nr. 39
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 mei 2006
Tijdens het spoeddebat op 20 april 2006 over de Belastingdienst met
uw Kamer (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2005–2006, nr. 74,
blz. 4662–4670), heb ik toegezegd de stand van zaken met betrekking
tot de reorganisatie van de Belastingdienst in 2003 te schetsen. De noodzaak
daartoe kwam voort uit interne reflecties op het functioneren van de Belastingdienst
vanaf 1997.
De toevallige samenloop in de tijd van de invoering van deze reorganisatie
met het realiseren van de taakstellingen van de kabinetten Balkenende uit
2002 en 2003 maakt het lastig om de effecten van beide trajecten op de organisatie
te onderscheiden. Daarom treft u, naast een beschouwing over de reorganisatie,1 ook een korte beschouwing aan over de realisatie van
de taakstellingen1.
Dat maakt het beter mogelijk om de effecten van beide trajecten meer op
zichzelf te bezien2.
Wat betreft de realisatie van de taakstellingen kan worden vastgesteld
dat deze, in combinatie met de organisatieveranderingen, voor de medewerkers
van de Belastingdienst niet altijd even gemakkelijk is geweest en van het
management veel inspanning heeft gevraagd.
Wat betreft de reorganisatie sec, is na eerdere (joint)audits van voorheen
de Interne Accountantsdienst Belastingen, nu Auditdienst Financiën, thans
een goed moment om een joint audit, samen met extern accountantsbureau, uit
te laten voeren naar alle aspecten van de reorganisatie, zoals in de beschouwing
genoemd. Hiermee ondersteunt de Belastingdienst zijn reflectief vermogen.
In de beschouwing over de reorganisatie staat een aantal voorbeelden van
bijsturing vermeld (de kennisgroepen, het APA-ATR-team, de contra legem inventarisatie,
de invordering en de Belastingtelefoon). Aan deze voorbeelden ontleen ik het
vertrouwen dat de Belastingdienst zich steeds zal aanpassen aan nieuwe prioriteiten
en proactief zal inspelen op nieuwe vraagstukken, zoals op dit moment het
fiscale toezichtsproces dat onder druk is komen te staan. De inmiddels
ingezette voorbereidingen op versterking van het toezicht koersen op een segmentering
naar ZGO (zeer grote ondernemingen), MGO (middelgrote ondernemingen), MKB
en particulieren en een specifieke normering op de te onderscheiden toezichtvormen,
zoals de kantoortoetsen, de veldtoetsen (de verschillende vormen van controles
bij bedrijven), de controles in het kader van interventieteams en vrijplaatsen
en horizontaal toezicht. Vooruitlopend op het Bedrijfsplan 2007–2011
zal ik uw Kamer daarover in het najaar 2006 nader informeren.
In de Voorjaarsnota wordt een verhoging van het budget van de Belastingdienst
voorzien voor intensivering toezicht, complexiteitsreductie automatisering
en vooringevulde aangifte (op welk onderwerp ik deze zomer bij uw Kamer terugkom),
van € 30 miljoen in 2006 oplopend tot € 120 miljoen in
2008 en daarna weer aflopend naar € 75 miljoen in 2010.
De versterking van het toezicht wordt de komende jaren ondersteund door
zowel de opheffing van de vacaturestop in april 2006, in plaats van in juli
2007 zoals voorzien (de ontstane scheefgroei in de bezetting kan daarmee worden
opgelost), als de in de Voorjaarsnota 2006 voorziene uitbreiding van een aantal
honderden arbeidsplaatsen in 2007 en 2008. Daarmee wordt de, vanaf 2010
en verdere jaren bovenmatige uitstroom, veroorzaakt door de leeftijdsopbouw,
tijdig opgevangen. In latere jaren vindt een geleidelijke afbouw van deze
impuls plaats.
Met de financiële impuls uit de Voorjaarsnota wordt ook beoogd een
complexiteitsreductie in de automatisering tot stand te brengen, alsmede om
een vooringevulde aangifte inkomstenbelasting, voor met name particuliere
belastingplichtigen, te realiseren in de jaren 2008–2012.
Complexiteitsreductie speelt in alle grote organisaties in de wereld die
al vroeg zijn begonnen met het automatiseren van hun processen. De effecten
daarvan zijn steeds vaker merkbaar in de tijd die het kost om systemen aan
te passen en in de frequentie van tijdelijke uitval van systemen. Het realiseren
van meer robuuste systemen vergt een langdurige inspanning, waarbij het tegelijkertijd
de opgave is om de bestaande systemen «in de lucht te houden».
De Staatssecretaris van Financiën,
J. G. Wijn