30 371 Evaluatie Wet afbreking zwangerschap

Nr. 21 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 april 2011

Na het verschijnen in oktober 2010 van de richtlijn Perinataal Beleid bij Extreme Vroeggeboorte van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde en de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie is een discussie op gang gekomen over de grens tot waar abortushulpverlening moet worden toegestaan. Tijdens de begrotingsbehandeling is mij gevraagd de Tweede Kamer te informeren over de stand van zaken van de wetenschap in deze. Tevens is mij tijdens de regeling van werkzaamheden d.d. 17 februari 2011 verzocht om een brief inzake mijn standpunt op een eventuele wijziging van deze grens.

Om die reden heb ik mij tijdens een bijeenkomst met een aantal inhoudelijk deskundigen op 8 maart jongstleden, uitgebreid laten informeren over de achtergronden van de nieuwe richtlijn voor behandeling van pasgeborenen en over de relatie tussen die richtlijn en de grens voor abortushulpverlening. Het verslag van deze bijeenkomst vindt u in de bijlage1. Deze bijeenkomst heeft geen aanleiding gegeven om de abortusgrens aan te passen, evenmin om het beleid aan te passen.

Met betrekking tot het door de heer Pechtold opgeworpen punt van het contraseign merk ik op dat er op dit moment geen (initiatief)wetsvoorstellen in procedure zijn met betrekking tot dit onderwerp. De regering neemt geen standpunt in over de eventuele bekrachtiging van initiatiefwetsvoorstellen die nog niet aanhangig zijn gemaakt.

Ik vertrouw erop u voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. I. Schippers


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven