30 300 VI
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 2006

nr. 179
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 augustus 2006

Hierbij doe ik uw Kamer toekomen de kwantitatieve Monitor Gesubsidieerde Rechtsbijstand over 2005.¹ Deze monitor volgt op de Monitor Gesubsidieerde Rechtsbijstand over 2004, die ik u bij brief van 14 november 2005 (Kamerstukken II, 2005–2006, 30 300 VI, nr. 29) heb doen toekomen.

Inleiding

Reeds eerder heb ik uw Kamer de monitoren over de jaren 2002, 2003 en 2004 doen toekomen. De monitor verschaft een trendmatig en getalsmatig inzicht in de werking van het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand. De monitor bevat daarnaast kwalitatieve gegevens. In het ene jaar wordt aandacht besteed aan de mening van geënquêteerde rechtsbijstandverleners, in het volgende jaar aan de mening van geënquêteerde rechtzoekenden. Bij de aanbieding van de jaarlijkse monitor aan uw Kamer geef ik aan welke beleidsmatige consequenties ik aan de monitorgegevens verbind.

Tot op heden werd de monitor in het najaar opgeleverd. Omdat de monitorgegevens altijd betrekking hebben op het voorafgaande kalenderjaar, waren deze bij publicatie in het najaar enigszins gedateerd. Om dit te ondervangen is besloten de publicatie van de monitor over 2005 naar voren te halen. Door de vervroeging van het publicatiemoment bevat de onderhavige monitor uitsluitend kwantitatieve gegevens. De resultaten van het kwalitatieve onderzoek, in casu de enquête onder rechtsbijstandverleners, zal worden opgenomen in de volgende monitor, die in het voorjaar van 2007 wordt gepubliceerd.

In het onderstaande is een samenvatting gegeven van bijgaande monitor, die betrekking heeft op het jaar 2005. Het gaat daarbij om kwantitatieve gegevens over het gebruik en het aanbod van gesubsidieerde rechtsbijstand. De kwantitatieve ontwikkelingen vertonen geen afwijkingen van de trend en geven derhalve geen aanleiding hieraan beleidsmatige consequenties te verbinden.

Het gebruik van gesubsidieerde rechtsbijstand

Het Juridisch Loket

Aangezien nog niet alle Juridische Loketten in het (gehele) monitorjaar 2005 operationeel waren laat het aantal publiekscontacten van 261 700 zich niet goed vergelijken met het aantal publiekscontacten dat de Bureaus voor Rechtshulp in 2003 registreerden. De eerste gegevens tonen echter wel aan dat het Juridische Loket een toegankelijke voorziening is, waarvan de bekendheid met behulp van voorlichting en reclame nog verder kan worden vergroot. Begin 2006 is landelijk gestart met locale publieksvoorlichtingsactiviteiten. De meeste hulpvragen hebben betrekking op arbeidsrecht (22%), verbintenissenrecht (18%) en het personen- en familierecht (13%).

Toevoegingen

In 2005 zijn er 351 350 toevoegingen afgegeven, 3% meer dan in 2005. De stijging wordt deels verklaard door de in 2005 voor het eerst afgegeven lichte adviestoevoegingen.

Het aantal toevoegingen op de terreinen vreemdelingenrecht en asiel is aanzienlijk gedaald. Relatief gezien steeg het aantal toevoegingen in faillissementszaken het sterkst (+58%). Het meervoudig gebruik is ten opzichte van voorgaande jaren nauwelijks toegenomen. Gemiddeld werden er 1.45 toevoegingen per rechtzoekende afgegeven. De stijging van de kosten voor rechtzoekenden hebben niet geleid tot een vermindering van het gebruik van gesubsideerde rechtsbijstand.

Vanaf de inwerkingtreding van de mediationtoevoeging per 1 april 2005 zijn ongeveer 600 mediationtoevoegingen verstrekt.

Het aanbod

In 2005 verleenden 6 622 rechtsbijstandverleners gesubsidieerde rechtsbijstand. Daarmee is dit aantal weer op het niveau van 2000 en is de daling in de jaren 2000 tot en met 2002 gecompenseerd. Naar het zich laat aanzien neemt de omvang van het aanbod in de komende jaren niet af en worden op termijn geen problemen verwacht ten aanzien van de aansluiting van vraag en aanbod. Eind 2005 waren bij de Raden voor Rechtsbijstand ongeveer 600 mediators ingeschreven.

Ik vertrouw erop uw hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

---

1 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.