31 031 IV
Jaarverslag en slotwet Koninkrijksrelaties 2006

nr. 6
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 7 juni 2007

De vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken1 heeft de volgende vragen over het rapport van de Algemene Rekenkamer bij het Jaarverslag 2006 van Koninkrijksrelaties (kamerstuk 31 031 IV, nr.2) aan de regering voorgelegd.

De vragen en de daarop door de regering gegeven antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Van Beek

De griffier van de commissie,

Franke

1

Kan op grond van overzicht 1 geconcludeerd worden dat er sprake is van een onderbesteding van het budget? Zo ja, wat zijn daarvan de redenen of oorzaken? Zo neen, waarom is het totaal aan verplichtingen hoger dan het totaal aan uitgaven over het jaar 2006?

Er kan op basis van overzicht 1 niet geconcludeerd worden of er sprake is geweest van onderbesteding aangezien de totaal aan verplichtingen en uitgaven niet worden afgezet tegen een budgettair kader. Het totaal aan verplichtingen is hoger dan de gerealiseerd uitgaven in 2006. Dit kan met name worden verklaard doordat om administratief/technische redenen (conversie) in 2006 opnieuw verplichtingen in de administratie zijn vastgelegd die in het verleden reeds waren aangegaan. Dit heeft niet geleid tot extra kasuitgaven in 2006. Deze correctie op de verplichtingen is gemeld in de 1e suppletore begroting 2006 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2005–2006, 30 560 IV, nrs. 1 en 2).

2

Waarom is met betrekking tot een bedrag van 16,7 miljoen euro de vereiste informatie die nodig is voor de rechtmatige afrekening van de voorschotten niet meer terug te vinden? Betekent dit dat (een deel van) het bedrag van 16,7 miljoen euro wellicht verduisterd is?

De vereiste informatie is niet meer terug te vinden omdat het veelal om zéér oude voorschotten gaat verstrekt vóór 1998. Destijds is bijvoorbeeld niet toegezien op het aanleveren van de vereiste voortgangsinformatie. Deze informatie kon thans niet meer worden achterhaald. Door het ontbreken van deze informatie kan niet met alle zekerheid worden vastgesteld dat het verstrekte geld is besteed aan het doel waarvoor het was bestemd. Dit betekent niet dat (een deel van) de 16,7 miljoen is verduisterd. In bijna alle gevallen zijn de projecten waar het om gaat afgesloten met een accountantsverklaring afgegeven door de Stichting Overheid Accountant Bureau (SOAB).

3

Kan een uitsplitsing gegeven worden van het bedrag van € 16,7 miljoen aan afgerekende voorschotten dat niet voldoet aan de daaraan te stellen eisen waarbij tevens wordt ingegaan op de volgende vragen; wie was de ontvanger van het betreffende voorschot, zijn er ooit één of meerdere reclamaties en/of aanmaningen verstuurd voor het niet (tijdig) verstrekken van een goede verantwoording bij de verrekening en zijn er ooit sancties in het vooruitzicht gesteld voor het niet (tijdig) verstrekken van een goede verantwoording bij de verrekening? Welke regels golden er de afgelopen jaren voor het verrekenen en verantwoorden van voorschotten en in hoeverre zijn die nageleefd? In hoeverre geeft dit de regering aanleiding om deze regels en/of de uitvoering daarvan aan te scherpen?

De betreffende voorschotten zijn verstrekt aan de Antilliaanse overheden via het Ministerie van Financiën van de Nederlandse Antillen. In de bestedingsoverleggen die destijds met de Nederlandse Antillen werden gevoerd werd wel aangedrongen op het verstrekken van de gevraagde informatie. Er was echter geen sanctiebeleid.

De regels die golden voor de financiering van projecten op de Nederlandse Antillen waren vastgelegd in de samenwerkingsprotocollen en in de afzonderlijke beschikkingen per project. Deze regels werden in grote lijnen nageleefd, soms werden aan projecten echter zeer specifieke voorwaarden gesteld. Op het naleven van deze voorwaarden werd niet altijd toegezien.

De financiering van projecten op de Nederlandse Antillen geschiedt thans via de Stichting Ontwikkeling Nederlandse Antillen (SONA). Hiermee is aan bovenbedoelde problematiek een einde gekomen.

SONA werkt aan de hand van de met Nederland overeengekomen beheersovereenkomst, inclusief procedureregels. Hiermee beschikt SONA over een instrumentarium om de Antilliaanse entiteiten te confronteren met sancties indien niet voldaan wordt aan opgelegde vereisten in de financieringsovereenkomsten.

Het verplichtingenproces is opnieuw beschreven binnen BZK. Daarbij is aandacht besteed aan de te stellen eisen en de controle op de naleving daarvan.

Zie bijlage voor een overzicht van de projecten waarvan voor een totaalbedrag van € 16,7 miljoen niet met zekerheid kon worden vastgesteld dat het is besteed aan het bestemde doel. Deze projecten zijn niet rechtmatig afgesloten omdat formeel niet voldaan werd aan gestelde eisen, zoals voortgangsrapportages, besprekingsverslagen of eindrapportages. Hierdoor kon niet met alle zekerheid worden vastgesteld of het geld was besteed aan het doel waarvoor bestemd. In vrijwel alle gevallen was er wel een accountantsverklaring voorhanden.

4

Wat wordt concreet bedoeld met de aanbeveling dat het totstandkomingproces in de decentrale en centrale bedrijfsvoering van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties beter dient te worden verankerd?

Gedoeld wordt op het totstandkomingsproces van de niet-financiële informatie in het jaarverslag, oftewel de totstandkoming van de prestatiegegevens. Het gaat dus niet over de financiële gegevens. In het RJV 2006 bij hoofdstuk VII (BZK) gaat de Algemene Rekenkamer daar uitgebreider op in. Zoals de minister van BZK in haar bestuurlijke reactie op het RJV 2006 bij hoofdstuk VII heeft aangegeven, zal BZK richting het jaarverslag 2007 en de ontwerpbegroting 2008 extra aandacht besteden aan de kwaliteit van de meetbare gegevens en een goede documentatie van de totstandkoming daarvan. Daarbij is de inzet dat voor elke doelstelling ofwel goede meetbare gegevens voorhanden zijn ofwel een goede verklaring waarom dit niet mogelijk is.

Bijlage bij het antwoord op vraag 3

Verslag 31 031 IV, nr. 2; Rapport vd Algemene Rekenkamer bij het Jaarverslag 2006 van Koninkrijksrelaties

OmschrijvingOpenstaand VoorschotOnzekerheid in feitelijke besteding
KODELA4 405 243,004 405 243
SOCIAAL NOODPROGRAMMA PERMANENT VOORSCHOT2 473 102,182 473 102
ACTIEPLAN BINNENSTAD VERWERVINGEN3 272 723,363 272 723
ACTIEPLAN BINNENSTAD INFRASTRUCTUUR10 556 086,132 186 255
ACTIEPLAN BINNENSTAD WONINGBOUW EN RENOVATIE10 874 846,581 014 915
ACTIEPLAN BINNENSTAD OVERIGE NIEUWBOUW1 404 674,66470 881
ACTIEPLAN BINNENSTAD RESTAURATIE6 365 026,71768 743
KORAAL SPECHT2 297 470,78185 991
DIV. DEELPROJECTEN WEDEROPBOUW LENNY (RAMPENBESTRIJDING)12 893 930,141 363 934
NOODPLAN MARKETING TOERISME EUX344 985,6686 246
NOODPLAN MARKETING TOERISME SABA384 896,36384 896
UP OPVOEDING 2000 CURACAO103 494,15103 494
 55 376 479,7116 716 424

XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van Beek (VVD), voorzitter, Van Gent (GL), Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Blok (VVD), Dijsselbloem (PvdA), Remkes (VVD), Van Bochove (CDA), Wolfsen (PvdA), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Sterk (CDA), Van Velzen (SP), Leerdam (PvdA), ondervoorzitter, Van Hijum (CDA), Griffith (VVD), Schinkelshoek (CDA), Ortega-Martijn (CU), Van Dijck (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Gill’ard (PvdA), Lempens (SP), Ouwehand (PvdD), Kuiken (PvdA) en De Rouwe (CDA).

Plv. leden: Verdonk (VVD), Halsema (GL), Van Leeuwen (SP), Van der Vlies (SGP), Teeven (VVD), Wolbert (PvdA), Weekers (VVD), Vacature (CDA), Spekman (PvdA), Vacature (CDA), Vacature (CDA), Poppe (SP), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Vacature (CDA), Van Miltenburg (VVD), Vacature (CDA), Voordewind (CU), Graus (PVV), Koşer Kaya (D66), Abel (SP), Bouchibti (PvdA), Van Dijk (SP), Thieme (PvdD), Kalma (PvdA) en Vacature (CDA).

Naar boven