Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2006-2007 | 30945 nr. 7 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum vergadering |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2006-2007 | 30945 nr. 7 |
Vastgesteld 7 augustus 2007
De vaste commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken1 heeft op 4 juli 2007 overleg gevoerd met staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over:
– de brief van de staatssecretaris d.d. 27 juni 2007 over de voortgang staatkundig proces Nederlandse Antillen en met het verslag van haar bezoek van 18 tot en met 22 juni 2007 aan de Nederlandse Antillen (30 800 IV, nr. 30);
– de brief van de Rijksministerraad d.d. 15 juni 2007 met de reactie op de slotverklaring van het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties in januari 2007 (30 945, nr. 5);
– de slotverklaring van het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties van 25 t/m 29 juni 2007 (30 945, nr. 6);
– de brief van de staatssecretaris d.d. 6 juni 2007 over het kiesrecht voor het Europees Parlement van ingezetenen van de de Nederlandse Antillen en Aruba (30 945, nr. 4);
– de brief van de minister van Financiën d.d. 18 juni 2007 aan de Voorzitter van de Staten van Aruba over het toezicht op beleggingsinstellingen (bijlage bij 30 945, nr. 5).
Van dit overleg brengt de commissie bijgaand samenvattend verslag uit.
Vragen en opmerkingen uit de commissie
De heer Van Bochove (CDA) vindt dat de brief van de Rijksministerraad van 15 juni over Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties van januari 2007 te laat was en vindt dat onvoldoende is ingegaan op verschillende vragen die in het overleg zijn gesteld.
– Wil de staatssecretaris zich er actief voor inzetten dat de Rijksministerraad de vragen die in het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties binnen een termijn van drie maanden beantwoordt? Kan ervoor worden gezorgd dat de reactie van de Rijksministerraad ook inhoudelijk wordt verbeterd?
– Op welke termijn zijn de resultaten van het wetenschappelijke onderzoek naar de implicaties van de status van ultraperifeer gebied (UPG) voor de Caraïbische gebiedsdelen beschikbaar?
– Kan er voor gezorgd dat de toezeggingen die verschillende bewindslieden hebben gedaan in het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties van juni 2007 worden nagekomen?
– Wat is het tijdpad van wijziging van de Kieswet inzake het stemrecht voor de Europese verkiezingen door ingezetenen van de Nederlandse Antillen en Aruba? Kunnen zij stemmen bij de eerstvolgende Europese verkiezingen in 2009?
– Wat is de visie van de staatssecretaris op de haalbaarheid van het tijdschema dat is vastgesteld voor de staatkundige vernieuwingen? Op welk moment moet duidelijk zijn of wordt vastgehouden aan de streefdatum van 15 december 2008?
– Betreffen de afspraken over het toezicht op de begrotingen en het financieel beheer op Bonaire, Sint Eustatius en Saba (de BES-eilanden) uitsluitend de transitieperiode of ook de periode daarna? Waarom is besloten dat er pas in 2011 sprake zal zijn van een sluitende begroting?
– Hoe verloopt de samenwerking met Aruba?
– Wat is er sinds januari 2007 gebeurd ten aanzien van de kwalitatieve inbreng van de eilanden op het terrein van beleid? Wanneer kan de gewenste deskundigheid aanwezig zijn? Is er sprake van structurele ondersteuning en scholing?
De heer Van Raak (SP) werd onaangenaam verrast door het bericht van vrijdag 30 juni 2007 dat de volksvertegenwoordigers van Curaçao hun eigen inkomen met 40 tot 60% wilden verhogen en zichzelf met terugwerkende kracht wilden verzekeren van flinke pensioenen. Dat is niet uit te leggen.
– Wanneer was de staatssecretaris op de hoogte van het gegraai in van? de Eilandsraad van Curaçao? Heeft zij hierover haar afkeuring laten blijken? Deelt zij de mening dat geen sprake kan zijn van schuldkwijtschelding zolang deze plannen niet van tafel zijn? Heeft de staatssecretaris enige bemoeienis met het besluit van gouverneur Goedgedrag over dit voornemen van de Eilandsraad? Is zij bereid om in de komende onderhandelingen met Curaçao de beloning van volksvertegenwoordigers op de agenda te zetten?
– Waarom zijn de voorwaarden losgelaten die werden gesteld ten aanzien van de verlaging van de dividendbelasting om te voorkomen dat geld naar onduidelijke bestemmingen zou gaan? Wat waren die voorwaarden? Wat zijn die onduidelijke bestemmingen?
– De Nederlandse Antillen willen te boek staan als een respectabel internationaal financieel dienstencentrum, maar zij staan op een zwarte lijst. Wat is dat voor lijst? Wat zouden de ambassades van Nederland moeten doen om de Antillen van die lijst af te krijgen?
– Wanneer komen de antwoorden van de minister van Financiën van de Nederlandse Antillen op de vragen over de vestigingsvoorwaarden voor bedrijven in de speciale economische zones?
De heer Remkes (VVD) vermoedt op basis van de voortgangsrapportage inzake de staatkundige vernieuwing dat de streefdatum van 15 december 2008 niet haalbaar is. Het is van politiek belang dat het proces volledig zijn beslag krijgt in deze parlementaire periode in Nederland en op de Nederlandse Antillen.
– Klopt het dat de Rijksministerraad er nog aan moet wennen dat hij wordt bevraagd door het parlement en dat dit de reden is van de trage beantwoording van de vragen uit het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties?
– Kan de regeling met betrekking tot de salarissen van volksvertegenwoordigers op Curaçao via de Rijksministerraad worden voorgelegd aan de Kamer? Kan de Rijksministerraad daar ook zijn eigen opvatting over geven?
– Kan een effectrapportage worden opgesteld over de status van UPG?
– Kan de staatssecretaris meer duidelijkheid geven over haar inzet met betrekking tot het wetgevingsproces, zodat de Kamer haar positie volwaardig kan invullen?
– Kan de garantie worden gegeven dat sprake zal zijn van onpartijdige opsporing en vervolging? Wordt onderkend dat de integriteit van de politie een belangrijk probleem is?
– Kunnen de resultaten van de evaluatie van het Programma Veiligheid aan de Kamer worden gezonden?
– Hoe wordt het onderlinge personenverkeer geregeld?
– Wat is de verantwoordelijkheid van Nederland bij de ontmanteling van de Nederlandse Antillen? Wat is de visie van de politieke leiders van de coalitiepartijen op de Nederlandse Antillen op de voortgang en de haalbaarheid van het proces?
– Gaan de BES-eilanden wat betreft het monetaire systeem gebruikmaken van De Nederlandsche Bank of sluiten zij zich aan bij de centrale bank van Sint Maarten en Curaçao? Waarom moet er een aparte voorziening komen?
– Wordt er nog steeds gestreefd naar provincievrije BES-eilanden?
– Kunnen de opbrengsten van het Planthotel worden ingezet voor een voorziening voor jeugddetentie op Curaçao? Kan worden bezien of sommige straffen die in Nederland zijn gevonnist op Curaçao ten uitvoer kunnen worden gelegd?
– Wat is de stand van zaken met betrekking tot het onderwijsprogramma?
– Waarom wil Sint Maarten nog voor 15 december 2008 wijzigingen aanbrengen in het fiscale stelsel en het stelsel van sociale voorzieningen?
De heer Tony van Dijck (PVV) vindt dat Nederland de regie moet voeren over de ontmanteling van de Nederlandse Antillen. Het is onbegrijpelijk dat de Antilliaanse regering moet beslissen of Nederland mag deelnemen aan dit ontmantelingsproces. Bij de start van het proces moet een aantal voorwaarden worden gesteld met betrekking tot zaken de het gehele koninkrijk raken.
– In hoeverre wijkt de Wet Openbaar Lichaam Bonaire, Sint Eustatius en Saba af van de Gemeentewet?
– Hoeveel ambtenaren worden overtollig na de ontmanteling van de Nederlandse Antillen en is al bekend wat met hen gaat gebeuren? Kunnen zij worden ingezet in het transitietraject voor Sint Maarten?
– Wil de staatssecretaris nader ingaan op de toekomstige status van Sint Maarten en de rol die Nederland speelt bij de transitie?
– Kan worden onderzocht welke zaken voor het gehele koninkrijk moeten worden geregeld en welke zaken beter per land kunnen worden geregeld?
– Kan snel duidelijkheid worden gegeven over de omvang van de schulden van de individuele eilanden?
– Waarom wordt aan de vooravond van de ontmanteling van de Antillen nog een Deltaplan Onderwijs 2008–2011 opgezet? Waarom wordt dit soort projecten niet meegenomen in het hervormingstraject?
– Kan de naturalisatietermijn op de Nederlandse Antillen worden verhoogd naar tien jaar? Is het mogelijk om een inburgeringscursus met een taaltoets Nederlands verplicht te stellen?
– Welke concrete resultaten zijn geboekt op het terrein van armoedebestrijding?
– Is met Aruba afgesproken dat wanneer het niet lukt om een sluitende begroting te realiseren, het voor schuldsanering gereserveerde bedrag kan worden aangewend voor andere zaken?
– Kan een overzicht worden verstrekt van de kosten van de inzet van Nederland in de transitieperiode?
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie) is van mening dat in de voortgangsrapportage nog weinig zichtbaar is over verbetering van de sociaaleconomische situatie op de Antillen.
– Wat is de stand van zaken met betrekking tot Curaçao?
– In de voortgangsrapportage staat dat de projectgroep voor rechtshandhaving, rechtspleging en constitutionele zaken wordt gezocht naar praktische oplossingen om invulling te geven aan de afspraken. Wat houdt dit concreet in?
– Hoe wordt het Deltaplan Onderwijs gemonitord?
– Is met de BES-eilanden gesproken over de concrete invulling van het Sociaal-Economisch Initiatief (SEI)?
– Waarom gaat voor Bonaire de ondersteuning met betrekking tot het op orde brengen van het financiële beheer niet na de zomer van start en voor Saba en Sint Eustatius wel?
– Wat is de stand van zaken met betrekking tot de rapportage over het opzetten van een Overheidskredietbank als toezichthouder in de uiteindelijke situatie? Wat is de relatie met de Bank Nederlandse Antillen?
– Hoe groot acht de staatssecretaris het risico dat het uitbesteden van taken met betrekking tot de transitie van Sint Maarten oplevert?
– Wat is de reactie van de Bank van Aruba op het voorstel inzake het toezicht op beleggingsinstellingen?
– Hebben Sint Maarten en Curaçao een stem in de keuze voor de status van de BES-eilanden?
De heer Leerdam (PvdA) vindt dat de Kamer meer inzicht moet krijgen in de implicaties van de staatkundige vernieuwing op de Nederlandse Antillen om haar controlerende taak goed uit te kunnen voeren.
– Klopt het bericht uit de Amigoe dat de Arubaanse politie wordt tegengewerkt door de FBI in de zaak-Holloway?
– Waarom wordt in dit proces van staatkundige vernieuwing zo weinig gebruikgemaakt van adviesorganen zoals de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het Interprovinciaal Overleg?
– Kan voor de Kamer een besluitvormingsvoorbereidende nota worden opgesteld waarin de knelpunten in het proces zo goed mogelijk in kaart worden gebracht en waarin wordt aangegeven hoe Aruba erbij wordt betrokken?
– Is er sprake van samenhang tussen het hervormingsproces en bestaande knelpunten in Nederland? Levert de minister van Wonen, Wijken en Integratie ook een bijdrage?
– Wie is de coördinerende bewindspersoon met betrekking tot de staatkundige vernieuwing van de Nederlandse Antillen? Hoe wordt de coördinatie tussen de verschillende betrokken departementen geoptimaliseerd?
– Hoe worden de burgers van de Nederlandse Antillen en Aruba geïnformeerd over de voortgang van de staatkundige vernieuwing? Kan hiervoor een website worden opgezet?
– Kunnen de Koninkrijksspelen, inclusief de culturele component ervan, een structureel karakter krijgen?
– Hoe zit het met de inzet van de Koninklijke Marechaussee, bijvoorbeeld bij de controles op de luchthavens?
Antwoord van de staatssecretaris
De staatssecretaris is blij dat de Kamer zich kan vinden in de nieuwe opzet van de voortgangsrapportage. Er zal een onderdeel aan worden toegevoegd inzake de betrokkenheid van Aruba bij het proces.
– De brief van de Rijksministerraad over het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties van januari 2007 was inderdaad laat. Over een antwoord van de Rijksministerraad is echter altijd afstemming nodigen dat kost tijd. Er wordt gestreefd naar beantwoording binnen drie maanden.
– Er zal worden gereageerd op alle punten die in de slotverklaring van het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties aan de orde komen.
– Het onafhankelijke wetenschappelijke onderzoek naar de status ultraperifeer gebied is zeer praktisch van aard. De voor- en nadelen ervan op economisch en juridisch gebied zullen in kaart worden gebracht, ook in relatie tot de huidige status van landen en gebied overzee. Dit onderzoek moet eind 2007 gereed zijn, zodat het kan worden betrokken bij het traject.
– De Rijksministerraad zal uiteindelijk besluiten welke status het meest wenselijk is voor de BES-eilanden. De Europese Commissie en de EU-lidstaten moeten goedkeuring verlenen als wordt besloten om te kiezen voor de status van UPG. Ook Sint Maarten en Curaçao moeten hiermee instemmen. Er wordt nu nog niet geanticipeerd op een keuze.
– Het streven is om de Kieswet op een zodanige termijn te wijzigen dat deze van kracht wordt voor de Europese verkiezingen van 2009. De aanpassingen zullen meteen na het reces in de ministerraad worden besproken.
– Het juridische traject binnen de staatkundige vernieuwing is kritischer dan het financiële. De streefdatum van 15 december 2008 is nog haalbaar, maar dan moet alles mee zitten. Zorgvuldigheid staat uiteraard voorop. Het zou voor de bevolking op delen van de eilanden echter erg vervelend zijn als de streefdatum niet wordt gehaald omdat een aantal problemen dan zal voortbestaan. Daarom wordt het tempo in het proces gehouden. Er wordt vastgehouden aan streefdata om druk te houden op het proces.
– Over de zaken waarover in de voortgangsrapportage geen duidelijke afspraken zijn opgenomen, wordt nog onderhandeld.
– De Rijks-AMvB inzake financieel toezicht voor de BES-eilanden wordt aangeboden in de Rijksministerraad van 13 juli 2007. Als de Raad van State tijdig advies uitbrengt, kan deze na de zomer in werking treden. De Rijks-AMvB is gericht op de transitiefase. Daarna blijft er ook sprake van toezicht, op ongeveer dezelfde wijze. Deze AMvB wordt ter kennisname aan de Kamer gezonden.
– Het is niet haalbaar om de begroting van de BES-eilanden in 2008 sluitend te krijgen. Daarom is een overgangsperiode overeengekomen om toe te werken naar het realiseren van een sluitende begroting in 2011.
– De afdrachten van de BES-eilanden aan het land Nederlandse Antillen stoppen pas als het land heeft opgehouden te bestaan, dus op 15 december 2008. Het land moet zich ook tot die tijd houden aan de verplichtingen ten opzichte van de drie eilanden
– Het geactualiseerde niveau van de commissie-Havermans is aangehouden als vertrekpunt voor het voorzieningenniveau.
– In het najaar zal een uitgangspuntennotitie over het wetgevingstraject inzake de Wet Openbaar Lichaam BES-eilanden aan de Kamer worden gezonden. De Kamer zal volwaardig bij de diverse stadia in het wetgevingsproces worden betrokken.
– Er zijn afspraken gemaakt over de ondersteuning van de kabinetten in het traject. Er zijn profielen opgesteld. Er vindt met name inzet plaats op juridische en financiële onderwerpen. Ook vindt ondersteuning op het gebied van ruimtelijke ordening plaats. De kosten van de ondersteuning zijn opgenomen in de begroting. De minister zal de Kamer informeren over de Nederlandse inzet op dit punt.
– De staatssecretaris was onaangenaam verrast door het voorstel van de Eilandsraad van Curaçao voor een salarisverhoging van de volksvertegenwoordigers. Dit voorstel sluit niet aan bij de normen voor integriteit van bestuur en bestuurskracht. Zij heeft hier contact over gehad met de gouverneur en de minister-president van de Nederlandse Antillen. Het besluit is overigens nog niet in werking getreden. De gouverneur beoordeelt het voorstel als landsorgaan, dus de staatssecretaris heeft er geen bemoeienis mee.
– Over schuldsanering zijn heel duidelijke afspraken gemaakt met een gefixeerde datum van 31 december 2005. De beloning van bestuurders en volksvertegenwoordigers speelt daarbij geen rol.
– Het een ambtelijk voorstel over de schulden van het land Nederlandse Antillen en de toedeling daarvan is nog niet vastgesteld. Dit is een onderdeel van de ontmanteling van het land en is dus primair een verantwoordelijkheid van het land zelf. Minister Duncan zal worden gevraagd om gegevens hierover te verstrekken.
– De staatssecretaris zal de minister en de staatssecretaris van Financiën verzoeken om de vragen over de belastingregelingen spoedig schriftelijk te beantwoorden.
– Er is met name op Curaçao veel voortgang geboekt op het terrein van het Plan Veiligheid Nederlandse Antillen, maar op Sint Maarten is hiervoor extra aandacht nodig. Het plan is met twee jaar verlengd. Minister Dick is gevraagd om vooral voor het tweede jaar, als de staatkundige structuur is gewijzigd, op de eilanden gerichte plannen te maken. Aan de integriteit van de politie wordt in dit kader ook de nodige aandacht besteed.
– De inzet van Nederlandse agenten op Curaçao voor begeleiding van agenten op de Antillen, de zogenaamde twinning, is succesvol geweest. Een dergelijke constructie wordt ook overwogen voor het financieel beheer.
– De evaluatie van het Plan Veiligheid Nederlandse Antillen zal aan de Kamer worden gezonden. In de aanbiedingsbrief zal ook worden ingegaan op de rol van de Koninklijke Marechaussee bij controles.
– De evaluatie van het Recherchesamenwerkingsteam Nederland, Nederlandse Antillen en Aruba (RST) is nog niet vastgesteld.
– Het is de bedoeling om de Rijkswet Politie ook te bespreken in de Tweede Kamer, in het late najaar van 2007.
– De in het coalitieakkoord voorziene Rijkswet personenverkeer wordt gelijktijdig met de staatkundige hervormingen voorbereid. Daarmee is de onderlinge samenhang in het beleid verzekerd.
– Nederland moet als opvolger van het land Nederlandse Antillen voor de BES-eilanden worden betrokken bij de ontmanteling van het land.
– Het nieuwe bestuurscollege van de Nederlandse Antillen heeft de slotverklaring van het Parlementair Overleg Koninkrijksrelaties onderschreven. Deze zal op korte termijn in de Eilandsraad aan de orde komen. De afspraken uit het slotakkoord kunnen niet ingrijpend worden gewijzigd. Een referendum hierover behoort tot de mogelijkheden, ook in Nederland, al verdient dat niet de voorkeur. Het vervolgakkoord wordt op dit moment ambtelijk voorbereid en kan na de zomer worden besproken met de Nederlandse Antillen.
– In de slotverklaring is afgesproken dat in elk geval Curaçao en Sint Maarten deel gaan uitmaken van één monetair systeem en dat zij dus één centrale bank zullen krijgen. Nederland heeft altijd de mogelijkheid opengehouden dat de BES-eilanden hierbij kunnen aansluiten. Het ministerie van Financiën doet op dit moment onderzoek.
– Er vindt volgende week een gesprek plaats met de minister-president van Aruba, onder andere over de betrokkenheid van Aruba bij de staatkundige hervormingen.
– Op Sint Maarten moet nog heel veel gebeuren, al is veel op papier al goed voorbereid. Er moet nog veel (ambtelijk) overleg plaatsvinden over onder andere de rechtshandhaving en de financiën. Nederland voert op het terrein van rechtshandhaving en financiën de regie.
– Sint Maarten is leidend in de opbouw van het land. Veel voorstellen van Sint Maarten over de opbouw van het land zijn door externe bureaus gemaakt. Nederland stelt daar kritische vragen over.
– Sint Maarten heeft behoefte aan beleidsambtenaren. Men realiseert zich dat op andere eilanden mensen vrij komen. Die ambtenaren komen echter pas vrij als het land Nederlandse Antillen ophoudt te bestaan.
– De organisatorische opbouw van Sint Maarten is maatwerk. De juridische en financiële kant van het proces is echter vergelijkbaar met het traject van Aruba. De vertraging in de werkgroepen is voor een deel veroorzaakt doordat Curaçao, dat als waarnemer was uitgenodigd, niet meedeed. Wellicht kunnen wat meer stappen worden gezet in het vormgeven van de regelingen als Curaçao weer gaat deelnemen aan het proces.
– Sint Maarten wil vereenvoudigingen aanbrengen in het fiscale stelsel en het stelsel van sociale voorzieningen. In de huidige situatie moet Sint Maarten dat regelen met het land Nederlandse Antillen. Het fiscale stelsel moet wel voldoen internationale fiscale eisen. Hierover zal nadere informatie worden gevraagd.
– Veel zaken zijn gelijk geregeld in het Koninkrijk. Dat is bepaald in artikel 3 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden.
– Het Deltaplan Onderwijs 2008–2011 zal niet worden voortgezet omdat de staatkundige situatie per 15 december 2008 zal veranderen. Minister Leeflang treft dit jaar in het kader van het onderwijsprogramma voorbereidingen voor het maken van plannen per eiland voor 2008. Hiertoe is een inhoudelijk kader opgesteld op basis waarvan inhoudelijke experts binnen een paar maanden uitvoeringsplannen zullen formuleren. Deze integrale plannen zullen in oktober 2007 worden vastgesteld. Dit wordt gemonitord.
– Het geld dat is gereserveerd voor schuldsanering op Aruba ligt nog op de plank omdat het nog geen sluitende begroting heeft gepresenteerd. Het alternatief aanwenden van dit geld is mogelijk, maar alleen als daar overeenstemming over is met Aruba.
– Het is de bedoeling dat de Nederlandse Antillen de SEI agenderen voor de Rijksministerraad van eind augustus. Dit is een belangrijk onderdeel van het staatkundige traject. In de SEI moeten ook structurele maatregelen worden opgenomen.
– De vormgeving van de Overheidskredietbank na de transitie is onderdeel van de rijkswet inzake begrotingsnormen.
– Het Korps landelijke politiediensten voert een second opinion uit op het onderzoek naar de verdwijning van Natalee Holloway. De resultaten daarvan zijn nog niet bekend.
– De staatssecretaris van BZK is coördinerend bewindspersoon wat betreft de staatkundige vernieuwing op de Nederlandse Antillen. De directie Koninkrijksrelaties is versterkt om de communicatie met de andere betrokken departementen te verbeteren. Er zal ook worden bezien hoe de informatievoorziening via het internet kan worden verbeterd.
– Het is goed dat er een culturele component is toegevoegd aan de Koninkrijksspelen omdat zowel sport als cultuur van groot belang is.
– Er komt een uitgangspuntennotitie over de Wet Openbaar Lichaam BES-eilanden in het late najaar.
– De Kamer krijgt informatie over het traject rond de Rijkswet Politie.
– De Kamer krijgt een brief over de ondersteuning van Nederland aan de eilanden.
– De staatssecretaris dringt bij de minister en de staatssecretaris van Financiën aan op schriftelijke beantwoording van de vragen over de Belastingregeling Koninkrijk.
– De evaluatie van het Plan Veiligheid Nederlandse Antillen wordt aan de Kamer gezonden, inclusief antwoorden op de vragen over de Koninklijke Marechaussee.
– Minister Duncan zal worden gevraagd om nadere informatie over financiële zaken van het land Nederlandse Antillen.
Samenstelling:
Van Beek (VVD), voorzitter, Van Gent (GroenLinks), Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Blok (VVD), Dijsselbloem (PvdA), Remkes (VVD), Van Bochove (CDA), Wolfsen (PvdA), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Sterk (CDA), Van Velzen (SP), Leerdam (PvdA), ondervoorzitter, Van Hijum (CDA), Griffith (VVD), Schinkelshoek (CDA), Ortega-Martijn (ChristenUnie), Tony van Dijck (PVV), Pechtold (D66), Van Raak (SP), Gill’ard (PvdA), Lempens (SP), Ouwehand (PvdD), Kuiken (PvdA) en De Rouwe (CDA).
Plv. leden: Verdonk (VVD), Halsema (GroenLinks), Van Leeuwen (SP), Van der Vlies (SGP), Teeven (VVD), Wolbert (PvdA), Weekers (VVD), De Nerée tot Babberich (CDA), Spekman (PvdA), Poppe (SP), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Van Miltenburg (VVD), Voordewind (ChristenUnie), Graus (PVV), Koşer Kaya (D66), Abel (SP), Bouchibti (PvdA), Jasper van Dijk (SP), Thieme (PvdD) en Kalma (PvdA).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-30945-7.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.