nr. 77
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 oktober 2009
Door middel van deze brief wil ik u informeren over een actuele bijzondere
ontwikkeling in de aanpak van zwartspaarders.
Zoals bekend is fraudebestrijding in het algemeen en de aanpak van zwartspaarders
in het bijzonder een van de speerpunten van mijn beleid. Ik vind het onaanvaardbaar
dat langdurig willens en wetens grote vermogens buiten het zicht van de fiscus
worden geplaatst. Het is onze plicht naar alle belastingbetalers dit voortvarend
aan te pakken.
In lijn met die inzet heeft de directeur-generaal Belastingdienst op 16 september
jl. een overeenkomst gesloten met een tipgever over het tegen betaling verstrekken
van informatie over honderden door Nederlandse zwartspaarders aangehouden
bankrekeningen in het buitenland. Alleen al de omvang van de ter beschikking
gekomen informatie maakt dit tot een baanbrekende stap in de aanpak van zwartspaarders.
De tipgever die zich uit eigen beweging bij de FIOD-ECD heeft gemeld,
heeft informatie overgedragen met de gegevens van enkele honderden zwartspaarders
bij verschillende banken in Europa. Het gaat dan om namen, rekeningnummers
en saldi, aangehouden bij banken in tenminste twee Europese landen.
Alvorens onderhandelingen met de tipgever te starten is eerder dit jaar
een deel van het materiaal door de FIOD-ECD op zijn betrouwbaarheid getoetst.
Uit deze toets is gebleken dat de informatie betrouwbaar is en dat gaat om
gemiddeld enkele honderdduizenden euro’s per rekening. In sommige gevallen
is sprake van uitschieters tot enige tientallen miljoenen euro’s per
persoon. Naar aanleiding van de resultaten van deze toets zijn heb ik het
groene licht gegeven voor de start van de onderhandelingen.
Vanwege het bijzondere karakter van deze overeenkomst is elke stap in
dit traject na zorgvuldige afwegingen genomen. Zo zijn het Openbaar Ministerie
en de Landsadvocaat geconsulteerd. Zij hebben aangegeven geen bezwaar te hebben
tegen het gebruik van deze gegevens door de Belastingdienst. De
Landsadvocaat heeft ook, ondersteund door de FIOD-ECD, de onderhandelingen
met de tipgever gevoerd.
Voor het verstrekken van deze informatie is met de tipgever een beloning
overeengekomen. De beloning is gerelateerd aan de extra opbrengst die als
gevolg van deze informatie in de schatkist vloeit en wordt berekend over de
extra opbrengsten die daadwerkelijk door de Belastingdienst zijn geïncasseerd.
De beloning heeft een plafond van enkele honderdduizenden euro’s.
De tipgever heeft alle informatie aan de Belastingdienst ter beschikking
gesteld en een daartoe geformeerde projectgroep van de Belastingdienst is
inmiddels gestart met de behandeling daarvan. De eerste vragenbrieven zijn
inmiddels verzonden. Naar verwachting zal dit leiden tot forse navorderingen
en boetes.
Naar aanleiding van de nieuw ontstane situatie met genoemde tipgever zal
ik bezien of het wenselijk is om algemeen tipgeversbeleid te formuleren en
te publiceren, dan wel om ervoor te kiezen om per situatie, na beoordeling
door de Belastingdienst/FIOD-ECD, een afweging te maken.
Ook de VS en het VK kennen overigens ruime tipgeldregelingen en Duitsland
heeft in het recente verleden een vergoeding aan een tipgever betaald voor
informatie over Liechtensteinse bankrekeningen.
Met deze ontwikkeling is verder invulling gegeven aan de derde pijler
onder de aanpak van zwartspaarders. De eerste pijler betreft wet- en regelgeving,
waaronder de vele recent door mij gesloten informatieuitwisselingsverdragen
en bijvoorbeeld de 300 % boete. Bij de tweede pijler gaat het om het
inkeerbeleid, met een actuele stand van ruim € 680 miljoen ingekeerd
vermogen in dit jaar. De derde pijler tenslotte, betreft de zelfstandige controle
en opsporing door de Belastingdienst en FIOD-ECD.
De staatssecretaris van Financiën,
J. C. de jager