31 071
Voorstel van wet van de leden Halsema en Van Gent tot wijziging van de Wet arbeid en zorg (Vaderverlof)

nr. 11
AMENDEMENT VAN HET LID KOŞER KAYA

Ontvangen 24 juni 2008

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I komt artikel 4:2 te luiden:

Artikel 4:2 Vaderverlof

1. Na de bevalling van de echtgenote, de geregistreerde partner, de persoon met wie hij ongehuwd samenwoont of degene van wie hij het kind erkent, heeft de werknemer in een tijdvak van vier weken recht op verlof met behoud van loon voor twee dagen waarop hij arbeid pleegt te verrichten. Het recht bestaat vanaf de eerste dag dat het kind feitelijk op hetzelfde adres als de moeder woont.

2. Onverminderd het eerste lid heeft de werknemer na de bevalling van de echtgenote, de geregistreerde partner, de persoon met wie hij ongehuwd samenwoont of degene van wie hij het kind erkent, recht op verlof zonder behoud van loon in een tijdvak van vier weken. Het aantal uren verlof zonder behoud van loon waarop de werknemer recht heeft bedraagt tweemaal de arbeidsduur per week. Het recht bestaat vanaf de eerste dag dat het kind feitelijk op hetzelfde adres als de moeder woont.

3. Het verlof, bedoeld in het tweede lid, wordt in mindering gebracht op de duur van het ouderschapsverlof waar de werknemer op grond van artikel 6:2, eerste lid, recht op heeft.

II

In artikel I wordt na de aanhef, onder plaatsing van de aanduiding «A» boven de bestaande tekst, een onderdeel toegevoegd, luidende:

B

In artikel 4:7 wordt de zinsnede «de artikelen 4:2 tot en met 4:6» vervangen door: de artikelen 4:3 tot en met 4:6.

Toelichting

Dit amendement beoogt de partner van de moeder een afdwingbaar recht te verlenen op het opnemen van twee weken ouderschapsverlof binnen het tijdsbestek tot vier weken na de bevalling. Dit recht kom bovenop de twee dagen van het huidige bevallingsverlof.

Hiermee wordt de partner van de moeder in de gelegenheid gesteld verantwoordelijkheid te nemen in de zorg voor het kind in de eerste levensweken, maar worden werkgevers niet buitenproportioneel belast met de financiering ervan.

Koşer Kaya

Naar boven