30 234
Toekomstig sportbeleid

31 700 VIII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2009

nr. 21
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP EN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 oktober 2008

Bijgaand ontvangt u het Beleidskader Sport, Bewegen en Onderwijs.¹ Met dit beleidskader geven we aan hoe we de verbinding tussen sport en onderwijs verder willen versterken met als doel een meer samenhangend en dekkend sport- en beweegaanbod te realiseren voor de jeugd – want dat is het toekomstperspectief dat we graag in samenwerking met alle betrokkenen willen bereiken.

Alleen een sterke samenwerking tussen sport, onderwijs en andere partners zoals de naschoolse opvang en gemeenten zal leiden tot meer sport en beweging voor en door de jeugd. En met meer sport en beweging kunnen we vervolgens ook een bijdrage leveren aan de doelen van het kabinet op het gebied van overgewicht, schooluitval en talentontwikkeling.

Om het toekomstbeeld dichterbij te brengen, geeft het kabinet prioriteit aan:

• de positie en toerusting van vakmensen, de professionals en vrijwilligers die het moeten doen;

• de ontwikkeling van effectieve interventies die deze vakmensen kunnen toepassen, en het ontwikkelen van aangepast sport- en beweegaanbod in de sportsector;

• het activeren van risicogroepen – zowel in termen van bewegingsarmoede als schooluitval – op het VMBO en het MBO;

• de innovatie op het gebied van accommodaties: niet alleen voor de bouw, maar vooral ook voor renovatie, inrichting, beheer en gebruik van accommodaties, en

• de optimalisering van de kansen van talenten om zich te ontwikkelen tot toptalenten.

Voor deze prioriteiten is in de periode 2009–2011 in totaal € 28 miljoen beschikbaar. Dat is inclusief de middelen die beschikbaar zijn gesteld via de Motie van het lid Hamer c.s. voor sport op het MBO.¹

Binnenkort nodigen wij onze partners in beleid en uitvoering uit om samen met hen de prioriteiten tot een succes te maken. In het beleidskader wordt voorgesteld om voor de komende jaren een platform op te richten. Wij achten een verregaande samenwerking tussen landelijke partners van cruciaal belang om ook de lokale praktijk te stimuleren en te ondersteunen.

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

M. Bussemaker

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

S. A. M. Dijksma

---

1 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

1 Tweede Kamer 2008–2009, 31 700, nr. 15.