nr. 8
NOTA VAN WIJZIGING
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
A
Na artikel III wordt een artikel toegevoegd, dat luidt:
ARTIKEL IIIA
Indien het bij koninklijke boodschap van 29 oktober 2004 ingediende
voorstel van wet tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek
van Strafvordering en enige andere wetten in verband met de buitengerechtelijke
afdoening van strafbare feiten (Wet OM-afdoening) (29 849) tot wet is
verheven en die wet in werking is getreden voor of op het tijdstip waarop
deze wet in werking treedt, wordt in strafzaken waarin voor de datum van inwerkingtreding
van artikel II, onderdeel O, van die wet voorwaarden ter voorkoming van strafvervolging
zijn gesteld overeenkomstig artikel 74 van het Wetboek van Strafrecht, met
een strafbeschikking als bedoeld in de artikelen 123a, tweede lid, en 179b,
eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 gelijkgesteld het voldoen aan voorwaarden
die door de officier van justitie ter voorkoming van strafvervolging zijn
gesteld.
B
Na artikel IV wordt een artikel toegevoegd, dat luidt:
ARTIKEL IVA
Indien het bij koninklijke boodschap van 29 oktober 2004 ingediende
voorstel van wet tot Wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek
van Strafvordering en enige andere wetten in verband met de buitengerechtelijke
afdoening van strafbare feiten (Wet OM-afdoening) (29 849), tot wet is
of wordt verheven en deze wet in werking treedt of is getreden voor het tijdstip
waarop die wet in werking treedt, blijven in strafzaken waarin
voor de datum van inwerkingtreding van artikel II, onderdeel O, van die wet
voorwaarden ter voorkoming van strafvervolging zijn gesteld overeenkomstig
artikel 74 van het Wetboek van Strafrecht, de wettelijke bepalingen die door
artikel IV van deze wet gewijzigd worden, van toepassing zoals zij luidden
voor het in werking treden van deze wet.
Toelichting
Het wetsvoorstel voorziet erin dat als het wetsvoorstel OM-afdoening tot
wet wordt verheven en in werking treedt, de verwijzingen in de regeling van
het puntenstelsel rijbewijzen naar de transactie worden vervangen door verwijzingen
naar de strafbeschikking. Het wetsvoorstel OM-afdoening behelst immers de
omvorming van de transactie tot een strafbeschikking. Zoals in de Kamerstukken
op dat wetsvoorstel is aangegeven (laatstelijk in Kamerstukken I 2005/06,
29 849, nr. C, blz. 22), zal de transactie na inwerkingtreding van de
OM-afdoening de eerste tijd blijven functioneren naast de strafbeschikking.
Voor zover verkeersdelicten, waarbij oplegging van een rijontzegging mogelijk
is, na de inwerkingtreding van de OM-afdoening in voorkomende gevallen worden
afgedaan met een transactie, dienen de rechtsgevolgen die het puntenstelsel
na inwerkingtreding van de OM-afdoening verbindt aan de strafbeschikking ook
aan de transactie verbonden te blijven. Deze nota van wijziging voorziet in
een daartoe strekkende regeling die automatisch haar werking verliest op het
moment waarop de transactieregeling definitief komt te vervallen. Onderdeel
A betreft in aansluiting op artikel III de situatie dat het wetsvoorstel OM-afdoening
eerder tot wet wordt verheven en in werking treedt dan dit wetsvoorstel. Onderdeel
B betreft in aansluiting op artikel IV de omgekeerde situatie.
De Minister van Justitie,
J. P. H. Donner
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
K. M. H. Peijs