nr. 14
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 oktober 2005
Hierbij vindt u, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken,
de antwoorden op de door de vaste Commissie voor Economische Zaken gestelde
schriftelijke vragen over de EZ-begroting voor het jaar 2006 (zie kamerstuk
30 300 XIII, nr. 15). Tevens vindt u bijgevoegd de antwoorden op de vragen
over de FES-begroting (zie kamerstuk 30 300 D, nr. 7), alsmede enkele
toezeggingen zoals gedaan tijdens het AO over de herijking van het financieel
instrumentarium van 6 oktober jl. Het bijgevoegde EIM-onderzoek vormt
onderdeel van één van de gedane toezeggingen bij het AO over
de herijking.
De Minister van Economische Zaken,
L. J. Brinkhorst
BIJLAGE
Toezeggingen tijdens het AO Herijking (6 oktober
2005)
Tijdens het Algemeen Overleg Herijking op 6 oktober jl. met de vaste
Kamercommissie van EZ hebben de Minister en de Staatssecretaris van EZ enkele
toezeggingen gedaan. Middels onderstaande antwoorden voldoen de bewindslieden
aan vier van deze toezeggingen. De strekking van vraag 14 van de schriftelijke
vragen (zie Kamerstuk 30 300 XIII, nr. 15) is gelijk aan de toezegging
om het verschil in structurele middelen op de EZ-begroting tussen 2003 en
2006 aan te geven.
1. Innovatievouchers in het MBO
Toezegging om uit te zoeken wat de mogelijkheden zijn om vouchers bij
het MBO in te wisselen.
Antwoord:
Het is op dit moment niet mogelijk om vouchers in te wisselen bij het
MBO. De definitie van publieke kennisinstelling in de ministeriële regeling,
die aan de huidige pilot innovatievouchers ten grondslag ligt, maakt dat niet
mogelijk.
Zoals toegezegd in de brief aan uw Kamer van 15 september jl. komt
EZ op basis van de ervaringen met de huidige pilot Innovatievouchers medio
2006 met een definitieve regeling.
In de voorbereidingen van deze regeling zal worden bezien welke kennis
het MBO op dit moment aan MKB'ers levert. Op basis van deze inzichten
zal bezien worden of en hoe het MBO als kennisinstelling in het vouchersysteem
kan worden opgenomen.
2. Voortzetting HBD programma «Over De Digitale
Drempel (O3D)»
Door enkele fracties is de follow-up van het HBD programma «Over
De Digitale Drempel (O3D)» aan de orde gesteld. Men stelde specifiek
de vraag of en hoe dergelijke ICT stimuleringsprogramma's voor het MKB
plaats krijgen in het vernieuwde instrumentarium van EZ.
Antwoord:
Momenteel bereid EZ een beleidsevaluatie van het programma «Nederland
Gaat Digitaal» (NGD) voor, waarvan O3D een deelprogramma vormde. NGD
loopt in 2006 af en beoogt ICT toepassing bij het MKB te bevorderen via een
branchegerichte aanpak. Eén van de centrale vragen bij de evaluatie
van het programma is of en hoe in het licht van het nieuwe instrumentarium
dergelijk specifiek ICT stimuleringsbeleid vorm zou moeten krijgen. Medio
2006 kan de conclusies van de evaluatie aan uw Kamer gepresenteerd worden.
Daarnaast heeft EZ een aantal beleidsvoornemens om een administratieve lastenreductie
te realiseren via de inzet van ICT, die duidelijk in de geest zijn van het
O3D-programma. Voor meer informatie hierover verwijs ik naar de reactie op
de verklaring van Commissie Marcel Smits.
3. Verkrijgingskosten
EZ heeft toegezegd een nadere onderbouwing te geven van de 1,3%
verkrijgingskosten.
Antwoord
EZ heeft het EIM onderzoek laten uitvoeren naar de verkrijgingskosten
van het Financieel Instrumentarium (zie bijgevoegd)1. Bij het onderzoek is gebruik gemaakt van het meetmodel AL subsidies,
dat is gebaseerd op het standaardkostenmodel AL voor bedrijven. Het meetmodel
AL subsidies is interdepartementaal afgestemd en wordt door alle departementen
gebruikt voor de kwantificering voor de Actal-toets. Het EIM heeft niet alleen
de administratieve lasten voor bedrijven onderzocht, maar ook die van kennisinstellingen,
taakinstellingen en overheden. De 1,3% is exclusief de administratieve
lasten van het fiscaal instrumentarium van EZ. Deze lasten zijn reeds meegenomen
bij de nulmeting administratieve lasten van het ministerie van Financiën.
Een overzicht van deze lasten is opgenomen in de eindrapportage van het EIM
(zie bijgevoegd rapport).