deze verplichtingen op te leggen. De Nederlandse keus om het bereik uit te breiden tot uitgevende instellingen waarvan Nederland lidstaat van ontvangst is (en een andere lidstaat al lidstaat van herkomst) leidt voor de uitgevende instelling tot dubbele handhaving en daarmee tot dubbele lasten (namelijk zowel in de lidstaat van herkomst als de lidstaat van ontvangst).

Door artikel 5:25b, eerste lid te wijzigen wordt de reikwijdte beperkt tot uitgevende instelling met Nederland als lidstaat van herkomst.

De wijziging van artikel 5:25b, tweede lid is noodzakelijk omdat dit de reikwijdte regelt van artikel 5:25i. Dit artikel kent een andere reikwijdte bepaling omdat het grotendeels dient ter vervanging van artikel 5:59 Wft (openbaarmakingsplicht koersgevoelige informatie), dat voorziet in implementatie van artikel 6 van de richtlijn marktmisbruik. Voor de toepassing van dit artikel is het niet relevant of Nederland lidstaat van herkomst is of een ander land, maar of de uitgevende instelling financiële instrumenten heeft uitgegeven die met haar instemming zijn toegelaten tot de handel op een in Nederland gelegen of functionerende gereglementeerde markt.

De toevoeging van artikel 5:25b, derde lid is noodzakelijk omdat dit de reikwijdte regelt van artikel 5:25f. Evenals artikel 5: 25i kent artikel 5: 25f een andere reikwijdtebepaling omdat artikel 5: 25f dient ter vervanging van de kern van artikel 5: 24, welk artikel voorziet in implementatie van artikel 10 van de prospectusrichtlijn. Artikel 5: 25f heeft daardoor betrekking op uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een in Nederland gelegen of functionerende gereglementeerde markt zijn toegelaten, ongeacht hun lidstaat van herkomst.

Weekers

Blanksma

Naar boven