30 933
Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met uitbreiding van de mogelijkheid met studiefinanciering in het buitenland te studeren en invoering van het collegegeldkrediet

nr. 14
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID LEIJTEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 12

Ontvangen 28 maart 2007

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

I

Onderdeel H vervalt.

II

Onderdeel I vervalt.

III

In onderdeel M wordt artikel 3.18 vervangen door:

Artikel 3.18

De bedragen in onderstaande overzichten luiden per maand en zijn uitgedrukt in euro’s naar de maatstaf van 1 september 2007:

Overzicht 1. Maandbedragen

 Hoger onderwijsBeroepsonderwijs
Levensonderhoud  
a. thuiswonend€ 392,04€ 392,04
b. uitwonend€ 572,92€ 572,92
   
Boeken en leermiddelen€  53,32€  46,63

Overzicht 2. Financieringsbronnen

 Hoger onderwijsBeroepsonderwijs
Basisbeurs (excl. toeslagen)  
a. thuiswonend€  90,77€  71,57
b. uitwonend€ 252,73€ 233,53
   
Maximale aanvullende beurs/lening (of veronderstelde ouderlijke bijdrage) 
a. thuiswonend€ 206,25€ 292,46
b. uitwonend€ 225,17€ 311,38
   
Basislening€ 276,51€ 155,89
   
Toeslag partner€ 529,03€ 529,03
   
Toeslag éénoudergezin€ 423,34€ 423,34

IV

In onderdeel O vervalt «3.3,».

V

In onderdeel Y vervalt «»artikel 3.2» vervangen door «de artikelen 3.2. en 3.3» en wordt».

Toelichting

Dit amendement beoogt om de tegemoetkoming in collegegeld te behouden als onderdeel van de samenstelling van het maandbudget van de prestatiebeurs.

Studiefinanciering is een faciliteit die studenten financieel tegemoet komt in de kosten die zij maken in verband met een te volgen studie. De prestatiebeurs die studenten ontvangen dient ook een onderdeel te hebben dat daadwerkelijk bedoeld is om de studie te financieren. Wanneer dit onderdeel verwijderd wordt uit de prestatiebeurs is er geen sprake meer van studiefinanciering, maar financiering van enkel levensonderhoud.

Een van de gevolgen van de wetswijziging is dat de mogelijkheid verdwijnt om studenten in de toekomst, wanneer zij geconfronteerd worden met verhoging van de kosten van het collegegeld, op enige wijze te compenseren via de prestatiebeurs. Dit is onwenselijk.

Leijten

Naar boven