31 016 Ziekenhuiszorg

Nr. 216 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 april 2019

Op 17 april jl. zijn afspraken gemaakt tussen de Pantein Zorggroep, zorgverzekeraars, het Radboudumc, de Sint Maartenskliniek, de Rabobank en het Ministerie van VWS met als doel het meerjarig borgen van de continuïteit van Zorggroep Pantein en in het bijzonder het Maasziekenhuis Pantein te Beugen (gemeente Boxmeer). De bestuurlijke afspraken hebben betrekking op de positie en financiering van het Maasziekenhuis. Door bijdragen van de verschillende partijen en extra capaciteitsbenutting binnen het ziekenhuis is de begroting weer toekomstbestendig.

Met deze brief informeer ik uw Kamer achtereenvolgens over de achtergrond en inhoud van deze afspraken, de bijdrage van het Ministerie van VWS en het vervolg.

Achtergrond

Het Maasziekenhuis Pantein, onderdeel van de Pantein Zorggroep, is een regionaal ziekenhuis in een adherentiegebied met 130.000 inwoners. Door zijn kleinschaligheid is het flexibel, maar ook kwetsbaarder voor de nadelen van een beperkte schaalgrootte. Tegelijk is het ziekenhuis belangrijk voor de behandeling van veelvoorkomende ziekten en spoedeisende hulp in de regio. Daarvoor werkt het Maasziekenhuis samen met andere zorgverleners in de regio, zoals het Radboud umc en de Sint Maartenskliniek. De Pantein Zorggroep als geheel omvat, naast het ziekenhuis, veertien zorgcentra en een thuiszorgorganisatie. Pantein vormt daarmee een centrale schakel voor de patiëntenzorg in de regio.

Als gevolg van de eerdergenoemde schaalnadelen staat het ziekenhuis er financieel niet goed voor. Ook kampt het ziekenhuis met hoge financieringslasten door een in de tijd ongunstig afgesloten financieringsarrangement uit 2008 voor nieuwbouw in combinatie met een tegenvallende verkoopopbrengst van de oudbouw. In de afgelopen jaren heeft Pantein vergaande maatregelen genomen om de kosten in het ziekenhuis te reduceren en tegelijkertijd de kwaliteit en veiligheid van de zorgverlening op peil te houden. Met de zorgverzekeraars, met VGZ als grootste zorgverzekeraar in de regio, heeft het ziekenhuis verbeterde prijsafspraken gemaakt. Dit past binnen het bredere beleid van VGZ rondom het versterken van regionale ziekenhuizen, vanwege het belang van nabijheid en samenhang van zorg. Desondanks komt Pantein nu tot de conclusie dat voor een toekomstbestendige exploitatie van het ziekenhuis een structurele verbetering van de opbrengsten in relatie met verdere kostenreductie nodig is. Zonder maatregelen ontstaan er mogelijk later dit jaar al risico’s voor de continuïteit van de zorgverlening door het ziekenhuis.

Bestuurlijke afspraken

Omdat ik tijdig door het ziekenhuis en zorgverzekeraar VGZ ben geïnformeerd over de hierboven geschetste situatie, was het mogelijk om samen met de meest betrokken partijen te komen tot afspraken over een passende oplossing. De meest betrokken partijen zijn, naast de Pantein Zorggroep zelf, de zorgverzekeraars vertegenwoordigd door VGZ, de Rabobank, het Radboudumc, SMK en het Ministerie van VWS. Al deze partijen onderschrijven met deze afspraken de noodzaak van een regionaal algemeen ziekenhuis in Boxmeer dat goede tweedelijnszorg levert in nauwe samenhang met de eerste lijn, de derde lijn en de langdurige zorg.

Om te komen tot een toekomstbestendig situatie zal het Maasziekenhuis de komende jaren de meer veelvoorkomende en de minder complexe patiëntenzorg van het Radboudumc overnemen. Dat geldt dan met name voor patiënten die wonen in het verzorgingsgebied van het Maasziekenhuis. Daarnaast gaan de specialisten van de Sint Maartenskliniek meer orthopedische zorg voor kinderen verrichten in het Maasziekenhuis. Door de zorgverzekeraars wordt deze volumegroei voor een groot deel gefaciliteerd en gegarandeerd in meerjarencontracten die per zorgverzekeraar variëren van 3 tot 5 jaar. Het Maasziekenhuis Pantein zelf gaat tegelijkertijd haar capaciteit (nog) beter benutten waardoor op kosten kan worden bespaard. Omdat hiermee een goede basis is gelegd voor een toekomstbestendige bedrijfsvoering, was het mogelijk om met de Rabobank nieuwe afspraken te maken over het herstructureren van lopende leningen van het ziekenhuis. Om de kwaliteit en veiligheid van de zorgverlening in aanloop naar de noodzakelijke volumegroei en verdere kostenreductie te borgen levert ook het Ministerie van VWS een bijdrage. Deze bijdrage is bestemd voor noodzakelijke investeringen in onder meer opleidingen, e-health en medische apparatuur.

Met deze afspraken is, voor de komende jaren, een stevig fundament gelegd voor het Maasziekenhuis, de Pantein Zorggroep als geheel en daarmee de zorgverlening in de regio. Om ook in de toekomst de beste zorg in de regio te kunnen blijven bieden zal, in lijn met het hoofdlijnenakkoord 2019–2022 en de uitgangspunten van het programma De Juiste Zorg op de Juiste Plek, onder regie van de zorgverzekeraars een regiobeeld worden opgesteld van de huidige en de toekomstige zorgvraag in de regio. Dit regiobeeld moet uiterlijk april 2020 gereed zijn en onder andere duidelijkheid scheppen over de toekomstige positie van het Maasziekenhuis in de regio in samenhang met andere aanbieders van ziekenhuiszorg (inclusief acute zorg), het aanbod in de eerste lijn, de ambulancezorg, de verpleeg- en verzorgingshuizen, de wijkverpleging, de paramedische zorg en maatschappelijke ondersteuning door de gemeente voor zover het raakvlakken heeft met het aanbod van curatieve zorg.

Betrokkenheid VWS

Binnen ons zorgstelsel zijn zorgaanbieders zelf verantwoordelijk voor een financieel gezonde bedrijfsvoering en hebben zorgverzekeraars een zorgplicht voor hun verzekerden. Samen moeten deze partijen zorgen voor een zorgaanbod dat past bij de zorgbehoefte van patiënten en cliënten in de regio. De unieke situatie waarin de Pantein Zorggroep zich thans bevindt, maakt in dit specifieke geval betrokkenheid van de overheid noodzakelijk om de continuïteit van zorg te garanderen. Er zijn vijf kenmerken die deze situatie uniek maken:

  • 1. Pantein vormt een belangrijke aanbieder van zorg in de regio.

  • 2. Zonder maatregelen komt de levensvatbaarheid van het Maasziekenhuis in geding. Dit zou niet alleen repercussies hebben voor de medisch specialistische zorg die door het ziekenhuis zelf wordt geboden, maar ook voor continuïteit van een deel van de patiëntenzorg die wordt geleverd door het Radboud umc en de SMK.

  • 3. Naarmate de exploitatie van het ziekenhuis moeilijker wordt, zullen, bijvoorbeeld door de vestiging van zekerheden door financiers, risico’s ontstaan voor de overige op zichzelf gezonde onderdelen van de Pantein Zorggroep. De continuïteit van als cruciaal bestempelde langdurige zorg voorzieningen in de regio komt daarmee onder druk.

  • 4. Verder is relevant dat zonder een toekomstbestendige exploitatie van het ziekenhuis een al dan niet vrijwillige sluiting van de afdelingen voor spoedeisende hulp en acute verloskunde dreigt. Hierdoor zouden twee ziekenhuizen in de omgeving van het Maasziekenhuis gevoelig worden voor de 45-minutennorm voor de beschikbaarheid van deze vormen van zorg.

  • 5. Tot slot zijn de hoge financieringslasten van het ziekenhuis in ieder geval deels te wijten aan omstandigheden waar Pantein zelf slechts zeer beperkte invloed op had, zoals de renteontwikkeling en de omstandigheden op de vastgoedmarkt na de financiële crisis in 2008.

De genoemde kenmerken vormen in onderlinge samenhang een reden voor betrokkenheid van het Ministerie van VWS. Vanuit alle betrokken partijen is een extra bijdrage nodig om de toekomstige kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg te garanderen. Voor VWS gaat het om een bijdrage 2,5 miljoen euro per jaar over de periode 2019–2022. Uiterlijk 2020 zal een evaluatie van de bestuurlijke afspraken plaatsvinden op basis waaruit moet blijken of de financiële situatie van het Maasziekenhuis Pantein dusdanig is verbeterd dat de VWS-bijdrage voor de jaren 2021 en 2022 (deels) kan worden afgebouwd.

Vervolg

De bestuurlijke afspraken worden in de komende maand waar relevant verder uitgewerkt in overeenkomsten tussen de verschillende partijen zoals tussen de individuele zorgverzekeraars en de Pantein Zorggroep. Ik heb de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) gevraagd om de uitvoering van de bestuurlijke afspraken te monitoren, in het bijzonder de overeengekomen verschuiving van zorg. In ieder geval eens per jaar, maar zo nodig vaker, zal ik alle partijen op het Ministerie van VWS bij elkaar brengen om de voortgang te bespreken.

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins

Naar boven