30 337
Wijziging van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen en enige andere wetten

nr. 16
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 mei 2006

Op verzoek van de vaste commissies voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Financiën (06-SZW-B-076) informeer ik u hierbij over de uitvoering van de motie Omtzigt/Noorman-den Uyl over een voorstel voor een operationele definitie van het begrip «gezamenlijke huishouding» in de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir).

Tijdens de parlementaire behandeling van de Wijzigingswet Awir is de motie aangenomen van de leden Omtzigt en Noorman-Den Uyl, waarin de regering wordt verzocht om vóór 1 april 2006 een voorstel te doen voor een operationele definitie van het begrip «gezamenlijke huishouding» in de Awir. Tijdens de parlementaire behandeling van de Awir zelf is toegezegd te onderzoeken of een verdergaande harmonisatie van de partnerbegrippen in de Wet IB 2001 en de Awir mogelijk is. Bij de parlementaire behandeling van de Wijzigingswet Awir is hierop nog teruggekomen en aangegeven dat een notitie inzake de mogelijkheden van verdergaande harmonisatie in de eerste helft van 2006 aan de Kamer zal worden aangeboden. De heer Omtzigt heeft tijdens de plenaire behandeling van de Wijzigingswet laten weten dat het prima is als de notitie inzake de operationalisering van het begrip «gezamenlijke huishouding» later komt dan 1 april en wordt samengevoegd met de notitie over een verdergaande harmonisatie van het partnerbegrip.

Hierbij deel ik u mee dat ik voornemens ben beide onderwerpen samen te voegen en uw Kamer voor het zomerreces te informeren over te nemen vervolgstappen c.q. wetswijzigingen.

De Staatssecretaris van Financiën,

J. G. Wijn

Naar boven