nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is richtlijn
nr 2005/ 14/ EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie
van 11 mei 2005 houdende wijziging van de richtlijnen 72/166/EEG, 84/5/EEG,
88/357/EEG en 90/232/EEG van de Raad en richtlijn 2000/26/EG van het Europees
Parlement en de Raad betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid
waartoe deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven
(PbEG L 149), te implementeren;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2, zevende lid, komt te luiden:
7. Voor de toepassing van deze wet worden geacht gewoonlijk in Nederland
te zijn gestald:
a. motorrijtuigen die zijn voorzien van een kenteken, ongeacht of
het een permanent of tijdelijk kenteken betreft;
b. motorrijtuigen die ten onrechte niet zijn voorzien van een kenteken
dan wel van een buitenlands kenteken, of zijn voorzien van een kenteken dan
wel van een buitenlands kenteken dat niet overeenkomt of niet langer overeenkomt
met het motorrijtuig, die in Nederland betrokken raken bij een ongeval, uitsluitend
met het oog op het afwikkelen van een vordering door het bureau, bedoeld in
het zesde lid, of het Waarborgfonds Motorverkeer;
c. motorrijtuigen, die vanuit een andere lidstaat naar Nederland
worden verzonden, vanaf de aanvaarding van de levering door de
koper, gedurende een periode van maximaal 30 dagen, zelfs indien het motorrijtuig
niet officieel in Nederland is geregistreerd.
Voor de toepassing van deze wet worden geacht gewoonlijk in het buitenland
te zijn gestald:
d. motorrijtuigen waarvoor een bijzonder kenteken met beperkte geldigheidsduur
overeenkomstig een door Onze Minister van Verkeer en Waterstaat vastgesteld
model is opgegeven;
e. motorrijtuigen die van de toepassing van artikel 36, eerste lid,
van de Wegenverkeerswet 1994 zijn uitgezonderd en waarvoor een militair registratienummer
is opgegeven;
f. motorrijtuigen die in een ander land krachtens de aldaar geldende
wettelijke regeling zijn geregistreerd of van een verzekeringsplaat of ander
onderscheidingsteken zijn voorzien.
B
In artikel 3, eerste lid, wordt na «De verzekering moet» ingevoegd:
tegen betaling van één enkele premie, gedurende de gehele looptijd
van de verzekering, met inbegrip van de perioden waarin het motorrijtuig zich
op het grondgebied van een andere lidstaat bevindt,.
C
Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 5a
De verzekeringnemer heeft te allen tijde het recht van de verzekeraar
een verklaring te verzoeken omtrent de ingediende schadevorderingen of het
ontbreken daarvan ten aanzien van het door de verzekering gedekte motorrijtuig
of de gedekte motorrijtuigen gedurende ten minste de laatste 5 voorafgaande
jaren van de looptijd van de verzekering. De verzekeraar verstrekt deze verklaring
binnen 15 dagen na indiening van het verzoek.
D
In artikel 14, eerste lid, worden de woorden « als bedoeld in artikel
2, zevende lid, tweede zin» vervangen door: als bedoeld in artikel 2,
zevende lid, onder d en e,.
E
In artikel 25, eerste lid, onder e, worden de woorden « krachtens
artikel 18» vervangen door: krachtens de artikelen 17, derde lid, of 18.
F
In artikel 26, vierde lid, wordt na « Het fonds is» ingevoegd:
in een geval als bedoeld in artikel 25, eerste lid, onder a,.
G
Artikel 27, eerste lid, komt te luiden:
1. Het fonds heeft een recht van verhaal tegen:
a. alle aansprakelijke personen;
b. degene die zijn verplichting tot verzekering niet is nagekomen
met betrekking tot het motorrijtuig waarmee de schade is veroorzaakt of met
betrekking tot het motorrijtuig aan boord waarvan de gevaarlijke stof zich
bevond waarmee de schade is veroorzaakt; of
c. de waarborgfondsen van die lidstaten die gebruik maken van de
mogelijkheid om bepaalde typen motorrijtuigen of bepaalde motorrijtuigen met
een speciaal kenteken vrij te stellen van de verzekeringsplicht.
Het bepaalde onder a en b geldt in het geval van artikel 25, eerste lid,
onder d, slechts voor zover aan de verzekeraar een recht van verhaal zou zijn
toegekomen. Het fonds heeft voorts tegenover de verzekeraars van de aansprakelijke
personen de rechten van een benadeelde.
ARTIKEL II
De Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 4:70 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid, tweede volzin, wordt «motorrijtuigen
die gewoonlijk zijn gestald en verzekerd in een andere lidstaat dan Nederland»
vervangen door: motorrijtuigen die gewoonlijk zijn gestald en verzekerd in
een andere lidstaat dan die van de woonplaats van de benadeelde.
2. In het zesde lid, aanhef, wordt «De schadeverzekeraar van
degene die de schade heeft veroorzaakt of zijn schaderegelaar» vervangen
door: De schadeverzekeraar van degene die de schade heeft veroorzaakt, zijn
schaderegelaar of het bureau, bedoeld in artikel 2, zesde lid, van de Wet
aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen,.
B
In artikel 4:71, tweede lid, vervalt de tweede volzin.
ARTIKEL III
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie,
De Minister van Financiën,