nr. 12
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BESTUURLIJKE VERNIEUWING EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 december 2006
In deze brief zal ik, mede namens de minister van Financiën, ingaan
op het onderzoek naar de stand van zaken van het financieel beheer dat dit
jaar is uitgevoerd door Nederlandse en Antilliaanse deskundigen. Tevens zal
ik in deze brief ingaan op de mogelijkheden van monetaire financiering. Over
beide onderwerpen zijn tijdens het besloten Algemeen Overleg van 16 november
jl. met de Vaste Commissie voor Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse Zaken
vragen gesteld. Ik heb toegezegd uw Kamer daarover schriftelijk te informeren,
deze toezegging doe ik hierbij gestand.
Bevindingen onderzoek financieel beheer
Het traject versterking financieel beheer komt voort uit het Hoofdlijnenakkoord
van 22 oktober 2005. De gemeenschappelijke werkgroep Algemeen Financiele
Positie (AFP) heeft bij de uitvoering de nadruk gelegd op het in kaart brengen
van het financieel beheer en de schuldpositie van het Land Nederlandse Antillen
en de eilandgebieden. In de bestuurlijke akkoorden met de entiteiten van de
Nederlandse Antillen is versterking van het financieel beheer ook prominent
opgenomen en de eilanden hebben zich gecommitteerd aan versterking van het
financieel beheer.
In januari dit jaar is door Nederlandse en Antilliaanse deskundigen gestart
met de doorlichting van het beheer van de overheidsfinanciën. Hiertoe
zijn per entiteit gezamenlijke teams geformeerd. Hierbij is van Nederlandse
zijde vooral het Ministerie van Financiën zeer intensief betrokken, hierbij
ondersteund door ambtenaren van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Ook hebben de Algemene Rekenkamer en de VNG deskundigheid geleverd.
Conclusie van het onderzoek is dat er veel schort aan het financieel beheer
en dat er dus veel inspanningen vereist zijn om te komen tot een voldoende
mate van financieel beheer. De algemene bevindingen van het onderzoek treft
u bij deze brief als bijlage aan1.
Overigens heeft ook Aruba op eigen initiatief haar financieel beheer laten
doorlichten door een team van het Nederlandse ministerie van Financiën.
De situatie rondom het financieel beheer lijkt iets minder ernstig dan op
de Nederlandse Antillen. Voor uitvoering van de gedane aanbevelingen is op
Aruba een beperkte inzet van het ministerie van Financiën toegezegd,
die vanaf januari 2007 wordt geleverd.
De aanbevelingen ter verbetering van het financieel beheer op de Nederlandse
Antillen zijn per entiteit nader uitgewerkt door de gezamenlijke teams. Op
grond van de bestuurlijke akkoorden wordt nu een aanvang gemaakt met het daadwerkelijk
implementeren van de aanbevelingen op het terrein van Financieel beheer. Het
Nederlandse ministerie van Financiën heeft daar eind november jl. afspraken
over gemaakt met de entiteiten. Het ministerie van Financiën is voornemens
om begeleiding te bieden aan het Land en de eilandgebieden gericht op het
versterken van de financiële infrastructuur. Het is echter niet de bedoeling
om werkzaamheden structureel over te nemen.
Bij de financiële doorlichting en de analyse van de schuldcijfers
is door de onderzoeksteams geconcludeerd dat de schuldcijfers die momenteel
gehanteerd worden niet volledig zijn; er is met name onvoldoende duidelijkheid
over de schuld van decentrale overheden. In de bestuurlijke akkoorden is afgesproken,
dat met betrekking tot de omvang van de collectieve sector moet worden aangesloten
bij internationale definities. Het ministerie van Financiën zal met Antilliaanse
betrokkenen en het CBS trachten op korte termijn de schuld van de collectieve
sector conform internationale definities vast te stellen.
Mogelijkheden monetaire financiering
De Bank van de Nederlandse Antillen (BNA) heeft, zoals gebruikelijk voor
een Centrale Bank, de bevoegdheid om geld te scheppen. Deze bevoegdheid wordt
begrensd door de plicht van de BNA om de stabiliteit van de waarde van de
geldeenheid van de Nederlandse Antillen te bevorderen. Hieraan wordt door
de BNA sinds decennia invulling gegeven door de strikte koppeling van de Antilliaanse
Gulden aan de Amerikaanse Dollar. Deze koppeling bepaalt de ruimte voor de
BNA om geld te scheppen. Van monetaire financiering is sprake wanneer een
centrale bank voorschotten in rekening-courant verleent aan centrale of decentrale
overheden, aan hen andere kredietfaciliteiten ter beschikking stelt of van
hen rechtstreeks schuldbewijzen koopt.
Het Bankstatuut van de BNA geeft aan dat het Land maximaal 10%
van de inkomsten van het Land in het vorige begrotingsjaar van het voorgaande
jaar mag «rood staan» (rekening courant verhouding) bij de BNA
om seizoensmatige verschillen tussen de ontvangsten en de uitgaven van het
Land op te vangen. Overigens kan de BNA geen voorschotten verstrekken aan
de eilandgebieden. Zij hebben geen rekening courant verhouding bij de BNA.
De BNA kan obligaties kopen van centrale of decentrale overheden.
Het beleid van de BNA staat echter haaks op monetaire financiering. De
BNA draagt sinds jaar en dag uit dat de overheid haar tekorten moet beperken.
Monetaire financiering is in de afgelopen jaren slechts zeer sporadisch toegepast
bij wijze van overbruggingsfinanciering.
De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,
A. Nicolaï