30 314
Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, de Wet financiering sociale verzekeringen en de Wet op de huurtoeslag en enige andere wetten in verband met het toekennen van tegemoetkomingen aan personen die een uitkering ontvangen op grond van de Algemene Ouderdomswet of de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten en enkele aanpassingen in de berekening van de uitkeringen

nr. 8
AMENDEMENT VAN HET LID VAN GENT

Ontvangen 3 november 2005

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:

I

In het opschrift van paragraaf 4 wordt «tegemoetkoming» vervangen door: inkomensafhankelijke tegemoetkoming.

II

Aan artikel 33b, eerste lid, wordt een zinsnede toegevoegd, luidende: voorzover zijn toetsingsinkomen, bedoeld in artikel 8 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, niet meer bedraagt dan een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen bedrag.

Toelichting

Dit amendement introduceert een inkomensafhankelijke tegemoetkoming voor AOW-gerechtigden. Deze komt in de plaats van de generieke tegemoetkoming, zoals voorgesteld in voorliggend wetsvoorstel.

De bedoeling van dit amendement is om de extra middelen voor de aanvulling van het AOW-pensioen terecht te laten komen bij dat deel van de 65-plussers dat daaraan de meeste behoefte heeft. Naar het oordeel van de indiener zijn dat de AOW-ontvangers met geen, of slechts een bescheiden, aanvullend pensioen. Binnen deze groep zijn de financiële problemen het grootst, onder meer door de gestegen energielasten, de no-claim in de zorgverzekering en de bezuinigingen op de huursubsidie. Voorgesteld wordt om ouderen met een bepaald toetsingsinkomen deze inkomensafhankelijke tegemoetkoming toe te kennen. Daarbij wordt gedacht aan een toetsingsinkomen tot € 20 000,–. Het gaat dan om ongeveer 56% van de 65+-huishoudens. In 2006 zal deze groep dan niet, zoals voorgesteld in de Begroting SZW 2006, een extraatje van€ 116,– ontvangen, maar ruim € 200,–.

Het vierde lid van het voorgestelde artikel 33b bevat reeds een delegatiebepaling: bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot onder meer de hoogte van de uitkering. In dit besluit dient tevens te worden vastgesteld op welke wijze de Sociale Verzekeringsbank (SVB) het grensbedrag afbakent. Naar het oordeel van de indiener is het, door de koppeling van de bestanden van de Belastingdienst met die van de SVB, betrekkelijk eenvoudig om de extra middelen, bijna 300 miljoen in 2006, terecht te laten komen bij de doelgroep ouderen met weinig of geen aanvullend pensioen.

Van Gent