30 346
Wijziging van de Ontgrondingenwet

nr. 10
TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 4 april 2006

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Artikel I, onder I, onder 1, komt te luiden:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Op de voorbereiding van een beschikking als bedoeld in artikel 8 zijn afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht en afdeling 13.2 van de Wet milieubeheer van toepassing.

Toelichting

In verband met de nieuwe coördinatieregeling zoals die wordt voorgesteld in artikel I, onder J, is het noodzakelijk dat in artikel 10, eerste lid, van de Ontgrondingenwet de verwijzing naar de coördinatieregeling van de Wet milieubeheer vervalt. Artikel I, onder I, onder 1, bevat daartoe de benodigde wijziging van dat artikel 10, eerste lid. Abusievelijk is in dat artikellid echter ook de verwijzing naar de toepasbaarheid van afdeling 13.2 van de Wet milieubeheer geschrapt. Deze afdeling 13.2 kent een aantal bijzondere voorbereidingsbepalingen ten aanzien van besluiten. De ontgrondingenvergunning is een besluit waarop deze bijzondere voorbereidingsbepalingen van toepassing zijn. Eén van de belangrijkste onderdelen is artikel 13.3 van de Wet milieubeheer waarin bepaald wordt dat zienswijzen ingediend kunnen worden door een ieder. Het is niet de bedoeling om deze mogelijkheid in de toekomst voor ontgrondingenvergunningen te beperken. Deze wijziging van artikel I, onder I, onder 1, herstelt daarom de verwijzing in artikel 10, eerste lid, van de Ontgrondingenwet naar afdeling 13.2 van de Wet milieubeheer.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Naar boven