nr. 13
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID SNIJDER-HAZELHOFF TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 12
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel I, onderdeel T, wordt als volgt gewijzigd:
1. Na het tweede punt wordt een punt ingevoegd, luidende:
2a. Onder vernummering van het vierde tot en met zesde lid tot vijfde
tot en met zevende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
4. Bij de noodzakelijke maatregelen, bedoeld in het derde lid, onderdeel
b, wordt rekening gehouden met vereisten op economisch, sociaal en cultureel
gebied, alsmede met regionale en lokale bijzonderheden.
2. In het derde punt wordt de aanduiding «7.» vervangen
door «8.» en wordt de zinsnede «het zesde lid,» vervangen
door «het zevende lid,».
II
In Artikel I, onderdeel U, komt het tweede punt te luiden:
2. Het vierde lid komt te luiden:
4. Artikel 19a, tweede, derde, vierde, vijfde en zevende lid, zijn
van overeenkomstige toepassing.
III
Artikel I, onderdeel X, komt als volgt te luiden:
X
Artikel 19e wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt de zinsnede «een op grond van artikel
10a, eerste lid, aangewezen gebied of het gebied waarvan de aanwijzing als
zodanig in overweging is genomen als bedoeld in artikel 12, derde lid,»
vervangen door: een Natura 2000-gebied.
2. Aan het slot van onderdeel a wordt «, en» vervangen
door een puntkomma. De punt aan het slot van onderdeel b wordt vervangen door «,
en».
Toegevoegd wordt een onderdeel, luidende:
c. vereisten op economisch, sociaal en cultureel gebied, alsmede
regionale en lokale bijzonderheden.
Toelichting
Dit amendement wordt gewijzigd om wetstechnische redenen. De bepalingen
van artikel 19 van de Natuurbeschermingswet geven invulling aan de verplichtingen
in artikel 6 van de Richtlijn 92/43 EEG. Het amendement strekt ertoe ook het
gestelde in artikel 2 lid 3 van de genoemde Richtlijn op te nemen in de Natuurbeschermingswet.
Daarmee wordt beoogd dat het bevoegde gezag bij het nemen van instandhoudingsmaatregelen
in de beheerplannen, alsmede bij het verlenen van vergunningen rekening houdt
met de vereisten op economisch, sociaal en cultureel gebied, en met de regionale
en lokale bijzonderheden. Dit sluit aan op het uitgangspunt dat de maatregelen
in de beheerplannen haalbaar en betaalbaar moeten zijn.
Snijder-Hazelhoff