30 880 Vaststelling van een nieuwe Politiewet (Politiewet 200.)

A BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 september 2011

Hierbij zend ik uw Kamer ter informatie het eerste halfjaarlijkse voortgangsbericht betreffende de vorming van de nationale politie1 dat ik vandaag aan de Voorzitter van de Tweede Kamer heb gezonden. Daarbij gevoegd is het programmaplan van de kwartiermaker nationale politie. Daarin zet hij uiteen langs welke weg hij binnen de door mij gestelde kaders mijn ontwerpopdracht zal uitvoeren.

Voor een goed begrip van deze stukken, zend ik uw Kamer tevens het «Uitvoeringsprogramma Vorming Nationale Politie» d.d. 31 maart 2011 en één van de bijlagen die daar destijds bijgevoegd waren: de transitieafspraken die ik op 22 februari 2011 overeenkwam met de korpsbeheerders en de voorzitter van het College van procureurs-generaal over de wijze waarop, met behoud van formele bevoegdheden zoals vastgelegd in de Politiewet 1993, wordt samengewerkt gedurende de transitie naar de nationale politie.

Tot slot zend ik uw Kamer het «Aanvalsprogramma informatievoorziening politie 2011–2014» met begeleidende brief. Deze stukken heb ik eveneens vandaag aan de Voorzitter van de Tweede Kamer doen toekomen.

De minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten


X Noot
1

De bijlagen zijn ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffienr. 149175.

Naar boven