30 531 (R 1810)
Regeling van de taken en bevoegdheden, alsmede het beheer en beleid van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba (Rijkswet Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba)

nr. 5
VERSLAG

Vastgesteld 29 juni 2006

De vaste commissie voor Defensie1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer verslag uit te brengen van haar bevindingen. Het verslag volgt de opbouw van de memorie van toelichting en behandelt alleen die onderdelen waarover door de genoemde fracties inbreng is geleverd.

Onder het voorbehoud dat de regering de gestelde vragen tijdig en afdoende zal hebben beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.

1. Inleiding

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel Rijkswet Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba. De leden van de CDA-fractie onderschrijven het toegenomen belang van een structurele regeling voor de Kustwacht, in het licht van de aanslagen van 11 september op de Verenigde Staten, de internationale verplichtingen en verantwoordelijkheden van het Koninkrijk op het gebied van terrorismebestrijding, en meer in het algemeen de maritieme rechtshandhaving. Het versterkt de noodzaak tot slagvaardigheid van de Kustwacht en inbedding in regionale en internationale samenwerkingsverbanden. Bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit, in het bijzonder de drugshandel, is van onverminderd belang.

De leden van de fractie van het CDA onderschrijven het belang van de bestuurlijk-juridische inbedding van de Kustwacht, van een heldere afbakening van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden en van solide grondslagen voor het optreden van de Kustwacht als toezicht- en opsporingsinstantie. De voorliggende ontwerpregeling lijkt daarin in voldoende mate te voorzien, maar roept ook vragen op.

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel Rijkswet Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba. Deze leden zijn van mening dat een goede wettelijke regeling van de kustwachttaken binnen het koninkrijk van groot belang is.

Met betrekking tot een aantal specifieke onderwerpen hebben de leden van de PvdA-fractie op dit moment nog een aantal vragen aan de regering.

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het voorstel van rijkswet omtrent de taken en bevoegdheden, het beheer en het beleid van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba.

2. Doelstellingen van het ontwerp van Rijkswet

Het uitbreiden van bevoegdheden in de strijd tegen drugs kan rekenen op de steun van de leden van de CDA-fractie. Kan nader ingegaan worden op de hetgeen gesteld wordt over de jurisdictionele bevoegdheden die kunnen worden uitgeoefend in de aansluitende 24-mijls zone? Gesteld wordt dat de bevoegdheden niet kunnen worden uitgeoefend worden in de aansluitende zone zelf, maar alleen ter voorkoming van delicten of bij reeds gepleegde delicten binnen het territoir van het Koninkrijk. In hoeverre plaatst dat de opsporingsambtenaren voor bewijsproblemen? Hoe wordt ondervangen dat drugshandelaren in speedboten vol met drugs eenvoudig hun koers verleggen, buiten de territoriale wateren van het Koninkrijk, als ze merken dat ze gevolgd worden? In hoeverre verschillen de bevoegdheden van de Kustwacht buiten de territoriale wateren na invoering van het wetsvoorstel van de Amerikanen? Wanneer en in welke omstandigheden mag tot het enteren van een schip dat verdacht wordt van drugshandel, en vaart onder de vlag van een andere staat, worden overgegaan? Is hiervoor toestemming van de gezagvoeder van het schip vereist? Gelden de beperkingen van de bevoegdheden binnen de aansluitende zone ook ten aanzien van terrorismebestrijding?

3. De instelling van een Kustwacht

Het is de leden van de VVD-fractie opgevallen dat de Raad van State in haar advies over het voorstel van rijkswet heeft verwezen naar artikel 3 van het Statuut voor het Koninkrijk. Ook de leden van de VVD-fractie gaan ervan uit dat de Kustwacht ook een belangrijke functie heeft bij de in dat artikel 3 genoemde taak inhoudende «de handhaving van de onafhankelijkheid en de verdediging van het Koninkrijk». Weliswaar verwijst ook de regering in haar reactie op het advies van de Raad van State naar die verdedigingstaak, maar zij lijkt vervolgens weer vooral het accent te willen leggen op andere opties dan «aanvallen met militaire middelen door andere staten». De leden van de VVD-fractie zijn temeer bezorgd over de mate waarin de Kustwacht zoals die in het voorstel van rijkswet wordt omschreven nog wel is toegesneden op de verdedigingstaak conform artikel 3 van het Statuut. Deze vrees wordt mede ingegeven door het feit dat ook bij de toekomstige toerusting van de Kustwacht zoals die de regering thans voor ogen staat niet meer wordt gestreefd naar de permanente aanwezigheid bij de Nederlandse Antillen en Aruba van een fregat van het Commando Zeestrijdkrachten en omdat van de daarvoor in de plaats komende patrouillevaartuigen (zeker in de vorm die thans aan de Tweede Kamer wordt gepresenteerd) nauwelijks een afschrikwekkende werking uitgaan in de richting van potentiële agressors. De leden van de VVD-fractie zouden derhalve graag meer duidelijkheid krijgen over de bereidheid in politieke zin van Nederland om daadwerkelijk op te komen voor de handhaving van de onafhankelijkheid en de verdediging van het Koninkrijk waar het gaat om de territoriale integriteit van de Nederlandse Antillen en Aruba, alsook over de vertaling van die bereidheid in politieke zin naar de feitelijke inzet van Nederlandse militaire middelen in de Nederlandse Antillen en Aruba.

4. Artikelsgewijze toelichting

Het kabinet heeft in afwijking van het advies van de Raad van State artikel 13, vierde lid, gehandhaafd. De leden van de CDA-fractie en de leden van de PvdA-fractie vragen of de regering kan motiveren waarom zij het advies van de Raad van State, om artikel 13, vierde lid, te schrappen, niet overneemt. Welke meerwaarde heeft deze bepaling volgens de regering?

Eerder had de Algemene Rekenkamer kritiek op met name de aansturing van de Kustwacht door vele verschillende ministeries in plaats van door één enkelvoudige, helder taakstellende organisatie. De leden van de CDA-fractie en de leden van de PvdA-fractie vragen of met de regeling tegemoet wordt gekomen aan deze kritiek. In hoeverre wordt de aansturing door vele ministeries ergens eenduidig en helder bijeengebracht, waardoor tot heldere targets en operationele doelstellingen gekomen kan worden? Hoe wordt bij dit wetsvoorstel voorzien in een oplossing en verbetering van de organisatorische zwakte van de Kustwacht?

De leden van de CDA-fractie en de leden van de PvdA-fractie vragen of het onderhavige voorstel voor Rijkswet financiële gevolgen heeft. Zo ja, welke? De leden van beide fracties vragen vervolgens of het juist is te veronderstellen dat de bepalingen in artikel 1 en artikel 10 impliceren dat nadere regels zullen volgen. Zo ja, wanneer, en aan welke regels moet gedacht worden?

De voorzitter van de commissie,

Albayrak

De Adjunct-griffier van de commissie,

De Boer


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: De Vries (PvdA), Bakker (D66), Koenders (PvdA), Van Beek (VVD), Karimi (GL), Timmermans (PvdA), Van Bommel (SP), Albayrak (PvdA), voorzitter, Balemans (VVD), Van Baalen (VVD), Snijder-Hazelhoff (VVD), Van Winsen (CDA), Van den Brink (LPF), Mastwijk (CDA), Herben (LPF), ondervoorzitter, Duyvendak (GL), Kortenhorst (CDA), Huizinga-Heringa (CU), Van Velzen (SP), Algra (CDA), Haverkamp (CDA), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Straub (PvdA), Blom (PvdA), Eijsink (PvdA), Brinkel (CDA) en Szabó (VVD).

Plv. leden: Van Dam (PvdA), Van der Laan (D66), Waalkens (PvdA), Lenards (VVD), Halsema (GL), Fierens (PvdA), Vacature (SP), Meijer (PvdA), Van Miltenburg (VVD), Visser (VVD), Oplaat (VVD), De Haan (CDA), Vacature (algemeen), Smilde (CDA), Hermans (LPF), Vendrik (GL), Knops (CDA), Van der Staaij (SGP), De Wit (SP), De Vries (CDA), Ormel (CDA), Ferrier (CDA), Vacature (algemeen), Tichelaar (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), Jonker (CDA) en Veenendaal (VVD).

Naar boven