nr. 22
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER VLIES C.S. TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 201
Ontvangen 19 september 2006
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel J, komt artikel 5:6, vierde lid, te luiden:
4. Bij collectieve regeling kan van het derde lid worden afgeweken,
met inachtneming van:
a. het eerste lid, of
b. het tweede lid.
Bij toepassing van de aanhef en onderdeel a van de vorige zin, verricht
de werknemer uitsluitend op 40 of meer zondagen in elke periode van 52 aaneengesloten
weken arbeid, indien hij daarmee voor dat geval instemt. Elk beding, waarbij
op een andere wijze dan in dit lid is bepaald, wordt afgeweken van het derde
lid, is nietig.
II
Artikel III komt te luiden:
ARTIKEL III
In artikel 670 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt «werken
op zondag als bedoeld in artikel 5:4, eerste lid, derde volzin, van de Arbeidstijdenwet»
vervangen door: werken op zondag als bedoeld in artikel 5:6, tweede lid, tweede
zin of vierde lid, tweede zin, van de Arbeidstijdenwet.
Toelichting
Dit amendement beoogt het mogelijk maken om, wanneer bij collectieve regeling
wordt afgeweken van de norm (13 zondagen in 52 weken), werknemers de individuele
mogelijkheid te geven om als individuele werknemer zondagsarbeid te weigeren
die verricht wordt naar de aard van de arbeid. Via initiatiefwet Bussemaker/Van
Dijke (wet van 14 maart 2003, Stb. 141) is deze weigeringsgrond mogelijk
als het gaat om bedrijfsomstandigheden. In het huidige wetsvoorstel bestaat
deze individuele weigeringsgrond niet voor werknemers die naar
de aard van de arbeid werken op zondag.
Van der Vlies
Rambocus
Huizinga-Heringa
Van Gent
Stuurman