nr. 14
DERDE NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 11 december 2006
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
1.
Na artikel XII wordt een artikel ingevoegd,
luidende:
ARTIKEL XIIA
De Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan artikel 9, derde lid, wordt aan
het slot een volzin toegevoegd, luidende:
Indien de medebewoner een alleenstaande minderjarige vreemdeling is in
de zin van artikel 1, onderdeel e, van de Regeling verstrekkingen asielzoekers
en andere categorieën vreemdelingen 2005, geldt de eerste volzin niet
tot het moment waarop het recht op opvang ingevolge die regeling eindigt.
2. Artikel 32, zesde lid, komt te luiden:
6. Een derde die aan de belanghebbende loon, pensioen, lijfrente
of uitkeringen, een en ander als bedoeld in artikel 19 van de Invorderingswet
1990, verschuldigd is, of een bank als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op
het financieel toezicht waarbij belanghebbende een tegoed op een rekening
heeft, kan op vordering van de Belastingdienst/Toeslagen met overeenkomstige
toepassing van artikel 19 van de Invorderingswet 1990 worden verplicht het
door de belanghebbende verschuldigde bedrag aan terugvordering te betalen.
2.
In artikel XIV, onderdeel c, wordt «artikel
XIIIA» vervangen door: artikel XIIA, eerste lid, artikel XIIIA.
Toelichting
I. ALGEMEEN
In de onderhavige nota van wijziging wordt een tweetal wijzigingen voorgesteld.
Ten eerste wordt voorgesteld een bepaling op te nemen die regelt dat, in overeenstemming
met een al bestaand beleidsbesluit, de huurder die op verzoek van de overheid
een uitgeprocedeerde minderjarige alleenstaande vreemdeling tijdelijk opvangt
in afwachting van uitzetting, niet om die reden zijn huurtoeslag verliest.
Ten tweede wordt voorgesteld mogelijk te maken dat het nieuwe instrument van
de bankvordering ook kan worden gebruikt bij de terugvordering van teveel
betaalde toeslagen. Hiermee wordt een uniformering van het invorderingsproces
bewerkstelligd.
II. ONDERDEELSGEWIJS
Onderdeel 1.
Artikel XIIA (artikel 9 Algemene wet inkomensafhankelijke
regelingen)
Ingeval in een inkomensafhankelijke regeling is bepaald dat naast de draagkracht
van de belanghebbende en diens partner ook de draagkracht van medebewoners
van belang is voor de beoordeling van de aanspraak op of de bepaling van de
hoogte van een tegemoetkoming, heeft de belanghebbende op grond van artikel
9, derde lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) geen
aanspraak op een tegemoetkoming ingeval een medebewoner een vreemdeling is
die niet rechtmatig verblijf houdt in de zin van artikel 8 van de Vreemdelingenwet
2000.
Met de voorgestelde wijziging van artikel 9, derde lid, Awir wordt bewerkstelligd
dat dit niet geldt ingeval een medebewoner een uitgeprocedeerde minderjarige
alleenstaande vreemdeling is die, indien hij niet bij pleegouders zou verblijven,
ingevolge het vreemdelingenrecht nog recht zou hebben op opvang door het Centraal
Orgaan opvang asielzoekers. Deze wetswijziging sluit aan bij de krachtens
artikel 12 van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers vastgestelde Regeling
verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005,
waarin in artikel 6 is geregeld dat een uitgeprocedeerde minderjarige alleenstaande
vreemdeling recht op opvang behoudt tot op de dag waarop de uitzetting wordt
geëffectueerd of de dag na de dag waarop de 18-jarige leeftijd is bereikt.
Het is de verantwoordelijkheid van de overheid voor deze opvang te zorgen.
Gelet op deze zorgplicht, is het niet wenselijk dat pleegouders die deze zorgplicht
op verzoek van de overheid vervullen, daardoor het recht op huurtoeslag zouden
verliezen. Zoals ook bij brief van 24 november 2005 (Kamerstukken II
2005/06, 30 337, nr. 13) aan de Tweede Kamer is meegedeeld, verleent
de Belastingdienst/Toeslagen, vooruitlopend op de onderhavige wetswijziging,
in situaties waarin voor het overige aan de voorwaarden is voldaan, daarom
wel een tegemoetkoming indien de medebewoner een uitgeprocedeerde minderjarige
alleenstaande vreemdeling is. Dit beleid is vastgelegd in het Besluit van
6 juli 2006, nr. CPP2006/785M, Stcrt. 134. Voorgesteld wordt dit beleid
te verankeren in de wet.
Artikel XIIA (artikel 32 Algemene wet inkomensafhankelijke
regelingen)
Met de voorgestelde wijziging van artikel 32, zesde lid, van de Algemene
wet inkomensafhankelijke regelingen wordt bereikt dat het in het voorstel
van wet opgenomen artikel 19, vierde lid, IW 1990 (nieuw) instrument van de
bankvordering ook kan worden gebruikt bij de terugvordering van
teveel betaalde toeslagen. Hiermee wordt een uniformering van het invorderingsproces
bewerkstelligd.
Onderdeel 2.
Artikel XIV (Inwerkingtreding)
In aansluiting op beleid vastgelegd in het Besluit van 6 juli 2006,
nr. CPP2006/785M, Stcrt. 134, wordt in deze wijziging van artikel XIV geregeld
dat ook met betrekking tot het in onderdeel 1 opgenomen artikel XIIA, eerste
lid, waarin een wijziging van artikel 9, derde lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke
regelingen wordt voorgesteld, kan worden bepaald, dat deze wijziging terugwerkt
tot en met 1 januari 2006.
De Minister van Financiën
G. Zalm