31 066 Belastingdienst

Nr. 1128 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 oktober 2022

Hierbij ontvangt u de Voortgangsrapportage hersteloperatie Toeslagen over het derde kwartaal van 2022 (juli t/m september). Met deze rapportage wordt de Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van het herstel voor gedupeerde ouders en kinderen.

De afgelopen maanden zijn de gesprekken met ouders en kinderen voortgezet. Het is logisch dat de behoefte aan aandacht voor hun situatie en een spoedige afronding van het herstel groot blijft. Alle aandacht is en blijft daar dus op gericht. Ouders willen – terecht – hun leven weer op kunnen pakken. Steeds meer gedupeerde ouders weten daarbij de weg naar hun gemeente te vinden. Voor steun en voor maatwerk hulp bij het vinden van werk, het krijgen van de benodigde zorg of het oplossen van een woonprobleem.

Ook de afgelopen maanden is vooruitgang geboekt, zoals u in deze voortgangsrapportage kunt lezen. Zo kunnen ouders die zelf al schulden of betalingsachterstanden hadden afbetaald die in aanmerking kwamen voor afbetaling door de overheid, inmiddels voor teruggave terecht bij het speciale loket dat hiertoe is opengesteld. Er is ondersteuning georganiseerd voor ouders in het buitenland. Ook is de rol van de persoonlijk zaakbehandelaar uitgebreid en is samen met ouders gestart met de praktijktest met vaststellingsovereenkomsten.

Maar we zijn er nog niet. We blijven in gesprek met ouders om te kijken waar het sneller en beter kan. Hoewel er hard wordt gewerkt, lopen ouders nog steeds tegen lange wachttijden aan bij bezwaren en bij het opvragen van het hersteldossier. En ook de achterstand bij de integrale beoordelingen blijft te groot. Hetzelfde geldt voor de beoordeling van werkelijke schade door de Commissie Werkelijke Schade (CWS). Ook daar moeten ouders te lang wachten. Met een nieuw beoordelingskader en de aanbevelingen uit het onderzoek van ABDTOPConsult kijken we momenteel hoe we dit proces strakker kunnen vormgeven.

Kortom, ook in deze voortgangsrapportage kunt u zien hoe wordt gewerkt aan de hersteloperatie en dag in dag uit geprobeerd wordt de hersteloperatie verder te verbeteren en te versnellen.

Voortgang herstelregelingen

Tot aan het einde van het derde kwartaal 2022 hebben 57.400 personen zich aangemeld als mogelijk gedupeerde bij de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT). In een eerste toets wordt bekeken of zij als gedupeerde kunnen worden erkend. Dit gebeurt binnen zes maanden na aanmelding. Voor ongeveer 97% van de melders is deze eerste toets inmiddels afgerond. In totaal zijn 27.260 ouders erkend als gedupeerde. Ouders van wie is vastgesteld is dat zij gedupeerd zijn, krijgen direct de 30.000 euro en kunnen al snel rekenen op brede ondersteuning vanuit de gemeente waar ze wonen. Daarnaast is dan al de schuldenregeling van kracht die gedupeerde ouders zo veel mogelijk helpt zonder financiële achterstanden een nieuwe start te maken. De schuldenaanpak bestaat uit regelingen voor publieke schulden, private schulden en ouders in een wettelijke schuldsaneringsregeling of buitengerechtelijke schuldregeling.

Na de eerste toets volgt de integrale beoordeling. Voor bijna 17.400 aanvragen, zo’n 30% van het totaal, geldt dat UHT een (versnelde) integrale beoordeling heeft gedaan of de ouder afziet van verdere beoordeling. Maar alsnog moeten veel ouders nog te lang wachten voordat de integrale beoordeling start. Dit heeft te maken met het grote aantal ouders dat zich bij UHT heeft gemeld en met de tijd die nodig is om een integrale beoordeling goed uit te voeren. Het lukt daarmee niet om de integrale beoordeling binnen de wettelijke termijn uit te voeren. Het gevolg hiervan is dat een deel van de ouders beroep heeft aangetekend tegen het niet tijdig nemen van de beslissing. Wanneer zij in het gelijk gesteld zijn door de rechter, moet hun dossier met voorrang worden behandeld, waardoor niet alle dossiers meer op basis van volgorde van binnenkomst kunnen worden behandeld. Anders dan voor de zomer verwacht werd, geldt dat een deel van de aanvragen nog wel op volgorde van binnenkomst kan worden behandeld. Het risico blijft echter bestaan dat de behandelvolgorde geheel bepaald wordt door gerechtelijke uitspraken. Onafhankelijk hiervan gaan urgente situaties altijd voor, zo nodig zelfs boven het uitvoeren van rechterlijke uitspraken.

Ouders die na de eerste toets en de integrale beoordeling nog andere schadeposten hebben, kunnen een verzoek voor compensatie indienen bij de Commissie Werkelijke Schade (CWS). De CWS heeft een belangrijke rol in het herstelproces. Tegelijkertijd moeten ouders erop kunnen rekenen dat zij juist worden bejegend en dat er binnen een redelijke termijn een advies ligt dat recht doet aan hun situatie. Uw Kamer is op 16 september 2022 per brief geïnformeerd over een aantal verbetermaatregelen die naar aanleiding van een quickscan door ABDTOPconsult zijn ingezet.1 Zoals toegezegd ontvangt u bijgevoegd het beoordelingskader van de CWS voor immateriële schade. Het beoordelingskader biedt een basis voor de vaststelling van de immateriële schade en geeft meer helderheid aan ouders welke bedragen globaal gehanteerd worden door de CWS.

In het Wetgevingsoverleg Wet hersteloperatie Toeslagen (Kamerstuk 36 151, nr. 31) is door het lid Inge van Dijk (CDA) gevraagd om te onderzoeken of in het proces van commissie werkelijke schade (CWS) of een vaststellingsovereenkomst (VSO), kan worden gekeken naar het kwalificeren van afbetaalde schulden als schade. Het kabinet heeft er begrip voor dat het voor ouders, vanwege de gevolgen van het terugbetalen van schulden, onrechtvaardig aanvoelt indien eerder afbetaalde schulden niet voor de schuldenaanpak in aanmerking komen. Er is zorgvuldig naar dit vraagstuk gekeken, in overleg met CWS. Een schuld zelf is geen schade, maar kan wel het gevolg zijn van geleden schade. Deze schadepost wordt betrokken in de beoordeling. Als afbetaalde schulden schade tot gevolg hebben gehad wordt deze schade meegenomen in de compensatieregeling, waar CWS het sluitstuk van is. In paragraaf 3.2 van de VGR wordt hier nader op ingegaan. Voor met compensatie betaalde schulden is inmiddels een loket geopend.

Loket al betaalde schulden

Op 28 september 2022 is het loket al betaalde schulden geopend. Daarmee biedt het kabinet een regeling voor ouders die hun compensatie gebruikt hebben om betalingsachterstanden bij private schuldeisers te betalen, die anders onder de schuldenaanpak zouden zijn gevallen. Ook publieke schulden die zijn betaald voor 1 januari 2021 met compensatie, kunnen worden ingediend bij het loket. De eerste groep gedupeerde ouders, die voor 1 maart 2021 compensatie van € 30.000 heeft ontvangen, kon vanaf eind september een aanvraag doen bij Sociale Banken Nederland (SBN) voor schulden die zij hebben afbetaald met het ontvangen compensatiebedrag. Eind november gaat het loket voor de rest van de ouders open.

Emotioneel herstel

Uit de gesprekken die we met ouders en kinderen/jongeren hebben, komt duidelijk naar voren hoe belangrijk het is dat we ouders naast financieel herstel en brede ondersteuning door gemeentes, ook helpen bij hun emotioneel herstel. Ouders en kinderen/jongeren hebben daar zelf waardevolle ideeën over. Via de ondersteuning van vijf initiatieven voor en door ouders, bijvoorbeeld een initiatief voor contact tussen lotgenoten, ondersteunt het kabinet conform de motie Paul c.s.2 eigen regie bij gedupeerde ouders.

Het afgelopen jaar is samen met meer dan 100 kinderen van gedupeerden gewerkt aan het rapport «Ken ons, Help ons». Dit rapport gaat in op de impact die de toeslagenaffaire op hun levens heeft gehad, en wat hen kan helpen om hun leven weer op de rit te krijgen. Met dit rapport en eerdere onderzoeken onder de arm, werken we aan het nog beter helpen en steunen van kinderen die geraakt zijn door de toeslagenproblematiek. Het gaat dan bijvoorbeeld om de erkenning van hun problemen, aandacht voor hun mentale welzijn, financiële voorlichting en persoonlijke ontwikkeling. Kinderen en jongeren willen daar zelf graag ook een stem in hebben en worden dan ook betrokken bij de uitwerking en uitvoering ervan.

Wet hersteloperatie toeslagen

De Tweede Kamer heeft op 4 oktober 2022 (Handelingen II 2022/23, nr. 7, Stemmingen) ingestemd met de Wet hersteloperatie Toeslagen (Kamerstuk 36 151). Het wetsvoorstel is vervolgens ingediend bij de Eerste Kamer, waarbij de Kamer ernaar streeft om de wet op 1 november te behandelen. Als de Wet hersteloperatie toeslagen van kracht wordt, kan ook een aantal belangrijke nieuwe uitbreidingen van de hersteloperatie van start gaan. Dat betreft bijvoorbeeld de kindregeling een steun in de rug regelt, maar ook brede ondersteuning door gemeentes van meerderjarige uitwonende kinderen van gedupeerde ouders. Daarmee zorgen we ervoor dat ook de kinderen en inmiddels (jong)volwassenen die als gevolg van de problemen bij de kinderopvangtoeslag hebben meegemaakt en ervaren, erkenning krijgen en weer meer naar de toekomst kunnen kijken.

De kinderen en jongeren die in aanmerking komen voor de kindregeling wachten al te lang. Het herstel gericht op de kinderen speelt een belangrijke rol in het herstel voor hun ouders. De uitvoering van de kindregeling kan, afhankelijk van het moment van vaststelling van de wet vanaf november starten.

Versnellen en verbeteren

Het kabinet heeft aangegeven te blijven werken aan mogelijkheden voor verbetering en versnelling. Hiermee wordt gehoor gegeven aan de oproep van ouders en andere betrokkenen. Ook uw Kamer heeft hier meerdere keren aandacht voor gevraagd met de moties Alkaya c.s.3, Paul c.s.4 en Azarkan c.s.5.

Een aantal verbeteringen en versnellingen wordt al in de praktijk gebracht. Door versneld een eindbesluit te nemen voor situaties waarbij er geen kinderopvangtoeslag was, of als de ouder aangeeft dat de € 30.000 volstaat kunnen andere ouders uiteindelijk ook eerder beoordeeld worden. In het verlengde hiervan worden komende tijd aanvragen van andere ouders die vermoedelijk niet gedupeerd zijn, versneld afgehandeld.

In navolging van de driegesprekken tussen ouder, gemeente en persoonlijk zaakbehandelaar (PZB’er) waarvan de toepassing wordt opgeschaald, vinden ook praktijkproeven plaats om de rol van de PZB’er te vergroten en de ouder beter te informeren tijdens de integrale beoordeling. In praktijkproeven met casussen waar sprake lijkt te zijn van een reguliere wijzigingen bij de kinderopvangtoeslag, bijvoorbeeld omdat het inkomen van de ouder veranderde, kijkt de PZB’er, samen met de beoordelaar welke (aanvullende) informatie nodig is en nadat de ouder zijn/haar verhaal heeft verteld en rondt de persoonlijk zaakbehandelaar de beoordeling af. Als dit succesvol is, breiden we dit uit. Ook de verbetermaatregelen bij de bezwaarprocedures en dossiers, en de praktijktest met de vaststellingsovereenkomst (VSO) hebben tot doel snelheid en oudertevredenheid te verbeteren.

Er wordt ook bekeken welke mogelijkheden er in de toekomst nog zijn om te versnellen en te verbeteren. Het kabinet wil hierbij geen valse verwachtingen wekken want er zijn geen eenvoudige oplossingen. Binnen de verscheidene onderdelen van de hersteloperatie en de procedures die gedupeerden daar doorlopen is mogelijk nog wel winst te behalen. Dat kan ook gepaard gaan met dilemma’s. Processen kunnen soms sneller en efficiënter, maar dat kan óók gevolgen hebben voor de kwaliteit van dienstverlening of de rechtspositie van individuele gedupeerden. Eind van dit jaar verwacht het kabinet een completer beeld met de Kamer te kunnen delen van de mogelijkheden.

Tot slot

Ondanks dat er resultaten worden geboekt is er nog veel werk te doen om te herstellen wat er is misgegaan rondom de kinderopvangtoeslag en om ouders en kinderen verder te helpen. Want dat is waar de hele hersteloperatie om draait: ouders en kinderen helpen bij het maken van een nieuwe start. Daar gaat het kabinet ook de komende tijd verder mee aan de slag. Ik wil alle betrokkenen bedanken voor hun onvermoeibare inzet bij het herstelproces.

De Staatssecretaris van Financiën, A. de Vries


X Noot
1

Kamerstuk 31 066, nr. 1111.

X Noot
2

Kamerstuk 31 066, nr. 1042.

X Noot
3

Kamerstuk 31 066, nr. 1046.

X Noot
4

Kamerstuk 31 066, nr. 1071.

X Noot
5

Kamerstuk 31 066, nr. 1055.

Naar boven