31 066 Belastingdienst

Nr. 1415 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP EN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 juni 2024

Op 16 april 2024 heeft uw Kamer de motie Stultiens en Inge van Dijk1 aangenomen. Deze motie verzoekt de regering om samen met gemeenten en OCW/DUO naar een maatwerkoplossing te zoeken voor jongeren met een problematische studielening als gevolg van de toeslagenaffaire. Samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en OCW/DUO is verkend welke mogelijkheden er zijn.

Het kabinet voelt de verantwoordelijkheid om getroffen jongeren zo goed mogelijk te ondersteunen. Ook vinden we het belangrijk om goed maatwerk te bieden aan deze jongeren met een studielening zodat deze hun toekomstperspectief zo min mogelijk in de weg staat. Daarom zullen er naar aanleiding van de motie aanvullende acties genomen worden om ervoor te zorgen dat jongeren op een laagdrempelige en persoonlijke manier geholpen worden bij hun studielening. De mogelijkheden worden in deze brief nader toegelicht.

De bestaande mogelijkheden voor maatwerk op het gebied van DUO-schulden kunnen veel verlichting bieden aan getroffen jongeren, maar we zien ook dat deze mogelijkheden nog niet bij iedereen voldoende bekend zijn. Jongeren geven bijvoorbeeld aan ondersteuning te willen hoe het beste om te gaan met een studieschuld en hoe ze ervoor kunnen zorgen dat het zo min mogelijk van invloed is op hun leven (Diversion, 2023). Het kabinet spant zich daarom samen met ketenpartners in om getroffen jongeren op een laagdrempelige manier zo goed mogelijk voor te lichten en te ondersteunen.

Maatwerk via de brede ondersteuning van gemeenten

Sinds de inwerkingtreding van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht), kunnen alle jongeren die in aanmerking komen voor de kindregeling bij hun gemeente terecht voor brede ondersteuning. Deze is gericht op het kunnen maken van een nieuwe start. Gemeenten maken zich hard om jongeren te bereiken, zodat zij hen kunnen ondersteunen bij eventuele hulpvragen op de vijf leefgebieden – financiën, gezin, werk, wonen en zorg.

Het kabinet onderkent dat problematische schulden een nieuwe start voor jongeren in de weg kunnen staan en wil jongeren hier graag mee op weg helpen. Daarom is – mede naar aanleiding van de motie Kat2 – een aanvullend schuldhulpverleningsaanbod ontwikkeld voor jongeren met problematische schulden. Hiervoor is door het kabinet € 35 miljoen beschikbaar gesteld. Dit aanbod focust zich op het bieden van toekomstperspectief voor jongeren, door middel van het saneren van schulden en het bieden van begeleiding. Bij brief van 4 juli 20233 bent u hierover geïnformeerd. Ook de saneerbare schulden van DUO vallen onder dit aanbod. Het gaat dan om achterstanden op de betaling van de studieschuld, lesgeldachterstanden en ov-boetes. De hoofdsom van de studieleningen valt niet onder het aanvullende schuldhulpverleningsaanbod omdat zij niet direct opeisbaar is. De details van het aanvullend aanbod zijn uiteengezet in de kamerbrief van 23 oktober 20234. Door dit aanbod wordt de schuldpositie en het toekomstperspectief van een groep jongeren met problematische schulden verbeterd om ook voor hen een nieuwe start mogelijk te maken.

Afgesproken is dat gemeenten jongeren ook kunnen helpen bij vragen ten aanzien van studieleningen van DUO, zoals het bieden van financieel overzicht of het samen in contact treden met DUO om tot een passende betalingsregeling te komen. Als een jongere samen met de gemeente direct contact legt met DUO kan er warmer contact worden gelegd en wordt er voorkomen dat de jongere telkens zijn of haar verhaal hoeft te doen.

Om getroffen jongeren hier zo goed mogelijk in te ondersteunen heeft DUO samen met de VNG voorlichtingsmateriaal voor gemeenten opgesteld dat inzicht geeft in welke mogelijkheden DUO biedt rondom het aflossen van studieschulden na of tijdens de studie. De VNG biedt ook doorlopend implementatieondersteuning aan gemeenten bij het bieden van de brede ondersteuning, ook in het kader van studieleningen, zodat zij getroffen jongeren zo goed mogelijk kunnen ondersteunen. Zo zijn gemeenten in april en mei 2024 extra geïnformeerd over de mogelijkheden voor getroffen jongeren rondom de kindregeling.

Het kabinet erkent daarnaast het belang van onderwijs bij het creëren van duurzaam toekomstperspectief. Daarom kunnen getroffen jongeren voor wie onderwijs noodzakelijk is om het leven weer op de rit te krijgen, terecht bij hun gemeente. Er wordt dan samen met de gemeente gekeken welke passende oplossingen er zijn voor de behoefte van de jongere, waarbij de beschikking hebben over een startkwalificatie of het duurzaam kunnen participeren in een arbeidsproces het uitgangspunt is.

Maatwerk bij DUO

Door alles wat getroffen jongeren hebben meegemaakt, kunnen (studie)schulden als extra zwaar worden ervaren. DUO biedt maatwerk voor alle jongeren met een studielening die tegen financiële problemen aanlopen bij het terugbetalen van die lening, of tegen onvoorziene omstandigheden aanlopen tijdens hun studie. Dit maatwerk kan verlichting bieden in de situatie van de jongere. Ook getroffen jongeren met een studielening bij DUO kunnen gebruik maken van dit aanbod als zij tegen deze problemen aanlopen tijdens of na hun studie. Jongeren met problematische schulden maken al veelvuldig gebruik van deze maatwerkmogelijkheden.

Het is hierbij uiteraard van belang dat jongeren – al dan niet vanuit de brede ondersteuning – de mogelijkheden bij DUO goed weten te vinden en dat de collega’s van DUO ook gevoel hebben bij wat deze jongeren hebben meegemaakt. Om dat eerste te bewerkstelligen is er informatie geplaatst op kindregelingvoorjou.nl en heeft een maatwerkfunctionaris van DUO een toelichting gegeven op de mogelijkheden in de podcast Wat nu?5. Het eerdergenoemde voorlichtingsmateriaal in de vorm van een factsheet – opgesteld door DUO samen met de VNG – draagt bij aan het vergroten van kennis bij gemeenten over de mogelijkheden bij DUO.

Uiteraard is bij DUO ook al veel aandacht geweest voor de toeslagenaffaire en de gevolgen daarvan. Naar aanleiding van de motie zal er extra worden ingezet om het gevoel bij de betrokken collega’s van DUO verder te vergroten over wat getroffen jongeren hebben meegemaakt. Dat betekent concreet dat er aanvullende sessies zullen worden georganiseerd over de belevingswereld van getroffen jongeren en hoe de toeslagenaffaire effect heeft (gehad) op hun leven.

Mogelijkheden terugbetaalfase

De studieschuld die een student heeft opgebouwd is niet direct opeisbaar. Om te voorkomen dat oud-studenten meer moeten terugbetalen dan zij op basis van hun inkomen kunnen dragen, is er voor iedereen de draagkrachtregeling. Met deze regeling wordt bepaald hoeveel de oud-student iedere maand kan aflossen. Als de oud-student een laag of geen inkomen heeft, dan hoeft de oud-student dus minder of soms niets af te lossen.

De oud-student hoeft in de meeste gevallen niets te doen om de draagkrachtregeling te regelen. Als het inkomen van de oud-student in de afgelopen twee jaar sterk is gedaald, mag er ook een verlegging van het peiljaar worden aangevraagd. Dat betekent dat DUO van het inkomen uit een recenter jaar uitgaat, zodat de oud-student per maand minder hoeft te betalen.

Afhankelijk van het terugbetaalregime betaalt de student in 15 of in 35 jaar terug, plus het aantal maanden dat eventueel gebruik is gemaakt van de inzet van aflosvrije maanden. Op het moment dat in al die jaren een betaling is gedaan – waarbij een betaling bij beperkte draagkracht ook € 0 kan zijn – en er na die 15 of 35 jaar nog een bedrag aan studieschuld openstaat, wordt de resterende hoofdsom van dat bedrag kwijtgescholden.

Oud-studenten die geen diploma hebben gehaald, maar wel een aanvullende beurs hebben ontvangen, kunnen mogelijk ook in aanmerking komen voor een (gedeeltelijke) kwijtschelding van de aanvullende beurs die niet is omgezet in een gift. Of de oud-student daarvoor in aanmerking komt is afhankelijk van het inkomen van de oud-student en diens partner.

Mochten bovenstaande mogelijkheden onvoldoende soelaas bieden en de oud-student desondanks betalingsproblemen hebben, dan kan er altijd samen met DUO worden gekeken of er nog verder maatwerk mogelijk is. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een tijdelijke verlaging van het maandbedrag of de eenmalige inzet van extra aflosvrije maanden.

Mogelijkheden tijdens de studie

Soms komen studenten tijdens hun studie in een onvoorziene lastige situatie. Ook op dat moment zijn er mogelijkheden bij DUO die de «voorziening prestatiebeurs» worden genoemd. De voorziening prestatiebeurs bestaat uit verschillende onderdelen. Voor al deze onderdelen moet de decaan of studiebegeleider een verklaring voor de student afgeven. Dat mag ook nadat de student de studie heeft afgemaakt of met de opleiding is gestopt.

Twee onderdelen van de voorziening prestatiebeurs worden hieronder toegelicht: de mogelijkheid tot verlenging van de diplomatermijn en het omzetten van prestatiebeurs naar een gift zonder diploma. Wanneer een student door onvoorziene omstandigheden van tijdelijke aard de studie niet binnen de diplomatermijn kan afronden, kan de diplomatermijn worden verlengd met de duur van de omstandigheid. Dat betekent dat een student langer de tijd krijgt om de opleiding af te ronden en zo alsnog de prestatiebeurs omgezet krijgen in een gift. Als de student door direct gevolg van een structurele onvoorziene omstandigheid de opleiding niet met een diploma kan afronden, bestaat de mogelijkheid om de prestatiebeurs alsnog om te zetten in een gift.

Compensatie via de schadeherstelroute van de ouder

Ouders die inkomens- of andere schade hebben geleden als gevolg van de toeslagenaffaire, kunnen via een regeling of schadeherstelroute worden gecompenseerd (bijvoorbeeld de Commissie Werkelijke Schade). Zij kunnen dan een schadevergoeding ontvangen. Wanneer het inkomensverlies of andere schade van de ouder destijds deels werd opgevangen door het inzetten van een studielening van een kind voor het huishouden, dan kan de ouder die in een schadeherstelroute wordt gecompenseerd voor inkomensschade, een deel van die schadevergoeding gebruiken om financieel nadeel dat het kind mogelijk heeft geleden te compenseren.

Tot slot

Het kabinet denkt dat deze mogelijkheden tot maatwerk, met de extra inzet, verlichting kunnen bieden aan getroffen jongeren. Daarom maakt het kabinet zich er hard voor dat getroffen jongeren actief en op een laagdrempelige manier op deze mogelijkheden worden gewezen zodat zij zo ruimhartig mogelijk gebruik kunnen maken van deze opties. Persoonlijk contact vanuit de brede ondersteuning met DUO kan hier zeker aan bijdragen en biedt toegang tot de brede dienstverlening voor (oud-)studenten. Zo willen we jongeren zo goed mogelijk ondersteunen bij het maken van een nieuwe start met zo goed mogelijk toekomstperspectief.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf

De Staatssecretaris van Financiën, A. de Vries


X Noot
1

Kamerstukken II, 2023–2024, 31 066, nr. 1359

X Noot
2

Kamerstukken II, 2022–2023, 31 066, nr. 1151

X Noot
3

Kamerstukken II, 2022–2023, 31 066, nr. 718

X Noot
4

Kamerstukken II, 2023–2024, 24 515 en 31 066, nr. 728

X Noot
5

Podcast «Wat nu?», aflevering 4. Wat nu? de Podcast | Hulplijn | Kindregelingvoorjou.nl

Naar boven