30 536
Regels inzake de volledige liberalisering van de postmarkt en de garantie van de universele postdienstverlening (Postwet 20..)

nr. 11
SUBAMENDEMENT VAN HET LID GESTHUIZEN

Ontvangen 2 april 2007

De ondergetekende stelt het volgende subamendement voor:

Het amendement Crone (stuk nr. 10) wordt als volgt gewijzigd:

I

In onderdeel I, artikel 6a, eerste lid wordt de zinsnede «brieven» vervangen door: poststukken.

II

Onderdeel I, artikel 6a, derde en vierde lid vervallen.

Toelichting

Dit amendement beoogt te verzekeren dat postbezorgers na de volledige liberalisering van de postmarkt werkzaam zijn op grond van een arbeidscontract.

Voorafgaand aan de liberalisering blijkt dat alle op dit moment in Nederland werkzame partijen op de postmarkt met een landelijke dekking een deel van hun bezorgend personeel laat werken zonder arbeidscontract. Hierbij gaat het om bezorgers van post in de vorm van geadresseerd en ongeadresseerd drukwerk, want dat deel van de postmarkt is reeds opengesteld voor concurrentie.

De bezorging van post is van groot maatschappelijk belang. Tevens biedt de postmarkt aan zeer velen in Nederland werk. Het verlies van banen die voldoen aan de wettelijke eisen met betrekking tot sociale zekerheid, rechtszekerheid en inkomenszekerheid, kortom werk op basis van arbeidsovereenkomsten, ten gunste van het opkomen van betaling naar opdracht, de zogenaamde stuksloonregeling, is absoluut onaanvaardbaar.

Het voorliggende wetsvoorstel betreft het laatste deel van de liberalisering van de postmarkt.

Is deze liberalisering een feit, dan is de gehele Nederlandse postmarkt opengesteld voor concurrentie en kunnen de huidige en eventuele nieuwe spelers met elkaar de concurrentie aangaan. Dit behoort echter niet te gebeuren op arbeidsvoorwaarden – niet bij briefbezorging maar evenmin bij de bezorging van drukwerk, wat ten slotte een sterk groeiende tak van sport is binnen de postmarkt.

Om te voorkomen dat na de liberalisering onduidelijkheid ontstaat over wat voor soort post wel en welke niet bezorgd mag worden door bezorgers zonder contract is eenduidigheid gewenst en nodig. Hierdoor kan dan na liberalisering geen discussie ontstaan over de aard van bepaalde soorten post die in de ogen van de sommige belanghebbenden als brieven maar door andere belanghebbenden juist als drukwerk aangemerkt zouden kunnen worden.

Op de naleving van deze verplichting wordt toegezien door het College van de Onafhankelijke Post- en Telecommunicatie Autoriteit.

Het tweede onderdeel ziet op het laten vervallen van het derde en vierde lid zoals voorgesteld door het lid Crone. De beoogde algemene maatregel van bestuur wordt niet wenselijk geacht.

Gesthuizen

Naar boven