30 568
Wijziging van de voorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten

nr. 7
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 9 maart 2007

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

I

Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder verlettering van onderdeel C tot D, wordt na onderdeel B het volgende onderdeel ingevoegd, luidende:

C

In artikel 31 wordt «de bestrijding» vervangen door: het weren, de preventie of de bestrijding.

2. Onder verlettering van de onderdelen D (oud) tot en met G tot F tot en met H, wordt na onderdeel D (nieuw) een onderdeel ingevoegd, luidende:

E

Na artikel 81k wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK VIIB: HONDEN- EN KATTENBONT EN PRODUCTEN DIE DERGELIJK BONT BEVATTEN

AFDELING 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 81l

1. In dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a. EG-verordening: verordening van de Raad van de Europese Unie of van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie gezamenlijk, die geheel of gedeeltelijk berust op de artikelen 95 of 133 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en waarin voorschriften zijn neergelegd ter zake van honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten;

b. EG-richtlijn: richtlijn van de Raad van de Europese Unie of van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie gezamenlijk, die geheel of gedeeltelijk berust op de artikelen 95 of 133 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en waarin voorschriften zijn neergelegd ter zake van honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten;

c. EG-beschikking: beschikking die gebaseerd is op een EG verordening of EG-richtlijn.

2. Voor de toepassing van dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen gelden de begripsomschrijvingen zoals die zijn neergelegd in EG-verordeningen. Daar waar deze begripsbepalingen afwijken van de in artikel 1 van deze wet opgenomen begripsbepalingen, gelden de begripsbepalingen zoals die zijn neergelegd in EG-verordeningen.

AFDELING 2 VOORSCHRIFTEN TER UITVOERING VAN EUROPESE VOORSCHRIFTEN

Artikel 81m

Het is verboden te handelen in strijd met bij ministeriële regeling aan te wijzen voorschriften van EG-verordeningen.

Artikel 81n

1. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld voor een goede uitvoering van EG-verordeningen.

2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld ter implementatie van EG-richtlijnen.

3. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld ter implementatie van EG-beschikkingen.

4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld ter implementatie van overeenkomsten betreffende honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten tussen de Europese Gemeenschap en een of meer derde landen of internationale organisaties.

5. De regels, bedoeld in het eerste tot en met vierde lid, kunnen betrekking hebben op:

a. het aanwijzen van een bevoegde autoriteit;

b. het verlenen, schorsen en intrekken van erkenningen en vergunningen;

c. het behandelen en gebruiken van honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten;

d. de productie van honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten;

e. het handelen in honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten;

f. het in en buiten Nederland brengen van honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten;

g. het uitvoeren van controles en inspecties waar honden- en kattenbont en producten die dergelijk bont bevatten aanwezig zijn of kunnen zijn.

Artikel 81o

1. Bij ministeriële regeling kunnen in aanvulling op de krachtens artikel 81n, eerste lid, gestelde regels, nadere voorschriften worden gesteld over de onderwerpen die zijn geregeld in de EG-verordeningen.

2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen in aanvulling op de krachtens artikel 81n, tweede en vierde lid, gestelde regels, nadere voorschriften worden gesteld over de onderwerpen waarop die regels betrekking hebben.

3. Bij ministeriële regeling kunnen in aanvulling op de krachtens artikel 81n, derde lid, gestelde regels, nadere voorschriften worden gesteld over de onderwerpen waarop die regels betrekking hebben.

II

In artikel II, onderdeel I, onder b, wordt het zinsdeel «de artikelen 81b, 81c en 81d» vervangen door: de artikelen 81b, 81c, 81d, 81m, 81n en 81o.

Toelichting

Met deze nota van wijziging worden twee nieuwe elementen aan het wetsvoorstel houdende wijziging van de voorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten toegevoegd.

Onderdeel A, onder 1

Op grond van artikel 31 van de Gezondheids- en Welzijnswet voor dieren (hierna: GWWD) kunnen door de minister vastgestelde regelingen in het kader van de bestrijding van besmettelijke dierziekten onmiddellijk na hun bekendmaking in werking treden. Dergelijke regelingen worden, in afwijking van de Bekendmakingswet, via de media bekend gemaakt. Dit betekent in de praktijk dat aan de desbetreffende maatregel door middel van radio, televisie, kranten en internet bekendheid wordt gegeven.

In het afgelopen jaar, onder meer bij de uitbraak van Aviaire Influenza in het Verenigd Koninkrijk en klassieke varkenspest in Duitsland, is gebleken dat het noodzakelijk kan zijn om direct maatregelen te treffen teneinde besmettelijke dierziekten buiten Nederland te houden. Hierbij kan worden gedacht aan het reinigen en ontsmetten van voertuigen afkomstig uit een land waar een besmettelijke dierziekte is uitgebroken of het instellen van een afschermplicht voor gevogelte.

De onderhavige wijziging ziet op een uitbreiding van artikel 31 van de GWWD. Naast de vastgestelde regelingen in het kader van bestrijding, kunnen ook regelingen die zijn vastgesteld in het kader van het weren en de preventie van besmettelijke dierziekten op alternatieve wijze bekendgemaakt worden en onmiddellijk na hun bekendmaking in werking treden.

Onderdeel A, onder 2

Tijdens een vergadering van de Landbouw en Visserijraad van 19 juni 2006 is de noodzaak om zo spoedig mogelijk voorschriften inzake de handel in honden- en kattenbont vast te stellen tot uitdrukking gebracht. De Europese Commissie heeft hierop een voorstel voor een verordening houdende een verbod op het in de handel brengen, de invoer in en de uitvoer uit de Gemeenschap van katten- en hondenbont en producten die dergelijk bont bevatten (hierna: de verordening) gedaan. Het voorstel ligt momenteel ter bespreking bij de Europese Raad voor.

Om te verzekeren dat er goed en tijdig uitvoering kan worden gegeven aan de verordening wanneer deze van kracht wordt, is het van belang dat er op korte termijn een deugdelijke wettelijke basis ten behoeve van deze uitvoering wordt gecreëerd. Met deze wijziging wordt een dergelijke basis in de GWWD opgenomen. Deze implementatiebasis is volgens dezelfde systematiek opgesteld als de implementatiebasis die met het wetsvoorstel voor dierlijke bijproducten is gecreëerd.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg

Naar boven