31 066 Belastingdienst

Nr. 385 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 oktober 2017

In februari 20171 heeft de toenmalig Staatssecretaris uw Kamer geïnformeerd over onderzoeken en acties naar aanleiding van een televisie-uitzending. Op 2 oktober 2017 heeft hij u de rapporten van het onderzoek gegevensgebruik D&A, het onderzoek informatiebeveiliging Broedkamer, onderzoek implementatie HBB en de bij de rapporten behorende rapportages van de Auditdienst Rijk aangeboden (bijlagen bij Kamerstuk 31 066, nr. 379). Met deze brief kom ik de toezegging van mijn ambtsvoorganger na om uw Kamer het rapport van het externe onderzoek uitgevoerd door advocatenkantoor NautaDutilh (hierna: NautaDutilh) naar de gevolgde aanbestedingsprocedure voor ondersteuning van de Broedkamer eind oktober toe te sturen. Ik heb het rapport zeer onlangs ontvangen. Mede gegeven de wens van de Kamer en de lange doorlooptijd van het onderzoek, stuur ik u het rapport nu2 met mijn reactie toe.

Het onafhankelijk onderzoek is ingesteld naar aanleiding van een televisie-uitzending op 1 februari jl., waarin onder meer de aanbesteding van de ondersteuning van de Broedkamer aan de orde is gekomen. Het doel van het onafhankelijk onderzoek was:

  • i. Vaststellen of, en zo ja, in welke mate de Aanbesteding op grond waarvan de Aanbestedingsopdracht aan Accenture is gegund, op een rechtmatige, ordelijke en integere wijze is verlopen; en,

  • ii. Vaststellen of, en zo ja in welke mate, bij de uitvoering van de Aanbestedingsopdracht de in die opdracht gemaakte prestatieafspraken zijn nagekomen.

Deze doelen zijn verder uitgewerkt in onderzoeksvragen.

Conclusies

De conclusies ten aanzien van de eind 2013 gevolgde procedure tot opdrachtverlening zijn ernstig, aangezien er vanuit de Aanbestedingswet 2012 gezien onrechtmatigheden zijn geconstateerd. Er is door de onderzoekers overigens niet vastgesteld dat er daarbij sprake was van persoonlijk gewin. Oorzaken van de onrechtmatigheden zijn te herleiden tot het ontbreken van heldere procedures, juiste en passende houding en gedrag van betrokken medewerkers en het onvoldoende aanwezig zijn van checks and balances. Er mag geen enkel misverstand bestaan over het feit dat te allen tijde de wet- en regelgeving in acht moet worden genomen en dat procedures zorgvuldig worden ingericht en doorlopen. Bij deze aanbesteding is dat niet goed gegaan en dat is natuurlijk niet acceptabel.

De opdracht is gegund na het doorlopen van een minicompetitie op grond van een in 2011 gesloten raamovereenkomst. De onderzoekers hebben vastgesteld dat op elementen in de minicompetitie de Aanbestedingswet 2012 niet is nageleefd. Een van die elementen is dat er een verstoring van het level playing field was. Daarnaast is door hen vastgesteld dat het voor de aanbesteding verantwoordelijke afdelingshoofd een voorkeur had voor en sturing ten voordele van Accenture heeft gegeven. Er is geen andere beweegreden vastgesteld, dan dat deze medewerker de wens had om Accenture aan boord te houden gegeven de tevredenheid over Accenture bij eerdere opdrachten. De voor het afdelingshoofd verantwoordelijke directeur wist van de sturing, maar heeft hierop niet ingegrepen. Ook is vastgesteld dat de onderdelen Inkoop en Vendor Management hun rol niet naar behoren hebben ingevuld, omdat zij de voorgedane onrechtmatigheden in het proces niet hebben voorkomen. Geconcludeerd is dat er geen belangenverstrengeling plaatsgevonden heeft bij de minicompetitie. Wel zijn de onderzoekers van oordeel dat het juryvoorzitterschap van de Accenture Innovation Awards van de toenmalig algemeen directeur Belastingen en een diner van de algemeen directeur, directeur Bedrijfsvoering, het bij de aanbesteding betrokken afdelingshoofd met Accenture, hebben geleid tot een schijn van belangenverstrengeling.

De met Accenture overeengekomen prestatieafspraken (EUR 150 miljoen extra belastingopbrengsten en EUR 10 miljoen efficiëntiewinst) zijn naar het oordeel van de onderzoekers onvoldoende specifiek geformuleerd. De Belastingdienst en Accenture hebben vooraf niet voldoende stilgestaan bij de complexiteit van het meten van de te ontwikkelen innovaties. De onderzoekers hebben vastgesteld dat het voldoende aannemelijk is dat de prestatieafspraken zijn gehaald en dat de Belastingdienst zich heeft ingespannen om het behalen van de afgesproken prestatieafspraken vast te stellen. Daarbij dient wel de kanttekening te worden gemaakt dat de door de Belastingdienst gebruikte meetmethodiek en resultaten niet extern gevalideerd zijn.

Ondernomen acties

De conclusies zijn in lijn met de conclusies die ook de Commissie onderzoek Belastingdienst in zijn onderzoeksrapport heeft getrokken. Naar aanleiding van dat onderzoek is er een groot aantal acties in gang gezet om verbeteringen binnen de Belastingdienst te realiseren. Zo zijn de verantwoordelijkheden en bevoegdheden verduidelijkt en de samenhang en samenwerking tussen de verschillende dienstonderdelen vastgelegd. Tevens is er ondertussen een nieuwe topstructuur in werking getreden waar de verantwoordelijkheden van de verschillende dienstonderdelen helderder in zijn belegd, waarbij een scheiding tussen kaderstelling, uitvoering en control wordt aangebracht. Daarmee worden de interne checks and balances versterkt. Het verscherpt toezicht op de verplichtingen zorgt er voor dat er extra checks and balances zijn, die ook van toepassing zijn bij aanbestedingsprocedures.

Meer specifiek over de aanbestedingsprocessen het volgende. De aanbesteding van deze opdracht vond plaats in het najaar van 2013 en de opdracht is gegund aan Accenture in januari 2014. De onderzoekers hebben bij hun oordeel dan ook de toen geldende wet- en regelgeving en interne procedures betrokken. De afgelopen jaren hebben reeds verschillende aanscherpingen van de procedures voor aanbestedingen plaatsgevonden. Onder meer naar aanleiding van een rapport van KPMG uit 2016, waarna wordt gewerkt met multidisciplinaire teams waarbij door de business, Vendormanagement en Inkoop vanaf de start van een inkooptraject wordt samengewerkt. Ook is een escalatieprocedure ingericht voor die situaties dat een voorgenomen inkoopopdracht op gespannen voet staat met wet- en regelgeving en er sprake is van een zwaarwegend bedrijfsvoeringsbelang om de opdracht toch te plaatsen.

Verder wordt scherper toegezien op mogelijke belangenverstrengeling bij inhuur, is de casus van het onderzoek besproken in diverse werkoverleggen en is er een betere monitoring op het vaststellen of er sprake is van verstoring van het level playing field.

De toenmalig algemeen directeur Belastingen, de manager D&A en het afdelingshoofd zijn allen niet meer werkzaam bij de Belastingdienst. Uit het onderzoek zijn geen feiten en/of omstandigheden vast komen te staan die het vermoeden doen rijzen van een (mogelijk) strafbaar feit. Van het doen van aangifte is dan ook geen sprake.

Inrichting en duur onderzoek

Er is ten behoeve van het onderzoek een onderzoeksprotocol opgesteld waarin de uitgangspunten voor en waarborgen van het onderzoek zijn vastgelegd. In het kader van zorgvuldigheid hebben de betrokkenen de mogelijkheid gekregen om te worden gehoord en wederhoor te geven op de opgestelde interviewverslagen en de feiten zoals deze zijn opgenomen in het onderzoeksrapport. Aanvullend hierop hebben deze betrokkenen de mogelijkheid gekregen kennis te nemen van het gehele rapport de dag voor verzending van het rapport aan uw Kamer.

Na aanvang van en gedurende het onderzoek bleek dat het onderzoek omvangrijker en complexer was dan werd voorzien. Dit had onder meer te maken met de ontsluiting van de relevante documentatie en informatie, de hoeveelheid ter beschikking gestelde documentatie, het toegankelijk maken van relevante e-mails onder andere vanwege de in acht te nemen eisen van zorgvuldigheid en proportionaliteit en meer te houden interviews dan voorzien.

De aanbevelingen uit het rapport van NautaDutilh worden overgenomen. Over de voortgang van de uitwerking van de aanbevelingen zal ik u blijven informeren.

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 344, Kamerstuk 31 066, nr. 340.

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven