30 420 Emancipatiebeleid

Nr. 245 HERDRUK1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 april 2016

Tijdens het algemeen overleg emancipatie met uw Kamer op 10 februari jl. (Kamerstuk 30 420, nr. 243) is mij gevraagd naar de inzet van Nederland bij de VN-commissie over vrouwenrechten (CSW). Hierbij wil ik uw Kamer informeren over de Nederlandse inzet en de uitkomsten.

Algemeen

De CSW is een functionele commissie binnen de Economische en Sociale Raad van de VN. Het is het belangrijkste internationale orgaan waar VN-lidstaten jaarlijks de stand van zaken bespreken op het gebied van vrouwenrechten en gendergelijkheid. Er worden in uitkomstdocumenten afspraken gemaakt die nationaal beleid beïnvloeden en als grondslag dienen voor vervolgresoluties, verdragen en nationale wetgeving.

Van 14 tot en met 24 maart 2016 vond de 60ste zitting van de CSW plaats. Tijdens deze 60ste CSW stond de link tussen het Beijing Platform for Action en de Substainable Development Goals (SDGs) centraal. Het Koninkrijk werd vertegenwoordigd door mijzelf en door Minister Michelle Hooyboer-Winklaar (Onderwijs, Gezinsbeleid en Leven Lang Leren) van Aruba, Minister Ruthmilda Larmonie-Cecilia (Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn) van Curaçao, gevolmachtigd Minister Henriëtta Doran-York van St. Maarten.

Als voorzitter van de Raad van de Europese Unie sprak ik dit jaar het statement uit namens alle 28 lidstaten van de EU. Minister Ruthmilda Larmonie-Cecilia sprak namens het Koninkrijk der Nederlanden het statement uit.

In het EU statement noemde ik gendergelijkheid als centraal thema in de 2030 Agenda for Sustainable Development. De goals, targets en indicatoren moeten bijdragen aan de (economische) empowerment van vrouwen en meisjes. Tegelijkertijd bevestigde ik namens de EU het belang van de implementatie van het bestaande Beijing Platform for Action.

Minister Hooyboer-Winklaar had tijdens de openingssessie een Facetime verbinding met verschillende klaslokalen op Aruba om leerlingen te laten zien hoe het er bij de Verenigde Naties aan toe gaat.

Het statement dat Minister Ruthmilda Larmonie-Cecilia uitsprak namens het Koninkrijk ging in op de verschillende manieren waarop genderongelijkheid tot uiting komt in de verschillende landen van het Koninkrijk en hoe het Koninkrijk eensgezind een voorloper tracht te zijn bij het tegengaan van deze ongelijkheid.

Als EU-voorzitter was Nederland tevens co-host van de EU-receptie tijdens de CSW. De drukbezochte receptie werd bijgewoond door EU-Ministers, ambassadeurs, delegatieleden, diplomaten en vertegenwoordigers van NGO’s. Ik hield de openingsspeech en daarna spraken achtereenvolgens EU Commissaris Jourová en Executive Director van UN Women, Phumzile Mlambo-Ngcuka. Uitwisseling tussen de Nederlandse NGO’s en de Nederlandse delegatie vond ook op andere momenten tijdens de CSW plaats. Tijdens een lunchbijeenkomst georganiseerd voor het Nederlandse maatschappelijk middenveld gaven de NGO’s aandachtspunten mee aan de Nederlandse delegatie voor de onderhandelingen.

Prioritaire thema’s

Ik heb tijdens de CSW met name aandacht gevraagd voor thema’s die voor Nederland prioriteit hebben: SRGR, rechten van LHBTI, (seksueel) geweld tegen vrouwen en meisjes en aandacht voor de genderdimensie in het migratiebeleid.

Op maandag 14 maart nam Nederland het initiatief om als co-voorzitter van de LGBTI Core Group Core Group een lunch te organiseren op ministersniveau. LGBTI is de internationale term voor lesbische vrouwen, gay mannen, biseksuele mannen en vrouwen, transgender personen en mensen met een intersekse conditie. In mijn openingswoord heb ik het belang onderstreept ervoor te zorgen dat landen die een bijdrage willen leveren aan het werk van de Core Group niet worden ontmoedigd door het streven naar geografische balans in het lidmaatschap. Tijdens de lunch werd daarnaast de stand van zaken besproken met betrekking tot de Global LGBTI Conference, die Nederland samen met Uruguay organiseert in Montevideo van 13 tot 15 juli.

Nederland organiseerde daarnaast samen met de EU en Oostenrijk het side event «The elimination and prevention of all forms of violence against women and girls: Why it matters for sustainable development». Daar presenteerde ik mijn visie op (het tegengaan van) geweld tegen vrouwen en meisjes. Ik benadrukte de link tussen economische zelfstandigheid enerzijds en het tegengaan van huiselijk geweld anderzijds. Dit heeft gevolgen voor beleid: om geweld tegen vrouwen te voorkomen en tegen te gaan moeten we zorgen dat vrouwen financieel voor zichzelf kunnen zorgen. In dit kader presenteerde ik een good practice uit Nederland: bij «De Nieuwe Toekomst» worden slachtoffers van huiselijk geweld ondersteunt bij het vinden van betaald werk. De resultaten van het project zijn veelbelovend.

Andere sprekers tijdens het side-event waren Minister Gabriele Heinisch-Hosek van Oostenrijk, Věra Jourová (EU Commissaris), Alejandra Negrete (nationale commissaris VAW, Mexico) en Iratxe García Pérez (voorzitter comité vrouwenrechten en gendergelijkheid, Europees Parlement).

Dit thema heb ik tevens aangekaart tijdens een speciale bijeenkomst voor alle EU bewindslieden voor gendergelijkheid. Op mijn uitnodiging hebben we gesproken over «Combating violence against women and sexual harassment in public spaces». Het doel van de bijeenkomst was het informeel delen van visie op (het debat over) seksueel geweld tegen vrouwen, naar aanleiding van de recente gebeurtenissen in Europese steden.

Tijdens deze bijeenkomst met de EU Ministers stond daarnaast het thema «Improving the situation of female asylum seekers, refugees and migrants» op de agenda. Het betrof een verkennend gesprek over de genderdimensie van de migratieproblematiek. Tijdens mijn inleiding heb ik aandacht gevraagd voor de kwetsbare positie van vrouwelijke vluchtelingen. Meisjes en vrouwen zijn minder vaak in de gelegenheid om het land te ontvluchten en blijven vaker achter in conflict gebieden of vluchtelingenkampen. Vrouwelijke vluchtelingen ondervinden specifieke problemen tijdens de tocht, bijvoorbeeld in verband met borstvoeding, menstruatie of zwangerschap. Ook lopen vrouwelijke vluchtelingen een veel groter risico om slachtoffer te worden van (seksueel) geweld. Het gesprek met de EU Ministers hierover was een goede stap voor het in kaart brengen van de uitdagingen en good practices op het gebied van gender mainstreaming van migratiebeleid.

Bilaterale gesprekken

Tijdens het officiële programma had ik verschillende bilaterale ontmoetingen met diverse collegaministers voor gendergelijkheid uit onder meer Canada, Denemarken, Namibië, Zuid-Korea, Zweden, de Palestijnse Gebieden en met EU Commissaris Jourová. Naast de inhoudelijke CSW-gerelateerde onderwerpen en het uitwisselen van beleid, kwam in sommige gesprekken daarbij ook de Nederlandse campagne voor de VN Veiligheidsraad ter sprake.

Onderhandelingen uitkomstdocumenten

Naast het Ministeriële deel van de CSW vonden onderhandelingen plaats over het uitkomstdocument (de agreed conclusions) en een aantal resoluties. De belangrijkste teksten bij deze 60e CSW waren de agreed conclusions over het prioriteitsthema «Women’s empowerment and its link to sustainable development» en de resolutie over hiv/Aids.

Agreed Conclusions

Na een lang en moeizaam onderhandelingsproces zijn de agreed conclusions aangenomen.

In de tekst is een consistente verwijzing naar vrouwen èn meisjes in de context van mensenrechten en bij het tegengaan van discriminatie opgenomen. Ook is er een sterke passage over het maatschappelijk middenveld en door jongeren geleide organisaties overeengekomen.

Het is helaas niet gelukt om een referentie naar seksuele oriëntatie en gender identiteit in de tekst te krijgen, mede omdat conservatieve landengroepen niet bereid waren het onderwerp te bespreken.

Gelet op het krachtenveld en het feit dat het een uitkomstdocument betreft dat met consensus wordt aangenomen, ben ik tevreden over het resultaat. Op een aantal punten is de tekst minder ambitieus dan onze inzet. Op een aantal andere punten hebben we echter voor het eerst nieuwe, krachtige «agreed language» bereikt. Zo is over mannen en jongens een paragraaf opgenomen dat zij niet enkel kunnen bijdragen aan gendergelijkheid, maar daar zelf ook belang bij hebben.

Resolutie hiv/aids

De HIV/Aids resolutie die tweejaarlijks door SADC (Southern African Development Community) wordt ingebracht in de CSW leidt traditiegetrouw tot moeizame onderhandelingen vanwege de raakvlakken met gevoelige thema’s als seksuele en reproductieve rechten (SRGR), seksualiteit en seksuele diversiteit en over de mensenrechten van risicogroepen. Voor het eerst sinds 2010 is consensus bereikt over de tekst. Deze tekst bevat een aantal belangrijke elementen, zoals een compromis over de meest kwetsbare groepen voor Hiv-infectie, met relatief sterke taal over progressieve seksuele voorlichting en een sterke SRGR paragraaf in het preambule deel.

Conclusie en vervolg

De prioriteit voor mijn deelname aan de CSW was mijn inzet voor het tegengaan van (seksueel) geweld tegen vrouwen. Dit naar aanleiding van de gebeurtenissen begin dit jaar in Keulen en ook gegeven het actuele vluchtelingenvraagstuk, waaruit blijkt dat extra aandacht voor de kwetsbare positie van vrouwen en meisjes nodig is.

De dialoog die hierover tussen EU Ministers is gevoerd, wil ik samen met de Europese Commissie voortzetten. Het implementeren van de Sustainabale Development Goals is net als bij het Beijing Platform for Action ook een zaak van nationaal beleid en benadrukt niet alleen de noodzaak om het emancipatiebeleid voor vrouwenrechten, gendergelijkheid en LHBTI-ers nationaal voort te zetten, maar ook dat Nederland internationaal zijn standpunt moet blijven uitdragen over SRGR en mensenrechten voor vrouwen en meisjes en LHBTI-ers.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker


X Noot
1

Herdruk i.v.m. correctie in Kamerstuktitel

Naar boven