30 655
Invoering van de Pensioenwet (Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet)

nr. 18
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 november 2006

Bijgaand treft u aan een concept voor de ministeriele regeling parameters pensioenfondsen en een concept voor de ministeriële regeling toeslagenmatrix1. Beide regelingen strekken tot uitvoering van de Pensioenwet. Ten aanzien van de ministeriele regeling paramaters pensioenfondsen bepaalt artikel 49a Invoerings- en aanpassingswet dat deze regeling niet eerder in werking treedt dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd. Ten aanzien van de ministeriele regeling toeslagenmatrix is in de Nota naar aanleiding van het nader verslag Pensioenwet toegezegd dat de regeling niet in werking treedt voordat uw Kamer de gelegenheid heeft gehad uw opvattingen erover kenbaar te maken. Indien de periode van vier weken in artikel 49a Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet wordt gehanteerd, lukt het echter niet meer deze regeling voor het eind van het jaar in de Staatscourant te laten plaatsen en op 1 januari 2007 gelijk met de Pensioenwet in werking te laten treden. Daarom verzoek ik u mij uw eventuele opvattingen uiterlijk 14 december a.s. kenbaar te maken.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. J. de Geus


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven