nr. 5
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING
EN MILIEUBEHEER
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 maart 2006
Heden is U aangeboden het voorstel van wet houdende wijziging van de Wet
milieubeheer en enige daarmee verband houdende wetten (modernisering van de
algemene milieuregels voor inrichtingen, kamerstuk 30 483, nrs. 1–4).
Naast de zogenaamde omgevingsvergunning is de modernisering van de algemene
regels (ook wel 8.40-amvb’s genoemd) een belangrijk onderdeel van de
Herijking van de VROM-regelgeving. Deze wetswijziging is noodzakelijk om de
modernisering van de algemene regels mogelijk te maken.
Vooruitlopend op de voorgestelde wetswijziging wordt momenteel een nieuwe
amvb en ministeriële regeling opgesteld, zodat het nieuwe stelsel in
2007 in werking kan treden.
Belangrijkste kenmerken van het nieuwe stelsel:
– de samenvoeging van elf bestaande, sectorale 8.40-amvb’s
die gelden voor circa 300 000 bedrijven;
– circa 20 000 bedrijven die nu nog vergunningplichtig zijn,
worden onder de werkingssfeer van de nieuwe amvb gebracht waardoor voor die
bedrijven de vergunningplicht vervalt. Het betreft hier bedrijven die behoren
tot de metaalelektrosector en een aantal bedrijven van kleinere sectoren.
– alle milieuonderwerpen (bodembescherming, luchtemissies, afvalscheiding,
externe veiligheid) worden geregeld zonder dat afbreuk wordt gedaan aan het
beschermingsniveau;
– regulering op activiteit in plaats van branche. Bedrijven die
thans niet in hoofdzaak onder één branche zijn te scharen, vallen
niet onder één van de huidige amvb’s en moeten een vergunning
aanvragen. Dit kost bedrijven tijd en geld. Wanneer de nieuwe amvb van kracht
wordt, vallen ze hier gewoon onder en hebben deze bedrijven geen vergunning
meer nodig. De nieuwe amvb geeft dus meer eenheid en duidelijkheid voor bedrijven
en handhavers. Ook wordt hierdoor een aantal thans voorkomende verschillen
tussen de huidige amvb’s opgeheven. Voor alle bedrijven
die dezelfde activiteit uitvoeren gelden straks dezelfde, uniforme regels.
Algemene regels hebben veel minder administratieve lasten tot gevolg dan
vergunningen. De verwachting is dat de modernisering van de algemene regels
een totale besparing van administratieve lasten oplevert van €216 miljoen.
Berekend is dat:
– het laten vervallen van de vergunningplicht voor de genoemde 20 000
bedrijven een reductie oplevert van €161 miljoen;
– binnen de bestaande algemene regels nog eens €55 miljoen
wordt bespaard door het terug-brengen van keuringsfrequenties en het laten
vervallen van een aantal onderzoeksverplichtingen.
Het verschil tussen algemene regels en vergunningen is dat vergunningen
een uitgebreide procedure kennen en het bevoegd gezag voorschriften kan opnemen
over alle onderwerpen die zij noodzakelijk acht. Algemene regels kennen daarentegen
een eenvoudige procedure. Een melding van het bedrijf aan het bevoegd gezag
volstaat, en in de amvb wordt helder beschreven aan welke voorschriften het
bedrijf moet voldoen. Om bedrijven hierbij te helpen wordt een ondersteunend
ICT-systeem gebouwd. Een bedrijf is zelf verantwoordelijk voor de naleving
van de regels. Handhaving vindt achteraf plaats door het bevoegd gezag.
In de huidige Wet milieubeheer is het uitgangspunt vastgelegd dat een
bedrijf een milieuvergunning dient te hebben, tenzij het onder de algemene
regels valt. In feite wordt met het onderhavige wetsvoorstel de systematiek
omgekeerd: uitgangspunt is dat een inrichting onder de algemene regels valt,
tenzij deze is uitgezonderd en aldus vergunningplichtig is. Dit sluit overigens
ook beter aan bij de huidige trend, aangezien het merendeel van de inrichtingen
(ongeveer 300 000) nu al onder algemene regels valt en dit aantal in
de toekomst verder zal toenemen. Op dit moment vindt onderzoek plaats naar
de mogelijkheden om de bedrijven die thans nog vergunningplichtig zijn, na
2007 onder de algemene regels te brengen. Overigens zal een beperkt aantal
bedrijven waar activiteiten plaatsvinden met omvangrijke en complexe milieueffecten,
vergunningplichtig blijven. Dit zijn in ieder geval bedrijven die thans onder
de werking van één of meer Europese richtlijnen vallen, zoals
de IPPC- en de MER-richtlijn.
Momenteel is een ambtelijk voorontwerp van de nieuwe amvb gereed, op grond
waarvan de komende maanden gesprekken plaatsvinden met vertegenwoordigers
van de overheid en het bedrijfsleven. Op basis hiervan zal het voorontwerp
worden omgewerkt tot een ontwerpbesluit, dat naar verwachting voor de zomer
zal worden voorgehangen. Het informatieblad over de nieuwe amvb is te vinden
op de website van het Ministerie van VROM (http://www.vrom.nl/pagina.html?id=19025)
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer,
P. L. B. A. van Geel