31 066 Belastingdienst

Nr. 443 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 november 2018

Tijdens het Algemeen overleg over de schenk- en erfbelasting op 25 september jl. (Kamerstuk 31 066, nr. 437) heb ik toegezegd u over een aantal zaken met betrekking tot de schenk- en erfbelasting te informeren. In deze brief ga ik eerst in op de werkvoorraden schenk- en erfbelasting en vervolgens op het wat bredere palet aan toezeggingen. Voor de meest actuele raming van de inkomsten van de schenk- en erfbelasting en een toelichting daarop, verwijs ik u naar de Najaarsnota (Kamerstuk 35 095, nr. 1).

1. Stand van zaken inlopen werkvoorraden schenk- en erfbelasting

A. Erfbelasting

De Belastingdienst begon het jaar 2018 met een voorraad van 20.400 aangiften erfbelasting en begin juli was de voorraad erfbelasting opgelopen tot 21.200. Zoals u weet, heb ik daarna maatregelen genomen zoals de inzet van een zomertaskforce. In 2018 zijn tot en met 9 november 42.400 aangiften ingestroomd en 53.200 aangiften behandeld. De voorraad is inmiddels teruggebracht naar 9.600 op 9 november. Van deze voorraad kunnen ongeveer 3.000 aangiften vanwege inconsistenties in de aangiften nog niet in behandeling worden genomen. Hiervoor wordt eind november een systeemaanpassing doorgevoerd, waarmee naar verwachting ongeveer de helft van deze uitgevallen voorraad nog dit jaar in behandeling kan worden genomen. Ik verwacht u hierover tijdens het debat begin december meer te kunnen melden.

Rekening houdend met deze cijfers en de verwachte nieuwe instroom verwacht ik dat eind december ongeveer 4.500 aangiften in behandeling en ongeveer 2.000 aangiften nog niet behandelbaar zijn. Zodra deze aangiften behandelbaar zijn, heeft de Belastingdienst voldoende capaciteit beschikbaar om deze aangiften alsnog te behandelen. De voorraad bedraagt dus naar verwachting eind december circa 6.500. De gangbare voorraad aan het einde van het jaar bedraagt ongeveer 5.000.

B. Schenkbelasting

De Belastingdienst begon het jaar 2018 met een voorraad te digitaliseren aangiften schenkbelasting van 12.000 aangiften en begin juli was de voorraad opgelopen tot 25.000. In 2018 zijn tot 9 november 49.600 aangiften ingestroomd en 59.300 aangiften schenkbelasting gedigitaliseerd. Met deze inspanning is de voorraad teruggebracht naar 2.300 op 9 november. Rond de jaarwisseling is de voorraad te digitaliseren aangiften naar verwachting weer op het gangbare niveau van circa 1.000. Zoals ik eerder aan uw Kamer heb gemeld worden voor de schenkbelasting voorlopige aanslagen opgelegd. Volgens planning zal in 2019 gestart worden met het opleggen van definitieve aanslagen voor het belastingjaar 2017.

2. Toezeggingen AO

Op 25 september jl. heb ik in het Algemeen overleg over de schenk- en erfbelasting een aantal toezeggingen gedaan. Graag neem ik u mee in de stand van zaken.

A. Knelgevallenregeling

Burgers die ernstige hinder ondervinden van de vertraging bij de erfbelasting kunnen de Belastingdienst verzoeken om de aangifte erfbelasting of het verzoek om een voorlopige aanslag met voorrang te behandelen (knelgevallenregeling). In totaal zijn er tot en met 9 november 1.900 meldingen binnengekomen en geregistreerd. Daarvan zijn nog ruim 200 verzoeken in behandeling. De overige verzoeken zijn afgedaan. De verwachting is dat de openstaande verzoeken binnen een tijdsbestek van twee maanden ook zijn afgedaan.

B. Verbetering van het proces van uitnodiging tot het doen van aangifte

Tijdens het AO heeft uw Kamer de zorg geuit dat nabestaanden onterecht een brief ontvangen waaruit kan worden opgemaakt dat er geen aangifte erfbelasting hoeft te worden gedaan. Ik heb daarom overwogen om alle nabestaanden een uitnodiging te sturen tot het doen van aangifte erfbelasting. Per jaar overlijden rond de 150.000 burgers. Op dit moment zijn nabestaanden in ongeveer 50.000 gevallen op jaarbasis erfbelasting verschuldigd. Voor een groot deel van deze groep is een uitnodiging tot het doen van aangifte overbodig. Het gevolg is dat het voor deze burgers leidt tot onnodige administratieve lasten, onnodige uitvoeringskosten vanwege de vele nihilaangiften, extra telefoon- en balieverkeer en onbegrip. Daarom heb ik besloten deze stap niet te zetten.

Om toch tegemoet te komen aan de zorgen van uw Kamer heeft de Belastingdienst onderzoek gedaan naar het proces om belastingplichtigen uit te nodigen tot het doen van aangifte. Daaruit is gebleken dat het proces op een aantal punten versterkt kan worden. De Belastingdienst neemt daarom een aantal maatregelen om het uitnodigingenproces te verbeteren. Het uitnodigingenproces wordt aangescherpt. Zo zal de werkinstructie voor medewerkers worden aangevuld om in gevallen waar onmiskenbaar sprake is van een groot vermogen, altijd een uitnodiging tot het doen van aangifte te versturen. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer de overledene bij leven onder de fiscale behandeling van het team Zeer vermogende personen (ZVP) viel. Verder wordt de communicatie met de burger verduidelijkt. Het is essentieel dat de brief die naar de betreffende nabestaanden wordt gestuurd duidelijk maakt dat zij zelf verantwoordelijk blijven voor het doen van aangifte als dat nodig is. Daarom is het noodzakelijk dat de formulering van de brieven die nabestaanden ontvangen duidelijk is. De brief zal worden aangepast, zodat deze verantwoordelijkheid er nog duidelijker uit blijkt.

Ook zet de Belastingdienst steekproeven in om de kwaliteit van de aangiftebehandeling in de gaten te houden.

C. Kwaliteit

Beheersmaatregelen voor verbetering stuurinformatie

Een van de problemen bij het beheersbaar houden van de voorraden is het niet op orde zijn van management- en stuurinformatie.1 Daarom heeft de Belastingdienst een aantal beheersmaatregelen getroffen waardoor beter kan worden gestuurd op productie. Om in control te komen op het proces zijn een aantal tijdelijke maatregelen getroffen. Er wordt wekelijks gerapporteerd over de voortgang en deze rapportage wordt op topmanagementniveau (twee)wekelijks besproken. Maandelijks ontvang ik een voortgangsnotitie met de stand van zaken.

Deze maatregelen zijn vooral bedoeld om de situatie nu op orde te brengen. Voor een structureel betere informatievoorziening voor de erf- en schenkbelasting is een programma gestart. Het programmaplan is eind 2018 gereed. Hierbij ligt de focus op het structureel in orde krijgen van de prognose, stuur- en verantwoordingsinformatie, het inrichten van de daarbij behorende rapportagecyclus, en het integreren van het risicobeheer in het bedrijfsvoeringproces.

Uitkomst steekproefsgewijze controle bij de schenk- & erfbelasting

Ik neem uw signalen over eventuele kwaliteitsproblemen serieus. Tijdens de inzet van de zomertaskforce is een aanvullende kwaliteitsmeting ingevoerd via een steekproef. In het AO hebben we daar uitgebreid over gesproken.2 Deze steekproef is uitgevoerd door ervaren medewerkers van de erf- en schenkbelasting. Deze steekproef is statistisch valide. De resultaten van de controles geven voldoende vertrouwen in een kwalitatief juiste behandeling. Ik continueer deze werkwijze.

Daarnaast wordt voor de schenk- en erfbelasting onderzoek gedaan naar aanvullende methoden van kwaliteitsmeting. Erfbelasting zal als eerste «klein middel» participeren in de landelijke FIX-onderzoeken (Fiscale Kwaliteits Index). De FIX meet de kwaliteit van de aangiftebehandeling, de administratieve controles, de invordering, het controleproces en de heffing en bezwaarbehandeling.

Ook heeft de Belastingdienst een analyse uitgevoerd op het aantal klachten en het telefonieaanbod. De zomertaskforce heeft niet geleid tot een significante toename van het telefonieaanbod en het aantal klachten.

Tijdens het AO van 25 september heb ik u kort bijgepraat over de bezwaren. Ik gaf toen aan dat er bij erf- en schenkbelasting onder de Awb-norm gescoord wordt en heb toegezegd uw Kamer over de aantallen bezwaren en de afdoening daarvan te informeren. Ik had u graag meer in detail meegenomen in de afdoening van bezwaren schenk- en erfbelasting. Op dit moment is hierover nog geen gevalideerde informatie beschikbaar. Aan deze validatie wordt gewerkt.

D. Samenwerking met het notariaat

Ik hecht veel waarde aan goed en doorlopend contact tussen de Belastingdienst en het notariaat, ook voor zaken die voor verbetering vatbaar zijn. Om die reden vinden op regelmatige basis en op verschillende niveaus overleggen van de Belastingdienst met de KNB plaats. Die overleggen bieden het notariaat ook de mogelijkheid specifieke casuïstiek in te brengen.

De notarissen hebben tijdens overleg aangegeven dat zij de correspondentie via hen willen laten verlopen, in plaats van via de erfgenaam. Sommige correspondentie verloopt al direct tussen de Belastingdienst en de gemachtigde notaris maar voor bijvoorbeeld verminderingsbeschikkingen is dit nog niet het geval. Om de verminderingsbeschikkingen naar het door de notaris opgegeven domicilieadres te kunnen sturen, is een software aanpassing vereist, die is voorzien per 1 februari 2019. Dit betekent dat per 1 februari 2019 ook de verminderingsbeschikking direct naar de gemachtigde notaris wordt verzonden.

Een ander onderwerp van overleg met de KNB betreft de digitale aanlevering van testamenten van overleden testateurs door notarissen aan de Belastingdienst. Deze testamenten zijn belangrijk voor het uitnodigingsproces en het vaststellen van aanslagen. Nog niet alle notarissen doen dat tijdig genoeg, mede vanwege onwennigheid met het nieuwe daartoe speciaal ontworpen portaal. Indien de testamenten niet tijdig bij de Belastingdienst worden aangeleverd, heeft dit negatief effect op de aanslagbehandeling omdat essentiële informatie wordt gemist. De KNB heeft inmiddels actie ondernomen en deze actie heeft zijn vruchten afgeworpen. Het aantal door de Belastingdienst ontvangen testamenten is toegenomen. De komende tijd zal echter de achterstand geheel ingelopen moeten worden. De KNB heeft toegezegd hier notarissen op aan te spreken.

Tot slot

De Belastingdienst heeft het afgelopen jaar veel stappen gezet om het proces van de schenk- en erfbelasting weer op orde te brengen en de ICT-systemen werkend te maken. Dit werpt zijn vruchten af, maar aandacht blijft ook de komende periode nog geboden. In 2019 is daarom ook nog een aantal vervolgstappen nodig waaronder de verdere ontwikkeling van de ICT-systemen. Dit heeft mijn voortdurende aandacht. Mocht daar aanleiding voor zijn, dan zal ik uw Kamer aanvullend informeren.

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 395.

X Noot
2

Kamerstuk 31 066, nr. 437.

Naar boven