30 476
Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enkele aanverwante wetten op een aantal punten van uiteenlopende aard

nr. 6
VERSLAG

Vastgesteld 12 april 2006

De vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1, belast met het voorbereidend onderzoek, brengt als volgt verslag uit van haar bevindingen omtrent dit wetsvoorstel. Onder het voorbehoud dat de regering de in dit verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende beantwoordt, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

ALGEMEEN

1. Inleiding

Met belangstelling hebben de leden van de CDA-fractie kennis genomen van onderhavig wetsvoorstel. Naast een zeer divers aantal punten van hoofdzakelijk technische aard wordt ook een aantal meer substantiële punten aan de orde gesteld. De leden van de CDA-fractie hebben daarbij nog een aantal vragen.

In de ogen van de leden van de PvdA-fractie bevat deze wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 een groot aantal punten van technische aard. Hierbij zien de leden geen reden tot commentaar, maar deze leden willen wel graag van de mogelijkheid gebruik maken om specifiek op de positie van de verkeersregelaars in te gaan.

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van de voorliggende wetswijziging betreffende de Wegenverkeerswet 1994 en enkele verwante wetten op een aantal punten van uiteenlopende aard. Alvorens een definitief standpunt te bepalen zouden de leden van deze fractie graag de reactie van de regering vernemen met betrekking tot enkele vragen en opmerkingen.

2. Verkeersregelaars

Als de leden van de CDA-fractie het goed zien worden aan verkeersregelaars nadere eisen gesteld met betrekking tot opleiding en examinering. Aan welke eisen denkt de regering en kan zij aangeven in welk opzicht dit pakket minder belastend is voor verkeersregelaars dan het bestaande pakket? Hoe wordt voorkomen dat de voorgestelde regels voor de verkeersregelaars onnodige drempels opwerpen?

De leden van de PvdA-fractie merken op dat de categorieën voor verkeersregelaars worden verduidelijkt. Hierbij moet worden gedacht aan evenementenregelaars en verkeersbrigadiers. Tevens komen er andere regels voor de opleiding en examinering van deze verschillende categorieën. Behoren tot de nieuwe «aangewezen categorieën van personen» nog andere groepen dan de genoemde verkeersregelaars en verkeersbrigadiers? Zo ja, welke?

Er kunnen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels gesteld worden aan verkeersregelaars en verkeersbrigadiers. De leden van de PvdA-fractie willen graag weten of dit ook gaat gebeuren? Zo ja, wanneer en op welke wijze?

De leden van de PvdA-fractie zijn tevens benieuwd wat er de komende tijd nu precies gaat veranderen aan de opleiding, examinering en aanstelling van verkeersregelaars en verkeersbrigadiers? Wie zijn daarbij betrokken, wie is verantwoordelijk en wie oefent op de naleving van de regels voor verkeersregelaars en verkeersbrigadiers toezicht en controle uit?

De leden van de PvdA-fractie willen graag weten of de herziening van de Regeling verkeersregelaars inderdaad heeft geleid tot het besluit van de regering om de verplichting tot het verzekeren van verkeersregelaars op 1 januari 2006 ongedaan te maken? Deze leden willen daarbij tevens weten of de problematiek rond de verzekeringsplicht voor verkeersregelaars nu definitief is opgelost (vergelijk 29 398, nr. 32)? Op welke wijze kunnen dan wel moeten verkeersregelaars en verkeersbrigadiers zich voortaan adequaat verzekeren tegen de schaderisico’s die zij tijdens de uitoefening van hun taken lopen? Deze leden vragen zich ook af of er nu vaker sprake kan zijn van een onverantwoorde situatie, doordat de verzekeringsplicht voor verkeersregelaars en verkeersbrigadiers is komen te vervallen.

In navolging hiervan willen de leden van de PvdA-fractie weten waarom de verzekeringsplicht voor verkeersregelaars en verkeersbrigadiers door de minister kortgeleden is afgeschaft, terwijl de voorliggende wetswijziging nog door de Tweede Kamer moet worden behandeld en moet worden ingevoerd?

In 2000 is de Regeling verkeersregelaars in werking getreden. Op basis van de evaluatie in 2004 wordt de Regeling verkeersregelaars 2000 herzien. De leden van de PvdA-fractie willen weten wanneer de algehele herziening van de Regeling verkeersregelaars 2000 een feit is en waar die integrale herziening op neerkomt. Deze leden zijn op dit punt ook benieuwd of de Stichting Verkeersbrigadiers geraadpleegd wordt bij de herziening van de Regeling verkeersregelaars 2000?

Ten slotte willen de leden van de PvdA-fractie de regering vragen om inzicht te geven in de omvang van de verkeersongevallen en -slachtoffers met verkeersregelaars en verkeersbrigadiers in de afgelopen vijf jaar. Moeten er ter bescherming van hen – gelet op krantenberichten dat weggebruikers zich aan hun aanwijzingen soms weinig gelegen laten liggen, gezien de ook op dit terrein opgetreden verruwing in het verkeer – extra verkeersmaatregelen worden getroffen dan wel moet er aan overtredingen een andere strafmaat worden verbonden? Zo ja, waar denkt de regering dan aan?

3. Typegoedkeuring

Met de voorliggende wetswijziging wordt het, zo begrijpen de leden van de VVD-fractie, mogelijk om per algemene maatregel van bestuur bepaalde categorieën voertuigen aan te wijzen die minder vaak APK-gekeurd hoeven te worden. De regering geeft aan dat zij hierbij denkt aan historische voertuigen. Kan de regering aangeven aan welke frequentie van keuring van deze voertuigen wordt gedacht? Kan de regering tevens aangeven of zij ook andere categorieën van voertuigen ziet, waarvoor een soepeler keuringsregime tot de mogelijkheden behoort? Zo ja, welke categorieën met welke bijbehorende termijn? Zo nee, waarom niet?

Het Nederlandse keuringsregime is beduidend strenger dan de Europese Unie van Nederland eist. Daarnaast is ons keuringsregime ook strenger dan in de meeste andere Europese landen. Kan de regering aangeven waarom zij het Nederlandse keuringsregime niet meer in de pas wil laten lopen met dat wat in Europees verband gangbaar is. Acht de regering dit strengere regime nog wel noodzakelijk nu het veiligheidsniveau van nieuwe voertuigen beduidend hoger is dan jaren geleden? Is de regering van mening dat een versoepeling van het Nederlandse keuringsregime kan bijdragen aan de vermindering van administratieve lasten voor de Nederlandse burger? Kan de regering tevens onderbouwd aangeven wat de gevolgen voor de verkeersveiligheid zouden zijn, indien gekozen wordt voor een soepeler regime. Is de regering wellicht bereid een soepeler regime in te voeren voor nieuwe voertuigen? Op deze wijze kan de overgang naar een nieuwe keuringsfrequentie wellicht soepeler verlopen zonder dat dit ten koste gaat van de verkeersveiligheid. De leden van de VVD-fractie zouden graag een reactie van de regering hierop ontvangen.

4. Experimenteerbepaling

Bij de experimenteerbepaling wordt onder meer gemeld dat gedacht wordt aan de voornemens om voor personen van ten minste 17 jaar, die niet in het bezit zijn van een rijbewijs B, het rijden in een auto onder begeleiding mogelijk te maken. Op zichzelf hebben de leden van de CDA-fractie sympathie voor dit voorstel. Dit voorstel is echter eerder door de regering gedaan in samenhang met de wens om de minimumleeftijd voor bromfietsbestuurders tot 17 jaar te verhogen. De leden van de CDA-fractie herinneren de regering eraan, dat deze leden de minimumleeftijd voor bromfietsrijders niet wensen te verhogen, maar willen handhaven op 16 jaar. Kan de regering vanuit dat uitgangspunt aangeven welke voorwaarden zij aan een rijbewijsmodule voor 17-jarigen en aan de begeleiders wil stellen? Wil de regering hierbij ook aangeven of zij een relatie ziet tussen het (nog) in te voeren bromfietsrijbewijs en de hier voorgestelde module.

5. Administratieve lasten

Nu de regering bij het hoofdstuk delegatiebepalingen het programma Beter Geregeld memoreert en in dat kader refereert aan de regeringsdoelstelling «minder en anders regelen» vragen de leden van de CDA-fractie of de regering concreet kan aangeven in welke mate de in dit wetsvoorstel genoemde bijstelling van de regelgeving met betrekking tot typegoedkeuring en goedkeuring productieprocessen bijdraagt aan vermindering van regeldruk en de daaraan gekoppelde lasten voor bedrijven en burgers.

ARTIKELGEWIJS

Onder V: In artikel 50 eerste lid, onderdeel b, vervalt het vereiste dat een aanvrager van een kenteken naast een paspoort of een identiteitsbewijs een gewaarmerkt afschrift van de benodigde gegevens uit de Gemeentelijke Basisadministratie moet overleggen. Nu op korte termijn alle bromfietsen van een kenteken voorzien dienen te zijn, vragen de leden van de CDA-fractie welk bezwaar er is dit vereiste met onmiddellijke ingang te laten vervallen. Dat bespaart een grote groep bromfietshouders, die nog een kenteken moet aanvragen, een extra gang naar het gemeentehuis én een bedrag van tussen de tien en vijftien euro.

Onder Z: Hoe verhoudt zich het voorstel om de naleving van art 5.2.11, vijfde lid inzake de naleving van het uitlaatgeluidsniveau te schrappen met de initiatieven van de staatssecretaris van VROM om de overlast van uitlaatgeluid te bestrijden? Wanneer de geluidsmeting vervalt, biedt dan de APK-controle niet een goed aanknopingspunt voor de gewenste verscherping van de controle op niet-goedgekeurde typen uitlaatsystemen?

De voorzitter van de commissie,

Atsma

De adjunct-griffier van de commissie,

Kool


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Duivesteijn (PvdA), Dijksma (PvdA), Hofstra (VVD), ondervoorzitter, Atsma (CDA), voorzitter, Van Gent (GL), Timmermans (PvdA), Van Bommel (SP), Van der Staaij (SGP), Depla (PvdA), Van As (LPF), Mastwijk (CDA), Duyvendak (GL), Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Van Lith (CDA), Van der Ham (D66), Haverkamp (CDA), Boelhouwer (PvdA), De Krom (VVD), Verdaas (PvdA), Hermans (LPF), Dezentjé Hamming (VVD), Van Hijum (CDA), Roefs (PvdA), Van der Sande (VVD), Lenards (VVD), Knops (CDA).

Plv. leden: Heemskerk (PvdA), Samsom (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Hessels (CDA), Vos (GL), Smeets (PvdA), Vacature (algemeen), Slob (CU), Waalkens (PvdA), Herben (LPF), Van Winsen (CDA), Halsema (GL), Jager (CDA), Vergeer (SP), Van Haersma Buma (CDA), Bakker (D66), De Pater-van der Meer (CDA), Van Dam (PvdA), Van Beek (VVD), Dubbelboer (PvdA), Van den Brink (LPF), Luchtenveld (VVD), Buijs (CDA), Van Dijken (PvdA), Szabó (VVD), Aptroot (VVD), Ten Hoopen (CDA).

Naar boven