30 800 VII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2007

nr. 26
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BESTUURLIJKE VERNIEUWING EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 januari 2007

Inleiding

Conform mijn toezegging aan uw Kamer informeer ik u met deze brief over de maatregelen die ten aanzien van de stemmachines worden getroffen voor de verkiezing van de leden van Provinciale Staten op 7 maart 2007. Voorts beantwoord ik een aantal vragen die mij door de Vaste Commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (07-BZK-B-001) op 10 januari jl. zijn gesteld. Tenslotte maak ik van de gelegenheid gebruik om in te gaan op een aantal knelpunten dat zich bij de verkiezing van 22 november 2006 heeft voorgedaan met de stempassen (06-BZK-B-053).

Verkiezing van 22 november 2006

Bij de verkiezing van 22 november 2006 is in 425 gemeenten gestemd met Nedap-stemmachines. Noch bij de voorbereiding, noch tijdens de verkiezing hebben zich noemenswaardige problemen voorgedaan met de stemmachines. Op de dag van de verkiezing hebben zich in een aantal gevallen technische storingen voorgedaan met de stemmachines. Het betrof reguliere storingen die los stonden van de extra beveiligingsmaatregelen en die op de gebruikelijke manier in overleg tussen de betreffende gemeenten en de leverancier zijn verholpen. Uit voorzorg zijn op 22 november 2006 vóór de start van de stemming twee stemmachines voor onderzoek overgebracht naar het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). In beide gevallen was er twijfel bij het stembureau of de nummering van de staaldraadverzegeling juist was. Met deze machines zijn geen stemmen uitgebracht. Het NFI heeft geen aanwijzingen gevonden die erop duiden dat de werking van deze stemmachines is beïnvloed door manipulatie.

Na de verkiezing van 22 november 2006 zijn in 40 gemeenten alle stemmachines gecontroleerd. Van de 1 023 gecontroleerde machines zijn er 1 018 zonder afwijkingen akkoord bevonden. Vijf machines zijn overgebracht voor verder onderzoek naar het NFI, omdat bij de controle afwijkingen werden geconstateerd die niet konden worden verklaard aan de hand van de referentiedocumentatie van de stemmachines.

Het NFI heeft deze machines onderzocht en geen aanwijzingen gevonden die erop duiden dat de werking van deze stemmachines is beïnvloed door manipulatie.

Gelet op het voorafgaande is de conclusie gerechtvaardigd dat met de gebruikte stemmachines op 22 november 2006 een betrouwbare verkiezing heeft plaatsgevonden. Ik heb daarom besloten voor een proces waarin de continuïteit en beheersbaarheid centraal staan. Continuering is ook van belang, omdat daarmee het proces beheersbaar wordt voor de gemeenten die de verkiezing moeten organiseren. Het scenario van continuïteit en beheersbaarheid leidt ertoe dat het niet noodzakelijk is de commissie-Korthals Altes advies te vragen over «mogelijk aanvullende maatregelen». De commissie-Korthals Altes beschouwt het gehele verkiezingsproces fundamenteel en ten principale. Zij is niet ingesteld om korte-termijn- en ad-hoc-maatregelen in de meer fysieke sfeer te valideren. Over de instelling van de commissie-Korthals Altes heb ik uw Kamer in mijn brief van 20 december 2006 geïnformeerd (TK 2006–2007, 30 800 VII, nr. 24).

Verkiezing 7 maart 2007

NewVote-stemmachine van Sdu

Ik heb besloten de schorsing van de NewVote-stemmachines te handhaven.

De goedkeuring van de NewVote stemmachine van Sdu heb ik in oktober 2006 geschorst. De reden daarvan was dat de Sdu machine straling afgaf die op een afstand van tientallen meters was op te vangen waardoor het stemgedrag van de kiezer kon worden gevolgd. Verder bleek het niet mogelijk te zijn om op korte termijn dit probleem te verhelpen.

In de loop van november 2006 heeft de Sdu aangegeven alsnog aanpassingen aan de stemmachine te kunnen aanbrengen om de problematiek van de straling te verhelpen. Gelet op deze mededeling zijn eind december 2006 vijf verschillende versies van aangepaste stemmachines door de AIVD aan metingen onderworpen.

Op 27 december 2006 is de uitkomst van deze meting met Sdu besproken. De uitkomst was dat bij slechts één versie de straling niet verder reikte dan 5 meter (gemeten vanaf de stemmachine) en dat deze versie alleen met geavanceerde middelen is af te luisteren.

In vervolg op deze uitkomst heeft Sdu de aangepaste NewVote stemmachine voor keuring aangeboden aan TNO. TNO heeft op 11 januari 2007 bericht dat het ter goedkeuring aangeboden stemsysteem voldoet aan de voorwaarden waaronder het prototype is goedgekeurd. De door TNO gekeurde NewVote week echter af van de versie die de AIVD in december 2006 heeft gemeten. Dit is veroorzaakt door aanpassingen van de zijde van Sdu aan de programmatuur om de leesbaarheid van de schermen voor de kiezer te verbeteren.

Als gevolg hiervan was ik genoodzaakt opnieuw metingen te laten uitvoeren. Daarvoor heeft Sdu, op 12, 15 en 16 januari 2007, versies van NewVote-stemmachines bij de AIVD aangeleverd. Bij al deze versies overschrijdt de straling de grens van 5 meter. Straling die niet verder reikt dan 5 meter en alleen met zeer geavanceerde middelen is af te luisteren acht ik, zoals beschreven in mijn brief van 8 november 2006 (TK 2006–2007, 30 800, nr. 13) een aanvaardbaar restrisico. Die mate van straling is vergelijkbaar met de Nedap machines. Dit oordeel is door uw Kamer eerder, in het Algemeen Overleg van 31 oktober 2006, onderschreven.

Nu ik heb moeten vaststellen dat de straling van de NewVote verder reikt, zal de NewVote bij de komende verkiezing niet gebruikt kunnen worden. Naar mijn mening zou het gebruik van de NewVote een risico betekenen voor het kiesrechtelijk correct verlopen van de verkiezing van 7 maart 2007. De gemeenten die dit raakt worden heden over mijn besluit geïnformeerd. Het ministerie van BZK heeft reeds de nodige voorbereidingen getroffen zodat de betreffende 34 gemeenten op dezelfde wijze kunnen stemmen als bij de verkiezing van 22 november 2006.

Nedap-stemmachines

Alle Nedap-stemmachines zullen opnieuw gecontroleerd en verzegeld worden. Dit waarborgt dat de stemmachines voor de komende verkiezing de juiste programmatuur bevatten. De staaldraadverzegeling wordt aangepast. Het aantal plaatsen waar de zegels worden aangebracht, wordt uitgebreid. Door het aanbrengen van een barcode op de zegels wordt voorkomen dat zich fouten voordoen bij het administreren van de nummers van de zegels. Ik zal de gemeenten opnieuw attenderen op de nodige maatregelen voor een adequate fysieke beveiliging van de Nedap-stemmachines. Ook zullen enkele tientallen gemeenten de komende weken worden gevisiteerd om inzicht te krijgen in de beveiligingsmaatregelen die de gemeenten hebben getroffen.

De beveiliging van de stemmachines wordt gecontroleerd voorafgaand aan het gebruik van de machines op de dag van de verkiezing. Bij twijfel zullen de stemmachines, net als bij de verkiezing van 22 november 2006, worden vervangen en onderzocht worden. Naar mijn mening waarborgen deze maatregelen in voldoende mate de betrouwbaarheid van de stemmachines.

Stempassen

Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november hebben 312 gemeenten deelgenomen aan het experiment «stemmen in een willekeurig stembureau» (SWS). Deze gemeenten vertegenwoordigen ongeveer 10 miljoen (van de in totaal 12 miljoen in Nederland) kiesgerechtigden.

Inmiddels hebben al 271 gemeenten zich aangemeld voor SWS bij de komende Provinciale Statenverkiezingen op 7 maart 2007. Daaruit blijkt dat het succes van het experiment, alsook de behoefte van de kiezer om een keuze te maken uit een willekeurig stemlokaal in zijn gemeente, groot is. Mogelijk is een aantal gemeenten overvallen door het succes. Daarom geef ik hieronder aan welke maatregelen ik zal nemen om knelpunten te voorkomen bij de Provinciale Statenverkiezingen.

Verzending van de stempas

Ik zal in de circulaire die ik aan de gemeenten zal toesturen ter voorbereiding op de Provinciale Statenverkiezingen verzoeken de verzending van de stempassen effectief te controleren. Daarnaast zal ik verzoeken dat gemeenten de stempas in een enveloppe en bij voorkeur met een informatieve brief versturen. Zodoende is de kiezer zich er meer van bewust dat hij zijn stembescheiden heeft ontvangen, dan wanneer de stempas zonder enveloppe wordt verzonden. Tevens blijkt dat kiezers die bij vorige experimenten reeds hun stempas samen met een informatieve brief ontvingen beter op de hoogte zijn van SWS.

Problemen wegens verschil oproepingskaart en stempas

Gebleken is dat de burgers niet volledig op de hoogte zijn van de mogelijkheden en beperkingen die de stempas met zich meebrengt. Dit vertaalt zich in verschillende zaken: zo kwam het voor dat kiezers proberen buiten de eigen gemeenten te stemmen of proberen zonder stempas te stemmen. Omdat het experiment inmiddels op zeer grote schaal plaatsvindt, heb ik besloten in de opkomstbevorderende campagne van de landelijke overheid voor de Provinciale Statenverkiezingen, SWS een prominentere plaats te geven. Via de radio, huis-aan-huisbladen en dagbladen zullen de burgers geïnformeerd worden dat zij met een stempas in elk willekeurig stemlokaal binnen hun gemeente kunnen stemmen, maar ook dat er zonder stempas niet gestemd kan worden.

Vervangende stempas

De voorzitter van de Commissie voor het Onderzoek van de Geloofsbrieven van de Tweede Kamer heeft er 30 november jl. op gewezen dat de verschillende termijnen die gemeenten hanteren voor het aanvragen van een vervangende stempas onduidelijkheid bij de kiezers teweegbrengt. Ik zal daarom in de circulaire gemeenten dringend verzoeken om burgers in elk geval tot twee dagen voor de verkiezingen de mogelijkheid te geven een vervangende stempas aan te vragen.

Tenslotte

De Tweede Kamer heeft inmiddels het verslag vastgesteld van het wetsvoorstel om SWS landelijk in te voeren (TK 2005–2006, 30 569, nr. 6).

Met de beantwoording van het verslag wil ik, overeenkomstig het verzoek van de Kiesraad, wachten tot de ervaringen met SWS bij de Provinciale Statenverkiezingen bekend zijn. Ik zal dan tevens bezien in hoeverre het wetsvoorstel SWS naar aanleiding van de ervaringen nog moet worden aangepast.

De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,

A. Nicolai

Naar boven