30 950 Racisme en Discriminatie

Nr. 394 MOTIE VAN HET LID BAMENGA C.S.

Voorgesteld 25 april 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het aantal antisemitische incidenten explosief is toegenomen;

van mening dat naast het bestraffen van daders ook bewustzijn bij hen gecreëerd dient te worden over de kwalijke gevolgen van hun daden;

overwegende dat het reeds mogelijk is voor rechters om bij een straf een bijzondere voorwaarde op te leggen zoals het bezoeken van het Nationaal Holocaustmuseum en dat dit is opgenomen in het werkplan van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding, maar dat die in de praktijk zelden wordt opgelegd;

verzoekt de regering om in samenspraak met Joodse organisaties, de reclassering, het OM en de rechtspraak te verkennen welke belemmeringen er zijn voor het opleggen van een educatieve maatregel als bijzondere voorwaarde bij een op te leggen straf en die waar mogelijk weg te nemen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Bamenga

Ellian

Palmen

Bikker

Koekkoek

Timmermans

Boswijk

Teunissen

Diederik van Dijk

Eerdmans

Dijk

Van Baarle

Van der Plas

Boon

Naar boven