30 654 Wijziging van de Wet ammoniak en veehouderij

Nr. 91 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 december 2010

In zijn brief van 1 december 2010 (ref. PDN.2010/472) informeerde de staatssecretaris van EL&I u reeds over de behandeling van een verzoek dat door ForFarmers BOMAP, namens meerdere bedrijfsadviseurs van veehouders, is ingediend bij u en bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Het verzoek betreft het Actieplan Ammoniak en Veehouderij. De verzoekers vragen om de termijn van 1 januari 2011 voor het indienen van de voor het Actieplan benodigde vergunningaanvragen te verlengen met een half jaar.

Het Actieplan Ammoniak en Veehouderij is door rijk, provincies en gemeenten opgesteld en wordt nu gezamenlijk uitgevoerd. Vanuit het rijk zijn het ministerie van EL&I en het ministerie van IenM betrokken.

Door de staatsecretaris van EL&I is in bovengenoemde brief aangegeven dat het rijk positief staat ten opzichte van dit verzoek en dit met gemeenten en provincies zal overleggen. Met deze brief informeer ik u over de uitkomst van dit overleg.

Ten aanzien van het verzoek van de bedrijfsadviseurs hebben rijk, provincies en gemeenten het volgende geconcludeerd:

  • 1. Aan het verzoek wordt voldaan. Dit houdt in dat de uiterste termijn voor het indienen van een vergunningsaanvraag voor categorie B2 bedrijven verschuift van 1 januari 2011 naar 1 juli 2011.

    (categorie B2 = bedrijven die combinatie van ammoniak- en dierenwelzijnmaatregelen moeten nemen)

  • 2. De termijnen voor het realiseren van de ammoniakmaatregelen verschuiven niet. Deze blijven 1 juli 2012 (voor zelfstandige aanpassingen van bestaande stallen) en 1 januari 2013 (voor aanpassingen van bestaande stallen die tevens nieuwbouw vergen).

  • 3. Ondernemers die van de onder 1. aangegeven verlenging gebruik maken houden dus minder tijd over voor de realisatie van maatregelen. Het is en blijft de verantwoordelijkheid van ondernemers om hier voldoende rekening mee te houden.

De indieners van het verzoek zullen zo spoedig mogelijk over het bovenstaande worden geïnformeerd.

De staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

J. J. Atsma

Naar boven