30 306
Wijziging van enkele belastingwetten (Belastingplan 2006)

nr. 24
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN AS EN CRONE

Ontvangen 7 november 2005

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel XXVII wordt aan onderdeel B een punt toegevoegd, luidende:

3. In het veertiende lid vervalt de zinsnede: zonder dat sprake is van vervreemding van die zaak.

Toelichting

Dit amendement beoogt te voorkomen dat bedrijfsopvolgingen worden bemoeilijkt, doordat een bedrijfsoverdrager moet afrekenen voor de (inkomsten)belasting, maar (nog) niet over voldoende financiële middelen beschikt om de belasting te kunnen voldoen.

Het amendement ziet op de volgende situatie: de verkopende aandeelhouder die een onroerende zaak in privé bezit welk ter beschikking wordt gesteld aan de B.V. waarin hij een aanmerkelijk belang heeft in de zin van artikel 4.6 Wet IB 2001.

In deze situatie verleent artikel 25, lid 14, Invorderingswet 1990 geen uitstel van betaling, indien de verkopende aandeelhouder ook de onroerende zaak («bedrijfspand») wil verkopen.

Bij bedrijfsoverdrachten zal immers betaling van de koopprijs geheel of gedeeltelijk in termijnen geschieden, bijvoorbeeld in de vorm van (al dan niet winstafhankelijke) termijnbetalingen. Dergelijke vormen van bedrijfsoverdrachten moeten niet worden belemmerd doordat de verkoper na verkoop 100% van de verschuldigde (inkomsten)belasting moet betalen over de boekwinst van het bedrijfspand, terwijl hij van de koper (nog) niet voldoende middelen heeft ontvangen om de verschuldigde (inkomsten)belasting te kunnen voldoen.

Door het schrappen van bovenstaand zinsgedeelte wordt voorkomen dat een verkopende aandeelhouder die over onvoldoende financiële middelen beschikt om de inkomstenbelasting te kunnen voldoen, moet afzien van een voor hem gunstige verkoop van het bedrijfspand.

De dekking van dit amendement wordt gevonden in een verhoging van de tabaksaccijns.

Van As

Crone